Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Jehovah verleent de vermoeide kracht

Jehovah verleent de vermoeide kracht

Jehovah verleent de vermoeide kracht

„[Jehovah] geeft de vermoeide kracht, en degene zonder dynamische energie schenkt hij volledige sterkte in overvloed.” — JESAJA 40:29.

1. Illustreer de kracht die in door God geschapen dingen huist.

JEHOVAH is onbegrensd in macht. En wat een dynamische energie huist er in de dingen die hij heeft geschapen! Het minuscule atoom — de belangrijkste bouwsteen van alle dingen — is zo klein dat een enkele waterdruppel er honderd triljoen van bevat. * Alle leven op onze aarde is afhankelijk van de energie die wordt geproduceerd door kernfusiereacties op de zon. Maar hoeveel zonne-energie is ervoor nodig om het leven op aarde in stand te houden? De aarde ontvangt slechts zeer kleine fracties van al de energie die de zon produceert. Niettemin is het bijzonder kleine gedeelte zonne-energie dat de aarde bereikt onnoemelijk veel groter dan het totale energieverbruik van alle industrieën in de wereld.

2. Wat is de essentie van wat Jesaja 40:26 over Jehovah’s kracht zegt?

2 Of wij nu over het atoom nadenken of onze aandacht richten op het onmetelijke universum, wij raken onder de indruk van Jehovah’s ontzagwekkende macht of kracht. Geen wonder dat hij kon zeggen: „Heft uw ogen naar omhoog en ziet. Wie heeft deze dingen geschapen? Het is Degene die het heerleger daarvan zelfs naar het getal uitleidt, ze alle zelfs bij name roept. Vanwege de overvloed van dynamische energie, en omdat hij sterk is in kracht, ontbreekt er niet één aan”! (Jesaja 40:26) Ja, Jehovah is ’sterk in kracht’ en hij is de Bron van de „dynamische energie” die aangewend is om het gehele universum tot bestaan te brengen.

Meer dan normale kracht nodig

3, 4. (a) Wat zijn enkele factoren waardoor wij uitgeput kunnen raken? (b) Welke vraag dient beschouwd te worden?

3 Terwijl God onbegrensd in macht is, worden mensen moe. Waar wij ook heen gaan, overal treffen wij vermoeide mensen aan. Zij worden moe wakker, gaan moe naar hun werk of naar school, komen moe thuis en gaan niet alleen moe maar ook uitgeput naar bed. Sommigen willen wel dat zij ergens naartoe zouden kunnen gaan om dat kleine beetje rust te krijgen waar zij zo hard aan toe zijn. Als Jehovah’s dienstknechten worden ook wij moe, want ons leven van godvruchtige toewijding vergt krachtige inspanningen (Markus 6:30, 31; Lukas 13:24; 1 Timotheüs 4:8). En er zijn vele andere factoren die ons van kracht beroven.

4 Ook al zijn wij christenen, wij zijn niet gevrijwaard voor de problemen die mensen in het algemeen ondervinden (Job 14:1). Ziekte, financiële tegenslagen of andere moeilijkheden waarmee men in het leven te kampen heeft, kunnen leiden tot ontmoediging met de verzwakkende invloed die ermee gepaard gaat. Buiten deze uitdagingen zijn er nog de beproevingen die typerend zijn voor degenen die ter wille van de rechtvaardigheid worden vervolgd (2 Timotheüs 3:12; 1 Petrus 3:14). Wegens de dagelijkse druk van de wereld en de tegenstand tegen onze Koninkrijksprediking zijn sommigen van ons misschien zo moe dat zij erover denken het in Jehovah’s dienst kalmer aan te gaan doen. Bovendien zal Satan de Duivel elk middel dat tot zijn beschikking staat benutten in een poging onze rechtschapenheid jegens God te verbreken. Hoe kunnen wij dan de geestelijke kracht verkrijgen die nodig is om niet uitgeput te raken en het op te geven?

5. Waarom is er meer dan menselijke kracht nodig om de christelijke bediening ten uitvoer te brengen?

5 Wij moeten ons voor geestelijke kracht op Jehovah, de alvermogende Schepper, verlaten. De apostel Paulus wees erop dat de christelijke bediening meer dan de normale kracht van onvolmaakte mensen zou vergen. Hij schreef: „Wij hebben deze schat . . . in aarden vaten, opdat de kracht die datgene wat normaal is te boven gaat, van God zou zijn en niet uit onszelf” (2 Korinthiërs 4:7). Gezalfde christenen verrichten „de bediening van de verzoening” met de steun van hun metgezellen die de aardse hoop koesteren (2 Korinthiërs 5:18; Johannes 10:16; Openbaring 7:9). Aangezien wij onvolmaakte mensen Gods werk onder vervolging doen, kunnen wij het niet alleen in eigen kracht verrichten. Jehovah helpt ons door middel van zijn heilige geest en aldus verheerlijkt onze zwakheid zijn kracht. En wat worden wij vertroost door de verzekering dat ’Jehovah de rechtvaardigen zal steunen’! — Psalm 37:17.

’Jehovah is onze vitale kracht’

6. Hoe verzekert de Schrift ons dat Jehovah onze Bron van kracht is?

6 Onze hemelse Vader is ’sterk in kracht’ en kan ons gemakkelijk sterken. In feite wordt ons gezegd: „[Jehovah] geeft de vermoeide kracht, en degene zonder dynamische energie schenkt hij volledige sterkte in overvloed. Jongens zullen zowel moe als mat worden, en jonge mannen zelfs zullen zonder mankeren struikelen, maar wie op Jehovah hopen, zullen nieuwe kracht verkrijgen. Zij zullen opvaren met vleugels als arenden. Zij zullen rennen en niet mat worden; zij zullen wandelen en niet moe worden” (Jesaja 40:29-31). Wegens toenemende druk voelen wij ons misschien soms als een uitgeputte hardloper wiens benen niet in staat lijken hem nog verder te dragen. Maar de eindstreep in de wedloop om het leven ligt vlak voor ons en wij mogen het niet opgeven (2 Kronieken 29:11). Onze Tegenstander, de Duivel, gaat rond „als een brullende leeuw” en hij wil ons ermee op laten houden (1 Petrus 5:8). Laten wij bedenken dat ’Jehovah onze sterkte en ons schild is’, en hij heeft overvloedige voorzieningen getroffen om ’de vermoeide kracht te geven’. — Psalm 28:7.

7, 8. Welk bewijs is er dat Jehovah David, Habakuk en Paulus sterkte?

7 Jehovah gaf David de benodigde kracht om ondanks grote belemmeringen voort te gaan. Daarom schreef David met volledig geloof en vertrouwen: „Door God zullen wij vitale kracht verwerven, en hijzelf zal onze tegenstanders vertreden” (Psalm 60:12). Jehovah sterkte ook Habakuk opdat hij zijn toewijzing als profeet zou kunnen voltooien. Habakuk 3:19 zegt: „Jehovah, de Soevereine Heer, is mijn vitale kracht; en hij zal mijn voeten maken als die van de hinden, en op mijn hoge plaatsen zal hij mij doen treden.” Ook opmerkelijk is het voorbeeld van Paulus, die schreef: „Voor alle dingen bezit ik de sterkte door [God] die mij kracht verleent.” — Filippenzen 4:13.

8 Net als David, Habakuk en Paulus dienen wij geloof te oefenen in Gods vermogen om ons te sterken en in zijn macht om ons te redden. Laten wij, in de wetenschap dat de Soevereine Heer Jehovah onze Bron van „vitale kracht” is, nu enkele manieren beschouwen waarop wij geestelijke kracht kunnen putten uit voorzieningen die God in overvloed treft.

Geestelijke voorzieningen om ons te sterken

9. Welke rol spelen christelijke publicaties in ons voedingsprogramma?

9 IJverige studie van de Schrift met behulp van christelijke publicaties kan ons sterken en schragen. De psalmist zong: „Gelukkig is de man . . . [wiens] lust is in de wet van Jehovah, en in diens wet leest hij dag en nacht met gedempte stem. En hij zal stellig worden als een boom, geplant aan waterstromen, die zijn eigen vrucht geeft als het de juiste tijd ervoor is en waarvan het gebladerte niet verwelkt, en al wat hij doet, zal gelukken” (Psalm 1:1-3). Net zoals wij moeten eten om fysiek sterk te blijven, moeten wij het door God via zijn Woord en christelijke publicaties verschafte geestelijke voedsel in ons opnemen om geestelijk sterk te blijven. Daarom zijn zinvolle studie en meditatie onontbeerlijk.

10. Wanneer zouden wij tijd voor studie en meditatie kunnen vinden?

10 Het is werkelijk lonend over „de diepe dingen Gods” te mediteren (1 Korinthiërs 2:10). Maar wanneer kunnen wij tijd vinden om te mediteren? Abrahams zoon Isaäk „liep tegen het vallen van de avond buiten rond om te mediteren in het veld” (Genesis 24:63-67). De psalmist David ’mediteerde over God in de nachtwaken’ (Psalm 63:6). Wij kunnen ’s morgens, ’s avonds en ’s nachts — ja, te allen tijde — Gods Woord bestuderen en erover mediteren. Zulke studie en meditatie leiden tot nog een van Jehovah’s geestelijk versterkende voorzieningen — het gebed.

11. Waarom dienen wij grote belangrijkheid toe te kennen aan geregeld bidden?

11 Geregeld bidden tot God draagt ertoe bij ons te sterken. Mogen wij daarom ’aanhouden in het gebed’ (Romeinen 12:12). Soms moeten wij een specifiek verzoek doen om de wijsheid en kracht die nodig zijn om het hoofd te bieden aan een beproeving (Jakobus 1:5-8). Laten wij God ook danken en loven wanneer wij de verwezenlijking van zijn voornemens waarnemen of zien dat hij ons heeft gesterkt om voort te gaan in zijn dienst (Filippenzen 4:6, 7). Als wij in gebed dicht bij Jehovah blijven, zal hij ons nooit in de steek laten. „Zie!”, zong David, „God is mijn helper.” — Psalm 54:4.

12. Waarom dienen wij God om zijn heilige geest te vragen?

12 Onze hemelse Vader geeft ons kracht en sterkt ons door middel van zijn heilige geest, of werkzame kracht. Paulus schreef: „Ik [buig] mijn knieën voor de Vader . . . opdat hij u overeenkomstig de rijkdom van zijn heerlijkheid moge geven dat gij sterk gemaakt wordt naar de mens die gij innerlijk zijt, met kracht door middel van zijn geest” (Efeziërs 3:14-16). Wij dienen om heilige geest te bidden, in het vertrouwen dat Jehovah ons ermee zal zegenen. Jezus redeneerde: Als een kind om een vis vraagt, zal een liefdevolle vader hem dan een slang geven? Natuurlijk niet. Daarom concludeerde Jezus: „Als gij . . ., ofschoon gij [zondig en dus min of meer] slecht zijt, goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan de Vader in de hemel heilige geest geven aan wie hem erom vragen!” (Lukas 11:11-13) Laten wij met zo’n vertrouwen bidden en altijd bedenken dat getrouwe dienstknechten van God „sterk gemaakt” kunnen worden met kracht door middel van zijn geest.

De gemeente is een versterkende hulp

13. Hoe dienen wij christelijke vergaderingen te bezien?

13 Jehovah sterkt ons door de vergaderingen van de christelijke gemeente. Jezus zei: „Waar twee of drie vergaderd zijn in mijn naam, daar ben ik in hun midden” (Mattheüs 18:20). Toen Jezus die belofte deed, had hij het over zaken waaraan aandacht geschonken moest worden door degenen die de leiding namen in de gemeente (Mattheüs 18:15-19). Maar zijn woorden zijn in beginsel van toepassing op al onze christelijke vergaderingen, grotere bijeenkomsten en congressen, die geopend en besloten worden met een gebed in zijn naam (Johannes 14:14). Het is dus een voorrecht zulke christelijke bijeenkomsten te bezoeken, of er nu een paar personen aanwezig zijn of dat hun aantal in de duizenden beloopt. Laten wij ons derhalve dankbaar betonen voor deze gelegenheden die bedoeld zijn om ons geestelijk te sterken en ons aan te sporen tot liefde en voortreffelijke werken. — Hebreeën 10:24, 25.

14. Welk voordeel trekken wij van de inspanningen die christelijke ouderlingen zich getroosten?

14 Christelijke ouderlingen verschaffen geestelijke hulp en aanmoediging (1 Petrus 5:2, 3). Paulus hielp de gemeenten die hij bediende en moedigde hen aan, net als reizende opzieners dit in deze tijd doen. In feite verlangde hij ernaar bij zijn medegelovigen te zijn opdat er een opbouwende uitwisseling van aanmoediging kon zijn (Handelingen 14:19-22; Romeinen 1:11, 12). Mogen wij altijd blijk geven van waardering voor onze plaatselijke ouderlingen en andere christelijke opzieners, die er een groot aandeel aan hebben ons geestelijk te sterken.

15. Hoe blijken medeaanbidders in onze gemeente „een versterkende hulp” te zijn?

15 Medegelovigen in onze gemeente kunnen „een versterkende hulp” zijn (Kolossenzen 4:10, 11). Als ’ware metgezellen’ kunnen zij ons in tijden van benauwdheid helpen (Spreuken 17:17). Toen in 1945 bijvoorbeeld 220 dienstknechten van God onder nazi-bewaking het concentratiekamp Sachsenhausen verlieten, hadden zij een tocht van ongeveer 200 kilometer voor de boeg. Zij reisden in een groep, en de sterkeren trokken de zwaksten op karretjes voort. Het gevolg? In een dodenmars waarbij meer dan 10.000 gevangenen uit het concentratiekamp het leven verloren, kwam geen enkele Getuige van Jehovah om. Zulke verslagen die in Wachttoren-publicaties, met inbegrip van het Jaarboek van Jehovah’s Getuigen en Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk, zijn verschenen, bewijzen dat God zijn volk kracht verleent, zodat zij het niet opgeven. *Galaten 6:9.

Gesterkt door onze velddienst

16. Hoe sterkt een geregelde deelname aan de bediening ons geestelijk?

16 Geregelde deelname aan de Koninkrijksprediking sterkt ons geestelijk. Zulke activiteit vormt een hulp om ons op Gods koninkrijk te concentreren en de eeuwigheid en haar gezegende vooruitzichten voor ogen te blijven houden (Judas 20, 21). De schriftuurlijke beloften waarover wij in onze bediening spreken, geven ons hoop en kunnen ons net zo vastberaden maken als de profeet Micha, die zei: „Wij . . . zullen wandelen in de naam van Jehovah, onze God, tot onbepaalde tijd, ja voor eeuwig.” — Micha 4:5.

17. Welke suggesties aangaande huisbijbelstudies worden er gedaan?

17 Onze eigen band met Jehovah wordt versterkt als wij bij het onderwijzen van anderen veelvuldiger de Schrift gebruiken. Wanneer wij bijvoorbeeld huisbijbelstudies leiden met behulp van het boek Kennis die tot eeuwig leven leidt, is het verstandig een aantal van de genoemde schriftplaatsen te lezen en te bespreken. Dit helpt de leerling en versterkt ons eigen geestelijk inzicht. Als een leerling het moeilijk vindt een bijbelse opvatting of een illustratie te begrijpen, kan meer dan één studieperiode worden gebruikt om slechts één hoofdstuk in het Kennis-boek door te nemen. Hoe gelukkig zijn wij als wij ons goed voorbereiden en extra inspanningen in het werk stellen om anderen te helpen tot God te naderen!

18. Illustreer hoe het Kennis-boek doeltreffend wordt gebruikt.

18 Elk jaar wordt een doeltreffend gebruik gemaakt van het Kennis-boek om duizenden mensen te helpen Jehovah’s opgedragen dienstknechten te worden, en onder hen zijn velen die geen bijbelse achtergrond hebben. Toen een hindoeman op Sri Lanka bijvoorbeeld nog een kind was, hoorde hij een Getuige over het Paradijs spreken. Enkele jaren later sprak hij haar aan en niet lang daarna richtte haar echtgenoot een bijbelstudie bij hem op. De jonge man kwam zelfs dagelijks voor een studie en in een betrekkelijk korte tijd was het Kennis-boek uit. Hij begon alle vergaderingen te bezoeken, verbrak de banden met zijn vorige religie en werd een Koninkrijksverkondiger. Toen hij gedoopt werd, leidde hij reeds een huisbijbelstudie met een kennis van hem.

19. Waarvan kunnen wij zeker zijn als wij eerst het Koninkrijk zoeken?

19 Wanneer wij eerst het Koninkrijk zoeken, schenkt dit ons vreugde die ons kracht geeft (Mattheüs 6:33). Hoewel wij verscheidene beproevingen ondergaan, blijven wij vreugdevol en ijverig het goede nieuws bekendmaken (Titus 2:14). Velen van ons voldoen aan het urenvereiste voor de volletijddienst als pionier en sommigen dienen waar een grotere behoefte aan predikers is. Of wij nu op deze of andere manieren vreugdevol de Koninkrijksbelangen bevorderen, wij zijn ervan overtuigd dat Jehovah ons werk en de liefde die wij voor zijn naam tonen, niet zal vergeten. — Hebreeën 6:10-12.

Ga voort in Jehovah’s kracht

20. Hoe kunnen wij er blijk van geven dat wij voor kracht naar Jehovah opzien?

20 Laten wij in elk geval tonen dat wij op Jehovah hopen en naar hem opzien voor kracht. Wij kunnen dit doen door ons de geestelijke voorzieningen die hij via de ’getrouwe slaaf’ treft, volledig ten nutte te maken (Mattheüs 24:45). Persoonlijke en gemeentelijke studie van Gods Woord met behulp van christelijke publicaties, uit het hart komend gebed, geestelijke hulp van de ouderlingen, schitterende voorbeelden van getrouwe medegelovigen en geregelde deelname aan de dienst behoren tot de voorzieningen die onze band met Jehovah versterken en ons kracht verlenen om in zijn heilige dienst voort te gaan.

21. Hoe brachten de apostelen Petrus en Paulus de behoefte aan door God geschonken kracht onder woorden?

21 Ondanks onze menselijke zwakte zal Jehovah ons sterken om zijn wil te doen als wij ons voor hulp op hem verlaten. Omdat de apostel Petrus zich van de behoefte aan zo’n hulp bewust was, schreef hij: „Indien iemand dient, hij diene als afhankelijk van de door God verschafte sterkte” (1 Petrus 4:11). En Paulus toonde zijn vertrouwen in de door God gegeven sterkte toen hij zei: „Ik [heb] behagen in zwakheden, in beledigingen, in noden, in vervolgingen en moeilijkheden, om Christus’ wil. Want wanneer ik zwak ben, dan ben ik krachtig” (2 Korinthiërs 12:10). Mogen wij dezelfde overtuiging tentoonspreiden en de Soevereine Heer Jehovah, die de vermoeide kracht verleent, verheerlijken. — Jesaja 12:2.

[Voetnoten]

^ ¶1 Dit is een 1 gevolgd door 20 nullen.

^ ¶15 Uitgegeven door het Wachttoren-, Bijbel- en Traktaatgenootschap.

Wat zou u antwoorden?

• Waarom hebben Jehovah’s dienstknechten meer dan normale kracht nodig?

• Welk schriftuurlijk bewijs is er dat God zijn dienstknechten kracht verleent?

• Wat zijn enkele geestelijke voorzieningen die Jehovah heeft getroffen om ons te sterken?

• Hoe kunnen wij tonen dat wij voor kracht naar God opzien?

[Studievragen]

[Illustratie op blz. 12]

Onze eigen band met Jehovah wordt versterkt als wij de bijbel gebruiken om anderen te onderwijzen