Put vreugde uit persoonlijke studie van Gods Woord

„Ik zal stellig over al uw activiteit mediteren, en met uw handelingen wil ik mij intens bezighouden.” — PSALM 77:12.

1, 2. (a) Waarom moeten we tijd opzijzetten voor meditatie? (b) Wat wordt er met „mediteren” en „peinzen” bedoeld?

ALS discipelen van Jezus Christus dienen we ons ten zeerste te bekommeren om onze verhouding met God en de redenen die we hebben om Hem te dienen. In deze tijd leiden de meeste mensen echter zo’n jachtig bestaan dat ze geen tijd opzijzetten voor meditatie. Ze worden volledig in beslag genomen door de materiële zaken, de kooplust en het onnadenkend najagen van genoegens. Hoe kunnen we zo’n vruchteloze bezigheid vermijden? Net als we elke dag specifieke tijden inlassen voor noodzakelijke activiteiten, zoals eten en slapen, moeten we eveneens elke dag tijd opzijzetten om te mediteren over Jehovah’s activiteiten en handelingen. — Deuteronomium 8:3; Mattheüs 4:4.

² Neemt u ooit de tijd om te mediteren? Wat betekent het te mediteren? Een woordenboek definieert het woord als „zijn gedachten richten op; nadenken over of peinzen over”. En het woord „peinzen” betekent „denken over; nadenken over . . . heel rustig, ernstig en diep denken of beschouwen”. Wat betekent dit voor ons?

3. Waarmee staat het maken van geestelijke vooruitgang rechtstreeks in verband?

³ In de eerste plaats dient het ons indachtig te maken wat de apostel Paulus aan zijn mededienstknecht Timotheüs schreef: „Ga er, totdat ik kom, mee voort u toe te leggen op het voorlezen, het vermanen, het onderwijzen. . . . Denk diep over deze dingen na, ga er geheel in op, opdat uw vooruitgang aan allen openbaar moge zijn.” Ja, er werd vooruitgang verwacht, en Paulus’ woorden toonden aan dat er een rechtstreeks verband bestond tussen diep nadenken over geestelijke zaken en vooruitgang. Dat is ook in deze tijd zo. Om de voldoening te smaken geestelijke vooruitgang te maken, moeten we nog steeds ’diep nadenken over’ dingen die verband houden met Gods Woord en ’er geheel in opgaan’. — 1 Timotheüs 4:13-15.

4. Welke hulpmiddelen kunt u gebruiken om u te helpen geregeld over Jehovah’s Woord na te denken?

⁴ De beste tijd om te mediteren hangt af van u en uw gezinsroutine. Velen denken ’s morgens vroeg na over een bijbeltekst wanneer ze uit de brochure Dagelijks de Schrift onderzoeken lezen. Ja, ongeveer 20.000 vrijwilligers op de Bethelhuizen over de hele wereld beginnen de dag met een vijftien minuten durende bespreking van de dagtekst. Hoewel elke morgen maar een paar personen in de Bethelfamilie commentaar geven, denken de overigen na over wat er wordt gezegd en gelezen. Andere Getuigen denken op weg naar hun werk over Jehovah’s Woord na. Ze luisteren naar de audiocassettes van de bijbel en de tijdschriften De Wachttoren en Ontwaakt!, die in enkele talen verkrijgbaar zijn. Veel huisvrouwen doen dit wanneer ze huishoudelijke werkzaamheden verrichten. In feite doen ze hetzelfde als de psalmist Asaf, die schreef: „Ik zal de daden van Jah gedenken; want ik wil uw wonderdaden van weleer  gedenken. En ik zal stellig over al uw activiteit mediteren, en met uw handelingen wil ik mij intens bezighouden.” — Psalm 77:11, 12.

De juiste houding werpt positieve resultaten af

5. Waarom dient persoonlijke studie belangrijk voor ons te zijn?

⁵ In ons huidige tijdperk van tv, video’s en computers lezen veel mensen nog maar weinig. Dat dient beslist niet het geval te zijn onder Jehovah’s Getuigen. In feite is bijbellezen als een reddingslijn die ons met Jehovah verbindt. Duizenden jaren geleden volgde Jozua Mozes als leider van Israël op. Om Jehovah’s zegen te verwerven, moest Jozua zelf Gods Woord lezen (Jozua 1:8; Psalm 1:1, 2). Dat is in deze tijd nog steeds een vereiste. Maar sommigen hebben misschien moeite met lezen of vinden het inspannend omdat ze een beperkte opleiding hebben genoten. Waardoor kunnen we dus geholpen worden Gods Woord te willen lezen en bestuderen? Het antwoord kan gevonden worden in koning Salomo’s woorden die in Spreuken 2:1-6 opgetekend staan. Sla alstublieft uw bijbel open en lees deze verzen. Vervolgens zullen we ze samen bespreken.

6. Hoe dienen we tegenover kennis van God te staan?

⁶ Om te beginnen, vinden we de volgende vermaning: „Mijn zoon, indien gij mijn woorden aanneemt en míjn geboden als een schat bij u weglegt, om met uw oor aandacht te schenken aan wijsheid, opdat gij uw hart neigt tot onderscheidingsvermogen; . . .” (Spreuken 2:1, 2). Wat leren we uit deze woorden? Dat op eenieder van ons de verantwoordelijkheid rust Gods Woord te bestuderen. Let op de voorwaarde „indien gij mijn woorden aanneemt”. Hier ligt de nadruk op „indien”, want de meeste mensen schenken geen aandacht aan Gods Woord. Willen we vreugde vinden in het bestuderen van Gods Woord, dan moeten we bereid zijn Jehovah’s woorden aan te nemen en ze te behandelen als een schat die we niet willen verliezen. We moeten nooit toelaten dat we als gevolg van onze dagelijkse routine het zo druk krijgen of zozeer worden afgeleid dat we Gods Woord met onverschilligheid of zelfs met gemengde gevoelens gaan bezien. — Romeinen 3:3, 4.

7. Waarom dienen we, indien enigszins mogelijk, op christelijke vergaderingen aanwezig te zijn en aandachtig te luisteren?

⁷ ’Schenken we werkelijk aandacht’ en luisteren we oplettend als Gods Woord op onze christelijke vergaderingen wordt uitgelegd? (Efeziërs 4:20, 21) ’Neigen we het hart’ om onderscheidingsvermogen te krijgen? Misschien heeft de spreker niet zoveel ervaring, maar terwijl hij het Woord van God hanteert, verdient hij onze onverdeelde aandacht. Willen we aandacht schenken aan Jehovah’s wijsheid, dan moeten we natuurlijk, indien enigszins mogelijk, op christelijke vergaderingen aanwezig zijn (Spreuken 18:1). Stelt u zich de teleurstelling eens voor van iemand die op Pinksteren 33 G.T. misschien de vergadering in het bovenvertrek in Jeruzalem had gemist! Hoewel onze vergaderingen niet zo opzienbarend zijn als die destijds, wordt er de bijbel, ons fundamentele leerboek, besproken. Bijgevolg kan iedere vergadering een zegen voor ons zijn als we aandachtig luisteren en in onze bijbel meelezen. — Handelingen 2:1-4; Hebreeën 10:24, 25.

8, 9. (a) Wat vergt persoonlijke studie van ons? (b) Hoe zou u de waarde van goud vergelijken met begrip van de kennis van God?

⁸ De volgende woorden van de wijze koning luiden: „Indien gij bovendien om het verstand zelf roept en om het onderscheidingsvermogen zelf uw stem verheft, . . .” (Spreuken 2:3). Welke geesteshouding of geest brengen deze woorden aan ons over? Natuurlijk een oprechte wens om Jehovah’s Woord te begrijpen! Ze wijzen op een bereidheid om te studeren met de bedoeling onderscheidingsvermogen te verwerven, in te zien wat Jehovah’s wil is. Natuurlijk kost dit moeite, en dat brengt ons op Salomo’s volgende woorden en illustratie. — Efeziërs 5:15-17.

⁹ Hij vervolgt: „Indien gij ernaar blijft zoeken als naar zilver, en gij er als naar verborgen schatten naar blijft speuren, . . .” (Spreuken 2:4). Dit doet ons denken aan de mijnarbeid van mannen die in de loop der eeuwen naar de zogenoemde edele metalen zilver en goud hebben gespeurd. Mensen hebben omwille van goud gedood. Weer anderen hebben er heel hun leven naar gezocht. Maar wat is de werkelijke waarde van goud? Wat zou u, als u in een woestijn zou verdwalen en bijna  sterft van de dorst verkiezen: een staaf goud of een glas water? Ja, met wat een ijver hebben mensen naar goud gezocht, met zijn kunstmatige en wisselende waarde! * Met hoeveel meer ijver dienen we dan naar wijsheid, onderscheidingsvermogen en begrip van God en zijn wil te zoeken! Maar wat zijn de voordelen van zo’n speurwerk? — Psalm 19:7-10; Spreuken 3:13-18.

10. Wat kunnen we vinden als we Gods Woord bestuderen?

¹⁰ Salomo’s uiteenzetting vervolgt: „In dat geval zult gij de vrees voor Jehovah begrijpen, en de kennis van God zult gij vinden” (Spreuken 2:5). Wat een duizelingwekkende gedachte — dat wij zondige mensen „de kennis van God”, Jehovah, de Soevereine Heer van het universum, kunnen vinden! (Psalm 73:28; Handelingen 4:24) De filosofen en zogenaamde wijze mannen van de wereld hebben eeuwenlang getracht de mysteries van het leven en het universum te ontsluieren. Maar ze zijn er niet in geslaagd „de kennis van God” te vinden. Waarom niet? Hoewel deze kennis reeds duizenden jaren in Gods Woord, de bijbel, beschikbaar is geweest, verwerpen ze haar als zijnde te eenvoudig en aanvaarden en begrijpen haar daarom niet. — 1 Korinthiërs 1:18-21.

11. Wat zijn enkele voordelen van persoonlijke studie?

¹¹ Hier volgt nog een aansporing die Salomo beklemtoont: „Jehovah zelf geeft wijsheid; uit zijn mond zijn kennis en onderscheidingsvermogen afkomstig” (Spreuken 2:6). Jehovah geeft mild en edelmoedig wijsheid, kennis en onderscheidingsvermogen aan eenieder die bereid is ernaar te zoeken. We hebben beslist alle reden om persoonlijke studie van Gods Woord naar waarde te schatten, ook al vergt dat inspanning, discipline en offers. We hebben ten minste gedrukte exemplaren van de bijbel en hoeven geen handgeschreven exemplaren te maken, zoals sommigen in de oudheid deden! — Deuteronomium 17:18, 19.

Wandelen op een wijze die Jehovah waardig is

12. Wat dient onze beweegreden te zijn bij ons zoeken naar de kennis van God?

¹² Wat dient de beweegreden achter onze persoonlijke studie te zijn? Om de schijn te wekken beter te zijn dan anderen? Om een grotere kennis tentoon te spreiden? Om in feite een wandelende bijbelencyclopedie te worden? Nee. Ons doel is  wandelende, sprekende, praktiserende christenen te zijn, altijd gereed om anderen in de verkwikkende geest van Christus te helpen (Mattheüs 11:28-30). De apostel Paulus waarschuwde: „Kennis blaast op, maar liefde bouwt op” (1 Korinthiërs 8:1). Derhalve dienen we de nederige houding te hebben waarvan Mozes blijk gaf toen hij tot Jehovah zei: „Maak mij . . . alstublieft uw wegen bekend, dat ik u mag kennen, opdat ik gunst moge vinden in uw ogen” (Exodus 33:13). Ja, we dienen naar kennis te verlangen teneinde God te behagen en niet om indruk op mensen te maken. We willen waardige, nederige dienstknechten van God zijn. Hoe kunnen we dat doel bereiken?

13. Wat is ervoor nodig wil iemand een waardige dienstknecht van God worden?

¹³ Paulus gaf Timotheüs raad over de wijze waarop hij God kon behagen en zei: „Doe uw uiterste best om u goedgekeurd aan God aan te bieden, als een werkman die zich nergens over behoeft te schamen, die het woord der waarheid juist hanteert” (2 Timotheüs 2:15). De uitdrukking „juist hanteert” stamt van een samengesteld Grieks werkwoord dat oorspronkelijk ’recht snijden’ betekent (Kingdom Interlinear). Volgens sommigen suggereert het de gedachte van een kleermaker die stof knipt naar een patroon, van een boer die voren ploegt op een veld, enzovoorts. Hoe het ook zij, het eindresultaat moet zuiver gericht, of recht zijn. Het punt waar het om gaat, is dat wilde Timotheüs een waardige en goedgekeurde dienstknecht van God zijn, hij ’zijn uiterste best moest doen’ om er zeker van te zijn dat zijn onderwijs en zijn gedrag in overeenstemming waren met het woord der waarheid. — 1 Timotheüs 4:16.

14. Hoe dient onze persoonlijke studie van invloed te zijn op wat we doen en zeggen?

¹⁴ Paulus maakte hetzelfde punt nog eens duidelijk toen hij medechristenen in Kolosse aanspoorde te „wandelen op een wijze die Jehovah waardig is, ten einde hem volledig te behagen” door ’in ieder goed werk vrucht te blijven dragen en te blijven toenemen in de nauwkeurige kennis van God’ (Kolossenzen 1:10). Hier brengt Paulus het Jehovah waardig zijn in verband met het ’in ieder goed werk vrucht dragen’ alsook met het „toenemen in de nauwkeurige kennis van God”. Met andere woorden, wat bij Jehovah telt, is niet alleen hoeveel waarde we aan kennis hechten, maar ook hoe nauwgezet we ons aan Gods Woord houden bij wat we doen en zeggen (Romeinen 2:21, 22). Dit betekent dat, willen we God behagen, onze persoonlijke studie van invloed moet zijn op ons denken en ons gedrag.

15. Hoe kunnen we ons verstand en onze gedachten beschermen en beheersen?

¹⁵ In deze tijd is Satan vastbesloten onze geestelijke gezindheid te verwoesten door een strijd om het verstand te voeren (Romeinen 7:14-25). Daarom moeten we onze geest en onze gedachten beschermen en beheersen teneinde onze God, Jehovah, waardig te zijn. Het wapen dat we hebben, is „de kennis van God”, die „elke gedachte in gevangenschap [kan brengen] ten einde ze gehoorzaam te maken aan de Christus”. Dit is voor ons des te meer reden om aandacht te schenken aan dagelijkse bijbelstudie, omdat we zelfzuchtige, vleselijke gedachten uit onze geest willen bannen. — 2 Korinthiërs 10:5.

Hulpmiddelen voor een beter begrip van de bijbel

16. Hoe kunnen we, terwijl Jehovah ons onderwijst, onszelf baat verschaffen?

¹⁶ Jehovah’s onderwijs werpt geestelijke en fysieke  voordelen af. Het is geen steriele, academische theologie. Derhalve lezen we: „Ik, Jehovah, ben uw God, die u leert uzelf baat te verschaffen, die u doet treden op de weg die gij dient te bewandelen” (Jesaja 48:17). Hoe doet Jehovah ons op zijn heilzame weg wandelen? Allereerst hebben we zijn geïnspireerde Woord, de Heilige Schrift. Dit is ons fundamentele leerboek waarnaar we constant voor hulp en leiding opzien. Daarom is het raadzaam het programma op christelijke vergaderingen met een geopende bijbel te volgen. De heilzame resultaten die hieruit voortspruiten kunnen worden waargenomen in het verslag over de Ethiopische eunuch zoals staat opgetekend in Handelingen hoofdstuk 8.

17. Wat gebeurde er in het geval van de Ethiopische eunuch, en wat wordt hierdoor geïllustreerd?

¹⁷ De Ethiopische eunuch was tot het judaïsme bekeerd. Hij was iemand die oprecht in God geloofde en hij bestudeerde de Schrift. Terwijl hij in zijn wagen reisde, las hij de tekst van Jesaja toen Filippus naast hem kwam hollen en hem vroeg: „Weet gij eigenlijk wel wat gij leest?” Wat antwoordde de eunuch? „’Hoe zou ik dat toch ooit kunnen, tenzij iemand mij leidt?’ En hij verzocht Filippus dringend in te stappen en bij hem te komen zitten.” Toen hielp Filippus, geleid door heilige geest, de eunuch de profetie van Jesaja te begrijpen (Handelingen 8:27-35). Wat wordt hierdoor geïllustreerd? Dat persoonlijk lezen van de bijbel niet genoeg is. Door middel van zijn geest gebruikt Jehovah de getrouwe en beleidvolle slaafklasse om ons te helpen zijn Woord te rechter tijd te begrijpen. Hoe gaat dat in zijn werk? — Mattheüs 24:45-47; Lukas 12:42.

18. Hoe helpt de getrouwe en beleidvolle slaafklasse ons?

¹⁸ Hoewel de slaafklasse als ’getrouw en beleidvol’ wordt aangemerkt, zei Jezus niet dat ze onfeilbaar zou zijn. Deze groep van getrouwe gezalfde broeders bestaat nog steeds uit onvolmaakte christenen. Al hebben ze de beste bedoelingen, ze kunnen zich vergissen net als zulke mannen in de eerste eeuw zich soms hebben vergist (Handelingen 10:9-15; Galaten 2:8, 11-14). Maar hun beweegreden is zuiver, en Jehovah bedient zich van hen om ons van bijbelstudiehulpmiddelen te voorzien teneinde ons geloof in Gods Woord en beloften op te bouwen. Het voornaamste hulpmiddel voor persoonlijke studie dat de slaaf ons heeft gegeven, is de Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift. Ze is thans, geheel of gedeeltelijk, in 42 talen beschikbaar en er zijn 114 miljoen exemplaren in verscheidene uitgaven van gedrukt. Hoe kunnen we er in onze persoonlijke studie een doeltreffend gebruik van maken? — 2 Timotheüs 3:14-17.

19. Wat zijn enkele kenmerken van de Nieuwe-Wereldvertaling — met studieverwijzingen die nuttig kunnen zijn bij persoonlijke studie?

¹⁹ Neem bijvoorbeeld eens de Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen. Ze bevat middenkolommen met kruisverwijzingen, voetnoten, een miniconcordantie in de vorm van een „Index van bijbelwoorden”, een „Index van voetnootwoorden” en een Appendix  met een uitgebreide bespreking van 43 onderwerpen, inclusief kaarten en tabellen. En dan is er nog de „Inleiding” met haar uiteenzetting van de vele bronnen die voor deze unieke vertaling van de bijbel gebruikt zijn. Als ze beschikbaar is in een taal die u kunt begrijpen, raak dan vooral goed bekend met deze kenmerken en maak er gebruik van. In elk geval is de bijbel het uitgangspunt voor ons studieprogramma en met de Nieuwe-Wereldvertaling hebben we een versie die terecht de goddelijke naam beklemtoont terwijl ze de aandacht vestigt op Gods Koninkrijksheerschappij. — Psalm 149:1-9; Daniël 2:44; Mattheüs 6:9, 10.

20. Welke vragen over persoonlijke studie vereisen nu een antwoord?

²⁰ Nu zouden we ons kunnen afvragen: Welke verdere hulp hebben we nodig om de bijbel te begrijpen? Hoe kunnen we tijd inruimen voor persoonlijke studie? Hoe kunnen we onze studie doeltreffender maken? Welke uitwerking dient onze studie op anderen te hebben? Deze uiterst belangrijke aspecten van onze christelijke vooruitgang zullen in het volgende artikel worden besproken.

[Voetnoot]

Kunt u zich dit herinneren?

• Wat betekent het te „mediteren” en te „peinzen”?

• Hoe dienen we tegenover studie van Gods Woord te staan?

• Welke beweegreden dienen we bij onze persoonlijke studie te hebben?

• Welke hulpmiddelen voor een beter begrip van de bijbel staan ons ter beschikking?

[Studievragen]

[Illustratie op blz. 15]

Leden van de Bethelfamilie vinden het geestelijk opbouwend om elke dag te beginnen met het beschouwen van een bijbeltekst

[Illustraties op blz. 15]

Kostbare tijd kan benut worden door onderweg naar bijbelbandjes te luisteren

[Illustratie op blz. 16]

Mannen werkten hard en lang om aan goud te komen. Hoeveel moeite doet u om Gods Woord te bestuderen?

[Verantwoording]

Courtesy of California State Parks, 2002

[Illustraties op blz. 17]

De bijbel is een schat die tot eeuwig leven kan leiden