Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Bewaar uw vreugde in Jehovah’s dienst

Bewaar uw vreugde in Jehovah’s dienst

Bewaar uw vreugde in Jehovah’s dienst

„Verheugt u altijd in de Heer. Nogmaals zal ik zeggen: Verheugt u!” — FILIPPENZEN 4:4.

1, 2. Hoe waren een broeder en zijn gezin, ondanks het feit dat zij al hun bezittingen verloren, in staat hun vreugde te bewaren?

JAMES, een zeventigjarige christen in Sierra Leone, had zijn hele leven hard gewerkt. Stelt u zich zijn vreugde voor toen hij uiteindelijk genoeg geld had gespaard om een bescheiden vierkamerwoning te kopen! Maar enige tijd nadat James en zijn gezin die hadden betrokken, brak er in dat land een burgeroorlog uit en werd hun huis platgebrand. Zij verloren hun huis, maar zij verloren hun vreugde niet. Waarom niet?

2 James en zijn gezin hielden hun geest niet gericht op wat zij hadden verloren, maar op wat nog was overgebleven. James legt uit: „Zelfs gedurende die tijd van verschrikking hielden wij vergaderingen, lazen de bijbel, baden samen en deelden het beetje dat wij hadden met anderen. Wij waren in staat onze vreugde te bewaren omdat wij ons concentreerden op de wonderbaarlijke verhouding die wij met Jehovah hebben.” Doordat deze getrouwe christenen hun zegeningen telden, waarvan de grootste het hebben van een persoonlijke verhouding met Jehovah is, waren zij in staat ’voort te gaan zich te verheugen’ (2 Korinthiërs 13:11). Natuurlijk was het niet gemakkelijk hun benauwende omstandigheden te verduren. Maar zij hielden er niet mee op zich in Jehovah te verheugen.

3. Hoe bewaarden sommige vroege christenen hun vreugde?

3 De vroege christenen stonden oog in oog met beproevingen die te vergelijken waren met die welke James en zijn gezin ondervonden. Toch schreef de apostel Paulus de volgende woorden aan Hebreeuwse christenen: „Gij hebt . . . de roof van uw bezittingen met vreugde aanvaard.” Vervolgens maakte Paulus duidelijk wat de bron van hun vreugde was: „Daar gij wist dat gij zelf een beter en een blijvend bezit hebt” (Hebreeën 10:34). Ja, deze eerste-eeuwse christenen bezaten een krachtige hoop. Zij zagen er vol vertrouwen naar uit iets te ontvangen wat niet geroofd kon worden — de onverwelkelijke „kroon des levens” in Gods hemelse koninkrijk (Openbaring 2:10). In deze tijd kan onze christelijke hoop — of het nu gaat om een hemelse of een aardse — ons helpen onze vreugde te bewaren, zelfs wanneer wij geconfronteerd worden met tegenspoed.

„Verheugt u in de hoop”

4, 5. (a) Waarom was Paulus’ raad ’zich te verheugen in de hoop’ zo toepasselijk voor de Romeinen? (b) Wat kan er de oorzaak van zijn dat een christen zijn hoop uit het oog verliest?

4 De apostel Paulus moedigde medegelovigen in Rome aan ’zich te verheugen in de hoop’ op eeuwig leven (Romeinen 12:12). Dat was toepasselijke raad voor de Romeinen. Nog geen tien jaar nadat Paulus aan hen had geschreven, kregen zij zware vervolging te verduren, en sommigen werden op bevel van keizer Nero doodgemarteld. Hun geloof dat God hun de beloofde kroon des levens zou geven, steunde hen ongetwijfeld in hun lijden. Hoe staat het in deze tijd met ons?

5 Als christenen verwachten ook wij vervolgd te worden (2 Timotheüs 3:12). Verder beseffen wij dat „tijd en onvoorziene gebeurtenissen” ons allen treffen (Prediker 9:11). Een ongeluk kan iemand die wij liefhebben van het leven beroven. Een fatale ziekte kan een ouder of een intieme vriend het leven kosten. Als wij onze Koninkrijkshoop niet duidelijk voor ogen houden, kunnen wij geestelijk gevaar lopen wanneer zulke beproevingen zich voordoen. Derhalve doen wij er goed aan ons af te vragen: ’Verheug ik mij in de hoop? Hoe vaak neem ik de tijd om erover te mediteren? Is het komende paradijs reëel voor mij? Zie ik mijzelf daar? Verlang ik nog net zo naar het einde van het huidige samenstel van dingen als toen ik voor het eerst over de waarheid hoorde?’ Deze laatste vraag verdient onze serieuze aandacht. Waarom? Als wij volkomen gezond zijn, een goed inkomen hebben en leven in een deel van de aarde dat enigszins gevrijwaard is van oorlog, voedseltekort of natuurrampen, zouden wij immers — tenminste voor het ogenblik — de dringende behoefte aan de komst van Gods nieuwe wereld uit het oog kunnen verliezen.

6. (a) Waarop concentreerden Paulus en Silas hun gedachten toen zij verdrukking leden? (b) Hoe kan het voorbeeld van Paulus en Silas ons in deze tijd aanmoedigen?

6 Verder gaf Paulus de Romeinen de raad ’te volharden onder verdrukking’ (Romeinen 12:12). Verdrukking was Paulus niet vreemd. Eens zag hij in een visioen een man die hem uitnodigde ’over te komen naar Macedonië’ om mensen daar te helpen meer over Jehovah te weten te komen (Handelingen 16:9). Daarop ging Paulus, samen met Lukas, Silas en Timotheüs, scheep naar Europa. Wat wachtte die ijverige zendelingen? Verdrukking! Nadat Paulus en Silas in de Macedonische stad Filippi gepredikt hadden, werden zij gegeseld en in de gevangenis geworpen. Het is duidelijk dat sommige burgers van Filippi niet alleen onverschillig tegenover de Koninkrijksboodschap stonden — zij waren daar bitter tegen gekant. Was deze wending in de gebeurtenissen er de oorzaak van dat de ijverige zendelingen hun vreugde verloren? Nee. Nadat zij geslagen en in de gevangenis geworpen waren, ’waren Paulus en Silas omstreeks middernacht aan het bidden en loofden God met een lied’ (Handelingen 16:25, 26). Natuurlijk verschafte de pijn van de slagen die men Paulus en Silas had toegediend geen vreugde, maar daar concentreerden de twee zendelingen zich niet op. Hun gedachten richtten zich op Jehovah en de wijze waarop hij hen zegende. Door vreugdevol ’onder verdrukking te volharden’, dienden Paulus en Silas als schitterende voorbeelden voor hun broeders en zusters in Filippi en elders.

7. Waarom dienen wij in onze gebeden dankzegging op te nemen?

7 Paulus schreef: „Houdt aan in het gebed” (Romeinen 12:12). Bidt u als u angstige periodes doormaakt? Waar bidt u voor? Waarschijnlijk maakt u melding van uw specifieke problemen en vraagt u Jehovah om hulp. Maar u kunt er ook uitingen van dankzegging in opnemen voor de zegeningen waarin u zich verheugt. Wanneer zich problemen voordoen, worden wij geholpen ons ’te verheugen in de hoop’ door na te denken over de goede dingen die Jehovah voor ons doet. David, wiens leven verre van probleemloos verliep, schreef: „Vele dingen hebt gijzelf gedaan, o Jehovah, mijn God, ja, uw wonderwerken en uw gedachten jegens ons; niemand is met u te vergelijken. Zou ik geneigd zijn erover te vertellen en te spreken, ze zijn te talrijk geworden om ze te kunnen verhalen” (Psalm 40:5). Als wij, net als David, geregeld mediteren over de zegeningen die wij van Jehovah ontvangen, zullen wij beslist vreugdevol zijn.

Behoud een positieve geest

8. Waardoor wordt een christen geholpen gelukkig te blijven wanneer hij vervolging ondergaat?

8 Jezus moedigt zijn volgelingen aan een positieve geest te behouden wanneer hun velerlei beproevingen overkomen. Hij zegt: „Gelukkig zijt gij wanneer men u smaadt en vervolgt en liegende allerlei kwaad tegen u spreekt ter wille van mij” (Mattheüs 5:11). Welke reden hebben wij om onder zulke omstandigheden gelukkig te zijn? Ons vermogen om weerstand te bieden aan tegenstand vormt het bewijs dat Jehovah’s geest op ons rust. De apostel Petrus zei tot medechristenen in zijn tijd: „Indien gij om de naam van Christus wordt gesmaad, zijt gij gelukkig, want de geest der heerlijkheid, ja, de geest van God, rust op u” (1 Petrus 4:13, 14). Door middel van zijn geest zal Jehovah ons ook helpen te volharden en, als gevolg daarvan, onze vreugde te bewaren.

9. Waardoor werden sommige broeders geholpen redenen voor vreugde te vinden toen zij vanwege hun geloof in de gevangenis zaten?

9 Zelfs als wij in de grimmigste omstandigheden verkeren, kunnen wij redenen vinden ons te verheugen. Een christen, Adolf geheten, kwam tot die ontdekking. Hij woont in een land waar het werk van Jehovah’s Getuigen vele jaren onder verbodsbepalingen heeft gestaan. Adolf en enkele van zijn metgezellen werden gearresteerd en tot lange gevangenisstraffen veroordeeld omdat zij weigerden hun op de bijbel gebaseerde geloof te verloochenen. Het gevangenisleven was zwaar, maar net als Paulus en Silas vonden Adolf en zijn metgezellen redenen om God te danken. Zij bemerkten dat hun gevangeniservaring hen hielp hun geloof te versterken en waardevolle christelijke hoedanigheden, zoals edelmoedigheid, empathie en broederlijke genegenheid, aan te kweken. Wanneer bijvoorbeeld een gevangene een pakket van thuis ontving, deelde hij de inhoud ervan met medegelovigen, die deze extra voorzieningen bezagen als afkomstig van Jehovah, de uiteindelijke Gever van „elke goede gave en elk volmaakt geschenk”. Zulke daden van goedheid schonken niet alleen de gever maar ook de ontvangers vreugde. Deze gevangeniservaring die bedoeld was om hun geloof te breken, maakte hen in feite dus geestelijk sterker! — Jakobus 1:17; Handelingen 20:35.

10, 11. Hoe wist een zuster het hoofd te bieden aan niet-aflatende ondervraging gevolgd door een lange gevangenisstraf?

10 Ella, die ook in een land woont waar het Koninkrijkswerk lange tijd aan verbodsbepalingen onderhevig was, werd gearresteerd omdat zij haar christelijke hoop met anderen deelde. Acht maanden lang werd zij aan een niet-aflatende ondervraging onderworpen. Toen zij ten slotte voor de rechter kwam, werd zij tot tien jaar straf veroordeeld in een gevangenis waar zich geen andere aanbidders van Jehovah bevonden. Ella was destijds pas 24 jaar.

11 Natuurlijk was het voor Ella geen aanlokkelijk vooruitzicht de meeste jaren als jonge volwassene in een gevangeniscel door te brengen. Maar aangezien zij haar situatie niet kon veranderen, besloot zij haar zienswijze te veranderen. Dientengevolge begon zij de gevangenis te bezien als haar eigen persoonlijke predikingsgebied. „Er was zo veel predikingswerk te doen”, zegt zij, „dat de jaren voorbijvlogen.” Na meer dan vijf jaar werd Ella opnieuw ondervraagd. Beseffend dat de gevangenistralies haar geloof niet hadden verwoest, zeiden haar ondervragers tot haar: „Wij kunnen je niet vrijlaten; je bent niet veranderd.” „Maar ik ben wel veranderd!”, antwoordde Ella ferm. „Ik voel mij nu veel opgewekter dan toen ik net in de gevangenis kwam, en mijn geloof is veel sterker dan voordien!” En zij voegde eraan toe: „Als u mij niet wilt vrijlaten, zal ik blijven totdat het Jehovah goeddunkt mij te bevrijden.” Vijf en een half jaar opsluiting hadden Ella niet beroofd van haar vreugde! Zij had geleerd om in welke omstandigheden zij ook mocht verkeren, voldoening te vinden. Kunt u iets van haar voorbeeld leren? — Hebreeën 13:5.

12. Wat kan een christen in moeilijke omstandigheden vrede des geestes schenken?

12 Trek niet de conclusie dat Ella beschikt over de een of andere ongewone gave die haar in staat stelt het hoofd te bieden aan zulke uitdagingen. Verwijzend naar de periode van ondervraging die zij onderging in de maanden voordat zij werd veroordeeld, geeft Ella toe: „Ik herinner mij dat mijn tanden klapperden en ik mij als een bang vogeltje voelde.” Maar Ella heeft een krachtig geloof in Jehovah. Zij heeft geleerd haar vertrouwen op hem te stellen (Spreuken 3:5-7). Als gevolg daarvan is God reëler voor haar dan voordien. Zij legt uit: „Elke keer dat ik de verhoorkamer betrad, voelde ik een vrede over mij komen. . . . Hoe angstaanjagender de situatie was, des te intenser de vrede werd.” Jehovah was de bron van die vrede. De apostel Paulus zet uiteen: „Weest over niets bezorgd, maar laat in alles door gebed en smeking te zamen met dankzegging uw smeekbeden bij God bekend worden; en de vrede van God, die alle gedachte te boven gaat, zal uw hart en uw geestelijke vermogens behoeden door bemiddeling van Christus Jezus.” — Filippenzen 4:6, 7.

13. Wat geeft ons de verzekering dat wij, als wij met verdrukking te maken krijgen, de kracht zullen hebben om te volharden?

13 Ella, die sindsdien is vrijgelaten, heeft haar vreugde ondanks moeilijkheden bewaard. Zij heeft dit niet in haar eigen kracht gedaan, maar in de kracht die Jehovah haar geschonken heeft. Hetzelfde gold voor de apostel Paulus, die schreef: „Zeer gaarne zal ik daarom veeleer ten aanzien van mijn zwakheden roemen, opdat de kracht van de Christus gelijk een tent over mij moge blijven. . . . Want wanneer ik zwak ben, dan ben ik krachtig.” — 2 Korinthiërs 12:9, 10.

14. Illustreer hoe een christen een positieve kijk zou kunnen krijgen op een beproevingsvolle situatie en wat het resultaat kan zijn.

14 De druk waaraan u thans persoonlijk blootstaat, kan iets verschillen van die welke wij hier beschouwd hebben. Maar welke vorm de druk ook aanneemt, het is moeilijk er het hoofd aan te bieden. Uw werkgever bijvoorbeeld staat misschien uitermate kritisch tegenover uw werk — veel kritischer dan tegenover het werk van werknemers die andere geloofsovertuigingen zijn toegedaan. Misschien is het voor u niet mogelijk een andere baan te vinden. Hoe zou u uw vreugde kunnen bewaren? Denk aan Adolf en zijn metgezellen, wier gevangeniservaring hun leerde uiterst belangrijke hoedanigheden aan te kweken. Als u oprechte krachtsinspanningen doet het uw werkgever — zelfs iemand die „moeilijk te behagen” is — naar de zin te maken, zult u christelijke hoedanigheden als volharding en lankmoedigheid aankweken (1 Petrus 2:18). Bovendien zult u als werknemer waarschijnlijk waardevoller worden, waardoor u meer kans loopt om op zekere dag meer voldoening schenkend werk te krijgen. Laten wij nu enkele andere manieren bespreken waarop wij onze vreugde in Jehovah’s dienst kunnen bewaren.

Vereenvoudiging schenkt vreugde

15-17. Wat kon, zoals een echtpaar te weten kwam, spanning verlichten, hoewel de bron ervan niet volledig weggenomen kon worden?

15 U hebt misschien weinig keus ten aanzien van het soort werelds werk dat u verricht of de plaats waar u werkt, maar er kunnen andere aspecten van uw leven zijn waarover u enige zeggenschap kunt uitoefenen. Beschouw de volgende ervaring eens.

16 Een christelijk echtpaar nodigde een ouderling uit voor een maaltijd bij hen thuis. In de loop van de avond vertrouwden zij hem toe dat zij zich de laatste tijd overweldigd voelden door de druk van het leven. Hoewel zij allebei een veeleisende voltijdbaan hadden, waren zij niet in staat ander werk te vinden. Zij vroegen zich af hoe lang zij dit nog vol zouden kunnen houden.

17 Toen de ouderling om raad werd gevraagd, antwoordde hij: „Vereenvoudig jullie leven.” Hoe? De echtgenoot en zijn vrouw reisden elke dag wel drie uur van en naar het werk. De ouderling, die het echtpaar goed kende, opperde om te overwegen dichter bij hun werk te gaan wonen, zodat zij elke dag minder tijd aan het reizen van en naar het werk zouden hoeven besteden. De bespaarde tijd zou besteed kunnen worden aan andere belangrijke aangelegenheden — of aan het nemen van gewoon wat rust. Waarom zou u, als de druk van het leven u van een mate van vreugde berooft, niet nagaan of u verlichting kunt krijgen door het aanbrengen van enkele veranderingen?

18. Waarom is het uitermate belangrijk zorgvuldig na te denken alvorens beslissingen te nemen?

18 Nog een manier om druk te verminderen, is zorgvuldig na te denken alvorens beslissingen te nemen. Zo besloot een christen een huis te bouwen. Hij koos een zeer ingewikkeld ontwerp, hoewel hij nooit eerder een huis had gebouwd. Thans beseft hij dat hij onnodige problemen had kunnen vermijden als hij ’acht had gegeven op zijn schreden’ voordat hij het ontwerp voor zijn huis koos (Spreuken 14:15). Een andere christen stemde erin toe borg te staan voor een lening van een medegelovige. Volgens de overeenkomst zou als de lener de lening niet kon terugbetalen, degene die er borg voor stond verplicht zijn dat te doen. Aanvankelijk ging alles goed, maar na verloop van tijd begon de lener zijn overeenkomst te verzaken. De uitlener werd verontrust en eiste dat de borg de hele lening terugbetaalde. Hierdoor kwam de borg onder zware druk te staan. Zou het voorkomen hebben kunnen worden als hij nauwgezetter aandacht had geschonken aan alle factoren voordat hij ermee instemde zich borg te stellen voor de schuld? — Spreuken 17:18.

19. Wat zijn enkele manieren waarop wij spanning in ons leven kunnen terugdringen?

19 Laten wij wanneer wij moe worden nooit de conclusie trekken dat wij de op ons uitgeoefende druk kunnen verminderen en onze vreugde kunnen terugwinnen door minder tijd te steken in persoonlijke bijbelstudie, velddienst en vergaderingbezoek. Dit zijn nu juist uiterst belangrijke manieren waarop wij Jehovah’s heilige geest, waarvan vreugde een voortbrengsel is, kunnen ontvangen (Galaten 5:22). Christelijke activiteiten zijn altijd verkwikkend en gewoonlijk niet uitzonderlijk vermoeiend (Mattheüs 11:28-30). Het is veel waarschijnlijker dat wereldlijke activiteiten of vormen van ontspanning die niet van geestelijke aard zijn, tot onze vermoeidheid bijdragen. Wanneer wij leren op een redelijk tijdstip naar bed te gaan, worden wij misschien geholpen weer op krachten te komen. Een beetje extra rust kan zeer nuttig zijn. N. H. Knorr, die tot aan zijn dood als een lid van het Besturende Lichaam van Jehovah’s Getuigen heeft gediend, zei vaak tegen zendelingen: „Het eerste wat je moet doen als je ontmoedigd raakt, is wat te gaan rusten. Je zult verbaasd staan hoeveel gemakkelijker bijna elk probleem op te lossen schijnt nadat je een goede nachtrust hebt genoten!”

20. (a) Geef een samenvatting van enkele manieren waarop wij onze vreugde kunnen bewaren. (b) Welke redenen kunt u bedenken om vreugdevol te zijn? (Zie kader op blz. 17.)

20 Christenen hebben het voorrecht „de gelukkige God” te dienen (1 Timotheüs 1:11). Zoals wij gezien hebben, kunnen wij onze vreugde bewaren ook al worden wij met ernstige problemen bestookt. Laten wij de Koninkrijkshoop voor ogen houden, onze zienswijze zo nodig herzien en ons leven eenvoudig houden. Dan zullen wij, in welke situatie wij ons ook bevinden, gunstig reageren op de woorden van de apostel Paulus: „Verheugt u altijd in de Heer. Nogmaals zal ik zeggen: Verheugt u!” — Filippenzen 4:4.

Beschouw zorgvuldig de volgende vragen:

• Waarom dienen christenen de Koninkrijkshoop goed in gedachte te houden?

• Waardoor kunnen wij geholpen worden onze vreugde in moeilijke omstandigheden te bewaren?

• Waarom moeten wij proberen ons leven te vereenvoudigen?

• Op welke terreinen hebben sommigen hun leven vereenvoudigd?

[Studievragen]

[Kader/Illustraties op blz. 17]

Extra redenen om vreugdevol te zijn

Als christenen hebben wij veel redenen om vreugdevol te zijn. Beschouw de volgende redenen:

1. Wij kennen Jehovah.

2. Wij hebben de waarheid uit Gods Woord leren kennen.

3. Wij kunnen vergeving van zonden krijgen door ons geloof in Jezus’ offer.

4. Gods koninkrijk heerst — de nieuwe wereld zal er nu weldra zijn!

5. Jehovah heeft ons in een geestelijk paradijs gebracht.

6. Wij genieten van gezonde christelijke omgang.

7. Wij hebben het voorrecht een aandeel aan het predikingswerk te hebben.

8. Wij leven, en wij beschikken over een bepaalde hoeveelheid kracht.

Hoeveel andere redenen tot vreugde kunt u noemen?

[Illustratie op blz. 13]

Paulus en Silas waren zelfs in de gevangenis vreugdevol

[Illustraties op blz. 15]

Is uw blik gericht op het vreugdevolle vooruitzicht van Gods nieuwe wereld?