Schenk aandacht aan Gods profetische woord
Schenk aandacht aan Gods profetische woord
„Het profetische woord [is] voor ons des te vaster gemaakt, en gij doet goed er acht op te geven.” — 2 PETRUS 1:19.
1, 2. Welk voorbeeld van een valse messias kunt u noemen?
EEUWENLANG hebben valse messiassen getracht de toekomst te voorspellen. In de vijfde eeuw G.T. overtuigde een man die zich Mozes noemde de joden op het eiland Kreta ervan dat hij de messias was en hen van onderdrukking zou bevrijden. Op de dag die voor hun bevrijding was vastgesteld, volgden zij hem naar een hoog punt dat uitzicht bood over de Middellandse Zee. Hij zei dat zij zich slechts in de zee hoefden te werpen en ze zou voor hun ogen vaneensplijten. Een groot aantal van degenen die in het water sprongen verdronk en die valse messias maakte zich uit de voeten.
2 In de twaalfde eeuw verscheen er een „messias” in Jemen. De kalief, of leider, vroeg hem om een teken van zijn messianiteit. Deze „messias” stelde voor dat de kalief hem liet onthoofden. Hij profeteerde een snelle opstanding die als het teken zou dienen. De kalief stemde met het plan in — en dat was het einde van die „messias”.
3. Wie is de ware Messias, en wat werd door zijn bediening bewezen?
3 Valse messiassen en hun profetieën hebben volkomen gefaald, maar acht geven op Gods profetische woord leidt nooit tot teleurstelling. De ware Messias, Jezus Christus, was de levende vervulling van veel bijbelprofetieën. Jesaja’s profetie citerend, schreef de evangelieschrijver Mattheüs bijvoorbeeld: „’O land van Zebulon en land van Naftali, aan de zeeweg, aan de overkant van de Jordaan, Galilea der natiën! het volk dat in duisternis zat, heeft een groot licht gezien, en over hen die in een landstreek van de schaduw des doods zaten, is licht opgegaan.’ Van die tijd af begon Jezus te prediken en te zeggen: ’Hebt berouw, want het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen’” (Mattheüs 4:15-17; Jesaja 9:1, 2). Jezus was dat ’grote licht’ en zijn bediening bewees dat hij de door Mozes voorzegde Profeet was. Degenen die niet naar Jezus wilden luisteren, zouden verdelgd worden. — Deuteronomium 18:18, 19; Handelingen 3:22, 23.
4. Hoe vervulde Jezus Jesaja 53:12?
4 Jezus vervulde ook de profetische woorden uit Jesaja 53:12: „Hij [heeft] zijn ziel zelfs in de dood . . . uitgestort en onder de overtreders werd [hij] geteld; en hijzelf droeg van velen de zonde, en voor de overtreders ging hij bemiddelen.” Aangezien Jezus zich ervan bewust was dat hij weldra zijn menselijke leven als een losprijs zou geven, versterkte hij het geloof van zijn discipelen (Markus 10:45). Hij deed dit op een in het oog springende manier door middel van de transfiguratie.
De transfiguratie bouwt geloof op
5. Hoe zou u de transfiguratie met eigen woorden beschrijven?
5 De transfiguratie was een profetische gebeurtenis. Jezus zei: „De Zoon des mensen zal stellig komen in de heerlijkheid van zijn Vader met zijn engelen . . . Voorwaar, ik zeg u dat sommigen van hen die hier staan, geenszins de dood zullen smaken voordat zij eerst de Zoon des mensen in zijn koninkrijk zien komen” (Mattheüs 16:27, 28). Hebben sommige van de apostelen Jezus werkelijk in zijn koninkrijk zien komen? Mattheüs 17:1-7 vermeldt: „Zes dagen later nam Jezus Petrus en Jakobus en diens broer Johannes mee en bracht hen een hoge berg op, waar zij alleen waren. En hij onderging voor hun ogen een transfiguratie.” Wat een indrukwekkende gebeurtenis! „Zijn aangezicht straalde als de zon en zijn bovenklederen werden glanzend als het licht. En zie! daar verschenen aan hen Mozes en Elia, die met hem in gesprek waren.” Ook ’overschaduwde een heldere wolk hen’, en zij hoorden Gods eigen stem die zei: „’Dit is mijn Zoon, de geliefde, die ik heb goedgekeurd; luistert naar hem.’ Toen de discipelen dit hoorden, vielen zij op hun aangezicht en werden zeer bevreesd. Maar Jezus kwam naar hen toe, raakte hen aan en zei: ’Staat op en vreest niet.’”
6. (a) Waarom werd de transfiguratie door Jezus een visioen genoemd? (b) Waarvan was de transfiguratie een voorproefje?
6 Deze ontzagwekkende gebeurtenis vond waarschijnlijk plaats op een van de bergruggen van de Hermon, waar Jezus en de drie apostelen de nacht doorbrachten. De transfiguratie geschiedde kennelijk ’s nachts, wat haar bijzonder levendig maakte. Eén reden waarom Jezus haar een visioen noemde, was dat de reeds lang gestorven Mozes en Elia niet letterlijk aanwezig waren. Alleen Christus was werkelijk daar ter plaatse (Mattheüs 17:8, 9). Zo’n oogverblindend vertoon gaf Petrus, Jakobus en Johannes een spectaculair voorproefje van Jezus’ glorierijke tegenwoordigheid in Koninkrijksmacht. Mozes en Elia komen overeen met Jezus’ gezalfde mede-erfgenamen, en het visioen vormde een krachtige bevestiging van zijn getuigenis omtrent het Koninkrijk en zijn toekomstige koningschap.
7. Hoe weten wij dat Petrus zich de transfiguratie levendig herinnerde?
7 De transfiguratie droeg ertoe bij het geloof te versterken van de drie apostelen die een leidinggevende rol in de christelijke gemeente zouden spelen. Christus’ schijnende aangezicht, zijn glinsterende klederen en Gods eigen stem die zei dat Jezus Zijn geliefde Zoon was naar wie zij moesten luisteren — dit alles beantwoordde uiterst doeltreffend aan zijn doel. Maar de apostelen mochten het visioen aan niemand vertellen voordat Jezus werd opgewekt. Zo’n 32 jaar later stond dit visioen Petrus nog levendig voor de geest. Toen hij op het visioen en de betekenis ervan wees, schreef hij: „Neen, niet door kunstig verzonnen onware verhalen te volgen, hebben wij u bekend gemaakt met de kracht en tegenwoordigheid van onze Heer Jezus Christus, maar doordat wij ooggetuigen van zijn luister waren geworden. Want hij ontving van God, de Vader, eer en heerlijkheid, toen er woorden zoals deze door de luisterrijke 2 Petrus 1:16-18.
heerlijkheid tot hem werden gericht: ’Dit is mijn zoon, mijn geliefde, die ík heb goedgekeurd.’ Ja, deze woorden hebben wij uit de hemel horen komen toen wij met hem op de heilige berg waren.” —8. (a) Waarop vestigde Gods uitspraak over zijn Zoon de aandacht? (b) Wat werd te kennen gegeven door de wolk die in de transfiguratie verscheen?
8 Van het allergrootste belang was Gods bekendmaking: „Dit is mijn Zoon, de geliefde, die ik heb goedgekeurd; luistert naar hem.” Deze woorden vestigen de aandacht op Jezus als Gods op de troon geplaatste Koning, aan wie de hele schepping gehoorzaamheid moet schenken. De overschaduwende wolk duidde erop dat de vervulling van dit visioen onzichtbaar zou zijn. Het zou alleen waarneembaar zijn met de ogen des verstands door degenen die „het teken” van Jezus’ onzichtbare tegenwoordigheid in Koninkrijksmacht herkennen (Mattheüs 24:3). In feite blijkt uit Jezus’ instructie om het visioen aan niemand te vertellen voordat hij uit de doden was opgewekt, dat zijn verhoging en verheerlijking na zijn opstanding zouden komen.
9. Waarom dient de transfiguratie ons geloof te versterken?
9 Na melding te hebben gemaakt van de transfiguratie, zei Petrus: „Dientengevolge is het profetische woord voor ons des te vaster gemaakt, en gij doet goed er acht op te geven als op een lamp die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en er een dagster opgaat, in uw hart. Want dit weet gij in de eerste plaats, dat geen profetie der Schrift door enige eigen uitlegging ontstaat. Want nooit werd profetie door de wil van een mens voortgebracht, maar mensen hebben van Godswege gesproken zoals zij door heilige geest werden meegevoerd” (2 Petrus 1:19-21). De transfiguratie onderstreept de betrouwbaarheid van Gods profetische woord. Wij moeten acht geven op dat woord en niet op „kunstig verzonnen onware verhalen”, die niet Gods steun of goedkeuring genieten. Ons geloof in het profetische woord dient door de transfiguratie versterkt te worden omdat dat visionaire toekomstbeeld van Jezus’ heerlijkheid en Koninkrijksmacht werkelijkheid is geworden. Ja, wij beschikken over onloochenbare bewijzen dat Christus thans als een machtige hemelse Koning tegenwoordig is.
Hoe de dagster opgaat
10. Wie of wat is de door Petrus genoemde „dagster”, en waarom antwoordt u aldus?
10 Petrus schreef: ’Gij doet goed acht te geven op het profetische woord als op een lamp die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en er een dagster opgaat.’ Wie of wat is de „dagster”? Het woord „dagster” komt slechts één keer in de bijbel voor, en het heeft een soortgelijke betekenis als „morgenster”. In Openbaring 22:16 wordt Jezus Christus „de heldere morgenster” genoemd. Op bepaalde tijden van het jaar zijn zulke sterren de laatste die aan de oostelijke horizon verschijnen. Ze gaan op vlak voordat de zon opkomt en ze kondigen derhalve het aanbreken van een nieuwe dag aan. Petrus gebruikte het woord „dagster” ter aanduiding van Jezus nadat Hij Koninkrijksmacht had ontvangen. Toen ging Jezus in het hele universum op, met inbegrip van onze aarde! Als de Messiaanse Dagster kondigt hij het aanbreken van een nieuwe dag oftewel een nieuw tijdperk voor de gehoorzame mensheid aan.
11. (a) Waarom betekent 2 Petrus 1:19 niet dat „een dagster” in letterlijke menselijke harten opgaat? (b) Hoe zou u 2 Petrus 1:19 uitleggen?
11 Veel bijbelvertalingen geven voedsel aan de gedachte dat de in 2 Petrus 1:19 opgetekende woorden van de apostel Petrus betrekking hebben op het fysieke menselijke hart. Het hart van een volwassene weegt slechts 250 tot 300 gram. Hoe zou Jezus Christus — thans een glorierijk onsterfelijk geestelijk schepsel in de hemel — in deze kleine menselijke organen kunnen opgaan? (1 Timotheüs 6:16) Natuurlijk is ons figuurlijke hart bij deze kwestie betrokken, want daarmee geven wij acht op Gods profetische woord. Maar neem 2 Petrus 1:19 eens zorgvuldig onder de loep en u zult zien dat de Nieuwe-Wereldvertaling komma’s gebruikt om het als tussenzin bedoelde gedeelte „totdat de dag aanbreekt en er een dagster opgaat” af te zonderen van de eerdere woorden in dit vers en van de uitdrukking „in uw hart”. Dit vers zou als volgt weergegeven kunnen worden: ’Het profetische woord is voor ons des te vaster gemaakt, en gij doet goed er acht op te geven als op een lamp die schijnt in een duistere plaats, dat wil zeggen, in uw hart, totdat de dag aanbreekt en er een dagster opgaat.’
12. In welke toestand verkeren menselijke harten in het algemeen, maar wat kan er van oprechte christenen worden gezegd?
12 In welke toestand verkeren de figuurlijke harten van zondige mensen in het algemeen? Welnu, hun hart verkeert in geestelijke duisternis! Maar als wij ware christenen zijn, is het alsof wij een lamp hebben die schijnt in ons hart dat anders duister zou zijn. Zoals door Petrus’ woorden te kennen wordt gegeven, zouden oprechte christenen door acht te geven op Gods verlichtende profetische woord waakzaam en verlicht blijven ten aanzien van het aanbreken van een nieuwe dag. Zij zouden zich bewust zijn van het feit dat de Dagster was opgegaan, niet in vleselijke menselijke harten, maar ten aanschouwen van de hele schepping.
13. (a) Waarom kunnen wij er zeker van zijn dat de Dagster reeds is opgegaan? (b) Waarom kunnen christenen de moeilijke toestanden verduren die Jezus voor onze tijd heeft voorzegd?
13 De Dagster is reeds opgegaan! Wij kunnen daar zeker van zijn door aandacht te schenken aan Jezus’ grote profetie over zijn tegenwoordigheid. In deze tijd maken wij de vervulling ervan mee in de vorm van ongekende oorlogen, hongersnoden, aardbevingen en de wereldwijde prediking van het goede nieuws (Mattheüs 24:3-14). Hoewel de moeilijke toestanden die Jezus voorzei ook op ons als christenen van invloed zijn, kunnen wij met vrede en vreugde des harten volharden. Waarom? Omdat wij acht geven op Gods profetische woord en geloof stellen in wat hij voor de toekomst belooft. Wij weten dat wij ons op de drempel bevinden van de beste aller tijden omdat wij zeer ver in „de tijd van het einde” leven! (Daniël 12:4) De wereld bevindt zich in de wanhopige situatie die in Jesaja 60:2 werd voorzegd: „Zie! niets dan duisternis zal de aarde bedekken, en dikke donkerheid de nationale groepen.” Hoe kan iemand in deze duisternis zijn weg vinden? Men moet nu, voordat het te laat is, nederig acht slaan op Gods profetische woord. Rechtgeaarde mensen moeten zich wenden tot Jehovah God, de Bron van leven en licht (Psalm 36:9; Handelingen 17:28). Alleen door dit te doen, kan iemand ware verlichting ontvangen en de hoop koesteren de wonderbaarlijke toekomst te genieten die God voor de gehoorzame mensheid in petto heeft. — Openbaring 21:1-5.
’Het licht is in de wereld gekomen’
14. Wat moeten wij doen om de vervulling van de schitterende bijbelprofetieën te beleven?
14 De Schrift maakt duidelijk dat Jezus Christus thans als Koning regeert. Omdat hij in 1914 aan de macht is gekomen, zullen er alsnog schitterende profetieën vervuld worden. Om de vervulling ervan mee te maken, moeten wij er blijk van geven zachtmoedige personen te zijn die geloof oefenen in Jezus Christus en berouw te hebben van zondige werken en van zonden die wij in onwetendheid hebben begaan. Vanzelfsprekend zullen degenen die de duisternis liefhebben geen eeuwig leven ontvangen. Jezus zei: „Dit . . . is de basis voor het oordeel, dat het licht in de wereld is gekomen, maar de mensen hebben de duisternis meer liefgehad dan het licht, omdat hun werken goddeloos waren. Want hij die verachtelijke dingen beoefent, haat het licht en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet worden terechtgewezen. Maar hij die doet wat waar is, komt tot het licht, opdat zijn werken openbaar gemaakt worden als werken die in overeenstemming met God zijn gedaan.” — Johannes 3:19-21.
15. Wat zal er gebeuren als wij de redding veronachtzamen die God door bemiddeling van zijn Zoon mogelijk heeft gemaakt?
15 Geestelijk licht is door bemiddeling van Jezus in de wereld gekomen en het is uitermate belangrijk naar hem te luisteren. Paulus schreef: „God, die lang geleden bij vele gelegenheden en op vele wijzen tot onze voorvaders heeft gesproken door bemiddeling van de profeten, heeft op het einde van deze dagen tot ons gesproken door bemiddeling van een Zoon, die hij tot erfgenaam van alle dingen heeft aangesteld” (Hebreeën 1:1, 2). Wat zal er gebeuren als wij de redding afwijzen die God door bemiddeling van zijn Zoon mogelijk heeft gemaakt? Paulus vervolgde: „Indien het woord dat door bemiddeling van engelen werd gesproken vast bleek te zijn, en elke overtreding en ongehoorzame daad een vergelding ontving in overeenstemming met gerechtigheid, hoe zullen wij dan ontkomen indien wij een zo grote redding hebben veronachtzaamd, die immers aanvankelijk werd verkondigd door bemiddeling van onze Heer en voor ons werd bevestigd door hen die hem gehoord hebben, terwijl ook God getuigenis aflegde met zowel tekenen als wonderen en velerlei krachtige werken en met uitdelingen van heilige geest overeenkomstig zijn wil?” (Hebreeën 2:2-4) Ja, in de verkondiging van het profetische woord staat Jezus centraal. — Openbaring 19:10.
16. Waarom kunnen wij volledig geloof hebben in alle van Jehovah God afkomstige profetieën?
16 Zoals reeds is opgemerkt, zei Petrus: „Geen profetie der Schrift [ontstaat] door enige eigen uitlegging.” Mensen kunnen uit zichzelf niet met ware profetie voor de dag komen, maar wij kunnen volledig geloof hebben in al Gods profetieën. Die vinden hun oorsprong bij Jehovah God zelf. Door middel van heilige geest heeft hij bewerkt dat zijn dienstknechten konden begrijpen hoe de bijbelse profetieën in vervulling gaan. Ja, wij zijn Jehovah dankbaar dat wij sinds het jaar 1914 getuige zijn van de vervulling van veel van die profetieën. En wij zijn er absoluut zeker van dat de overige profetieën omtrent het einde van dit goddeloze samenstel van dingen allemaal in vervulling zullen gaan. Het is van levensbelang dat wij aandacht blijven schenken aan goddelijke voorzeggingen terwijl wij ons licht laten schijnen (Mattheüs 5:16). Wat zijn wij dankbaar dat Jehovah ’licht voor ons laat stralen in de dikke duisternis’ die de aarde thans omhult! — Jesaja 58:10.
17. Waarom hebben wij van God afkomstig geestelijk licht nodig?
17 Letterlijk licht stelt ons in staat te zien. Ook maakt het de groei van gewassen mogelijk waardoor wij van vele uiteenlopende soorten voedsel worden voorzien. Wij kunnen niet buiten letterlijk licht. Wat valt er over geestelijk licht te zeggen? Psalm 119:105). Jehovah God ’zendt liefdevol zijn licht en zijn waarheid uit’ (Psalm 43:3). Wij dienen beslist diepe waardering voor zulke voorzieningen te tonen. Laten wij daarom ons uiterste best doen om het licht van „de glorierijke kennis van God” in ons op te nemen, opdat het ons figuurlijke hart verlicht. — 2 Korinthiërs 4:6; Efeziërs 1:18.
Het verschaft ons leiding en toont ons de toekomst zoals Gods Woord, de bijbel, die heeft voorzegd (18. Waartoe is Jehovah’s Dagster thans gereed?
18 Hoe gezegend zijn wij te weten dat Jezus Christus, de Dagster, in 1914 in het hele universum opging en het transfiguratievisioen begon te vervullen! Jehovah’s Dagster is nu aanwezig, gereed om Gods voornemen ten uitvoer te brengen in de verdere vervulling van de transfiguratie — „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige” (Openbaring 16:14, 16). Nadat dit oude samenstel is weggevaagd, zal Jehovah zijn belofte van „nieuwe hemelen en een nieuwe aarde” vervullen, waarin wij hem voor eeuwig als de Soevereine Heer van het universum en de God van ware profetie kunnen loven (2 Petrus 3:13). Laten wij tot die grootse dag in het goddelijke licht blijven wandelen door acht te geven op Gods profetische woord.
Wat zou u antwoorden?
• Hoe zou u Jezus’ transfiguratie beschrijven?
• Hoe bouwt de transfiguratie geloof op?
• Wie of wat is Jehovah’s Dagster, en wanneer is die opgegaan?
• Waarom dienen wij aandacht te schenken aan Gods profetische woord?
[Studievragen]
[Illustratie op blz. 13]
Kunt u de betekenis van de transfiguratie uitleggen?
[Illustratie op blz. 15]
De Dagster is reeds opgegaan. Weet u hoe en wanneer?