’Goed nieuws brengen van iets beters’

„Hoe lieflijk zijn op de bergen de voeten van degene . . . die goed nieuws brengt van iets beters.” — JESAJA 52:7.

1, 2. (a) Welke afschuwelijke dingen gebeuren er dagelijks? (b) Hoe reageren veel mensen die constant slecht nieuws horen?

TEGENWOORDIG hebben mensen overal ter wereld het gevoel dat ze overspoeld worden met slecht nieuws. Ze zetten de radio aan en horen beangstigende berichten over dodelijke ziekten die op aarde rondwaren. Ze kijken naar het journaal en zien beelden die ze niet meer kwijtraken van huilende, uitgemergelde kinderen. Ze pakken een krant op en lezen over bomaanslagen die gebouwen vernielen en aan tientallen onschuldige mensen het leven kosten.

² Er gebeuren inderdaad dagelijks afschuwelijke dingen. Het toneel van deze wereld is ontegenzeglijk aan het veranderen — en niet ten goede (1 Korinthiërs 7:31). In een West-Europees opinieblad stond dat het soms lijkt of de hele wereld ’op het punt staat in vlammen op te gaan’. Geen wonder dat steeds meer mensen gedeprimeerd raken. In een onderzoek naar het televisienieuws in de Verenigde Staten werd een man geïnterviewd die ongetwijfeld de gevoelens van miljoenen mensen verwoordde toen hij zei: ’Als ik naar het nieuws heb gekeken, ben ik helemaal depressief. Er is alleen maar slecht nieuws. Het wordt een mens te veel.’

Nieuws dat iedereen moet horen

3. (a) Welk goede nieuws verkondigt de bijbel? (b) Waarom vind jij het goede nieuws van het Koninkrijk waardevol?

³ Is er in zo’n sombere wereld beter nieuws te vinden? Absoluut! Het is een troost te weten dat de bijbel goed nieuws verkondigt, het nieuws namelijk dat Gods koninkrijk een eind zal maken aan ziekte, honger, misdaad, oorlog en alle vormen van onderdrukking (Psalm 46:9; 72:12). Is dat geen nieuws dat iedereen moet horen? Jehovah’s Getuigen zijn daarvan overtuigd. Daarom staan ze er overal om bekend dat ze steeds weer moeite doen om het goede nieuws van Gods koninkrijk met mensen uit alle landen te delen. — Mattheüs 24:14.

4. Welke aspecten van onze bediening gaan we in dit en in het volgende artikel bespreken?

⁴ Wat kunnen we echter doen om een voldoening schenkend en zinvol aandeel aan de prediking van dit goede nieuws te blijven hebben — zelfs in gebieden waar maar weinig respons is? (Lukas 8:15) Een korte bespreking van drie belangrijke aspecten van ons predikingswerk zal ons daar ongetwijfeld bij helpen. We kunnen kijken naar (1) onze motieven, waarom we prediken; (2) onze boodschap, wat we prediken; en (3) onze methoden, hoe we prediken. Door onze motieven zuiver, onze boodschap duidelijk en onze methoden doeltreffend te houden, zullen we allerlei mensen in de gelegenheid stellen het beste nieuws te horen dat er is: het goede nieuws van Gods koninkrijk. *

 Waarom we het goede nieuws prediken

5. (a) Wat is onze voornaamste motivatie om een aandeel aan de bediening te hebben? (b) Waarom kunnen we zeggen dat onze gehoorzaamheid aan het bijbelse gebod om te prediken een uiting van liefde voor God is?

⁵ Laten we het eerste aspect eens bekijken: onze motieven. Waarom prediken we het goede nieuws? Om dezelfde reden als Jezus. Hij zei: ’Ik heb de Vader lief’ (Johannes 14:31; Psalm 40:8). Onze voornaamste motivatie is onze liefde voor God (Mattheüs 22:37, 38). De bijbel legt verband tussen liefde voor God en de bediening door te zeggen: „Dit betekent de liefde tot God, dat wij zijn geboden onderhouden” (1 Johannes 5:3; Johannes 14:21). Hoort bij Gods geboden ook het gebod ’Ga en maak discipelen’? (Mattheüs 28:19) Ja. Het is waar dat die woorden door Jezus werden gesproken, maar uiteindelijk zijn ze van Jehovah afkomstig. Hoe dat zo? Jezus legde uit: ’Ik doe niets uit eigen beweging; maar deze dingen spreek ik zoals de Vader mij heeft geleerd’ (Johannes 8:28; Mattheüs 17:5). Door het gebod om te prediken te onderhouden, laten we Jehovah dus zien dat we hem liefhebben.

6. Op welke manieren motiveert de liefde voor God ons om te prediken?

⁶ Daarnaast motiveert liefde voor Jehovah ons om te prediken omdat we de leugens willen weerleggen die Satan over hem verbreidt (2 Korinthiërs 4:4). Satan heeft de rechtvaardigheid van Gods heerschappij in twijfel getrokken (Genesis 3:1-5). Als Jehovah’s Getuigen willen we er heel graag een aandeel aan hebben Satans laster aan de kaak te stellen en Gods naam in de ogen van mensen te heiligen (Jesaja 43:10-12). Bovendien nemen we deel aan de bediening omdat we Jehovah’s eigenschappen en wegen hebben leren kennen. We hebben een nauwe band met hem en koesteren de krachtige wens anderen over onze God te vertellen. In feite schenken Jehovah’s goedheid en zijn rechtvaardige wegen ons zo veel vreugde dat we niet uitgepraat raken over hem (Psalm 145:7-12). We voelen ons gedrongen zijn lof te verkondigen en over zijn „voortreffelijkheden” te spreken met mensen die willen luisteren. — 1 Petrus 2:9; Jesaja 43:21.

7. Wat is naast liefde voor God nog een belangrijke reden om aan het predikingswerk deel te nemen?

⁷ Er is nog een belangrijke reden om aan de bediening deel te blijven nemen: we willen graag troost brengen aan personen die de aanhoudende stortvloed van slecht nieuws nauwelijks kunnen verwerken en aan personen die door de een of andere oorzaak lijden. Op die manier streven we ernaar Jezus na te volgen. Kijk bijvoorbeeld eens naar het verslag in Markus 6.

8. Wat laat het verslag in Markus 6 zien over Jezus’ gevoelens voor mensen?

⁸ De apostelen keren terug van een predikingstocht en vertellen Jezus alles wat ze gedaan en onderwezen hebben. Jezus constateert dat de apostelen moe zijn en hij nodigt hen uit mee te komen om ’wat uit te rusten’. Dus stappen ze in een boot om naar een rustig plekje te varen. De mensen volgen hen, rennen langs de oever en halen hen al snel in. Wat doet Jezus? Volgens het verslag zag hij „een grote schare, maar hij werd met medelijden jegens  hen bewogen, omdat zij als schapen zonder herder waren. En hij begon hun vele dingen te leren” (Markus 6:31-34). Hoewel Jezus vermoeid is, beweegt medelijden hem ertoe ook nu weer het goede nieuws met hen te delen. Het is duidelijk dat Jezus’ hart naar deze mensen uitgaat. Hij is met hen begaan.

9. Wat leren we uit het verslag in Markus 6 over het juiste motief om te prediken?

⁹ Wat leren we uit dit verslag? Als christenen voelen we ons verplicht het goede nieuws te prediken en discipelen te maken. We erkennen onze verantwoordelijkheid het goede nieuws bekend te maken, aangezien het Gods wil is dat „alle soorten van mensen worden gered” (1 Timotheüs 2:4). We verrichten onze bediening echter niet alleen uit plichtsbesef maar ook uit mededogen. Als we net als Jezus met mensen begaan zijn, zal ons hart ons ertoe bewegen alles te doen wat we kunnen om het goede nieuws met hen te blijven delen (Mattheüs 22:39). Hebben we zulke goede motieven om de bediening te verrichten, dan zullen we het goede nieuws zonder ophouden prediken.

Onze boodschap — Het goede nieuws van Gods koninkrijk

10, 11. (a) Hoe beschrijft Jesaja de boodschap die we prediken? (b) Hoe bracht Jezus goed nieuws van iets beters, en hoe hebben Gods dienstknechten in moderne tijden Jezus’ voorbeeld gevolgd?

¹⁰ Wat valt er te zeggen over het tweede aspect van onze bediening: onze boodschap? Wat prediken we? De profeet Jesaja gaf deze prachtige beschrijving van de boodschap die we verkondigen: „Hoe lieflijk zijn op de bergen de voeten van degene die goed nieuws brengt, die vrede verkondigt, die goed nieuws brengt van iets beters, die redding verkondigt, die tot Sion zegt: ’Uw God is koning geworden!’” — Jesaja 52:7.

¹¹ De sleutelwoorden in die tekst, „uw God is koning geworden”, doen ons denken aan de boodschap die we moeten verkondigen, namelijk het goede nieuws van Gods koninkrijk (Markus 13:10). Merk ook op dat dit vers de positieve strekking van onze boodschap onthult. Jesaja gebruikt termen als „redding”, „goed nieuws”, „vrede” en „iets beters”. Eeuwen na Jesaja, in de eerste eeuw G.T., vervulde Jezus Christus deze profetie op een bijzondere manier door een ijverig voorbeeld te geven in het prediken van nieuws van iets beters — het komende koninkrijk Gods (Lukas 4:43). In moderne tijden en vooral sinds 1919 hebben Jehovah’s Getuigen Jezus’ voorbeeld gevolgd door ijverig het goede nieuws te verkondigen van Gods opgerichte koninkrijk en de zegeningen die het zal brengen.

12. Welke uitwerking heeft het goede nieuws van het Koninkrijk op mensen die het aanvaarden?

¹² Welke uitwerking heeft het goede nieuws van het Koninkrijk op degenen die er gunstig op reageren? Net als in Jezus’ tijd geeft het goede nieuws ook nu hoop en troost (Romeinen 12:12; 15:4). Het geeft oprechte mensen hoop omdat ze horen dat er deugdelijke redenen zijn om te geloven dat er betere tijden op komst zijn  (Mattheüs 6:9, 10; 2 Petrus 3:13). Die hoop is voor godvrezende mensen een grote hulp om een positieve instelling te bewaren. De psalmist verklaart dat ze ’zelfs voor slecht nieuws niet bevreesd zullen zijn’. — Psalm 112:1, 7.

Een boodschap die ’de gebrokenen van hart zal verbinden’

13. Hoe beschrijft de profeet Jesaja de onmiddellijke zegeningen die degenen ontvangen die het goede nieuws aanvaarden?

¹³ Daar komt nog bij dat het goede nieuws dat we prediken degenen die ernaar luisteren onmiddellijke troost en zegeningen schenkt. Hoe? Enkele van de zegeningen werden door de profeet Jesaja beschreven toen hij voorzei: „De geest van de Soevereine Heer Jehovah is op mij, omdat Jehovah mij heeft gezalfd om de zachtmoedigen goed nieuws te vertellen. Hij heeft mij gezonden om de gebrokenen van hart te verbinden, om vrijheid uit te roepen tot de gevangengenomenen en het wijde openen van de ogen zelfs tot de gevangenen; om uit te roepen het jaar van goede wil van de zijde van Jehovah en de dag der wraak van de zijde van onze God; om alle treurenden te troosten.” — Jesaja 61:1, 2; Lukas 4:16-21.

14. (a) Wat geeft de uitdrukking ’de gebrokenen van hart verbinden’ te kennen in verband met de Koninkrijksboodschap? (b) Hoe weerspiegelen we Jehovah’s bezorgdheid voor de gebrokenen van hart?

¹⁴ Volgens die profetie zou Jezus door het goede nieuws te prediken ’de gebrokenen van hart verbinden’. Wat een treffende illustratie gebruikte Jesaja hier! Volgens een bijbels woordenboek wordt het Hebreeuwse woord dat met „verbinden” is vertaald, „vaak gebruikt voor het aanleggen van een verband en dus voor het behandelen en genezen van gewonden”. Een zorgzame verpleegkundige legt vaak een drukverband om het geblesseerde lichaamsdeel van een slachtoffer aan om het steun te geven. In dezelfde zin geven zorgzame verkondigers bij de prediking steun aan allen die het moeilijk hebben en ontvankelijk zijn voor de Koninkrijksboodschap. Ook weerspiegelen ze door de behoeftigen te steunen Jehovah’s bezorgdheid (Ezechiël 34:15, 16). De psalmist verklaart over God: „Hij geneest de gebrokenen van hart, en verbindt hun pijnlijke plekken.” — Psalm 147:3.

Wat de Koninkrijksboodschap tot stand brengt

15, 16. Welke praktijkvoorbeelden illustreren dat de Koninkrijksboodschap een bron van steun en kracht is voor mensen die in nood verkeren?

¹⁵ Talrijke praktijkvoorbeelden illustreren hoe de Koninkrijksboodschap de gebrokenen van hart inderdaad steunt en sterkt. Neem nu Oreanna, een Zuid-Amerikaanse vrouw op leeftijd die levensmoe was. Een Getuige van Jehovah begon Oreanna te bezoeken en haar de bijbel en de publicatie Mijn boek met bijbelverhalen * voor te lezen. In het begin lag de depressieve vrouw in bed met haar ogen dicht naar het voorlezen te luisteren terwijl ze af en toe diep zuchtte. Maar het duurde niet lang of ze begon moeite te doen om tijdens het voorlezen rechtop in bed te zitten. Enige tijd later zat ze op een stoel in de huiskamer te wachten op de komst van haar bijbelonderwijzeres. Vervolgens begon de vrouw vergaderingen in de Koninkrijkszaal bij te wonen. Aangemoedigd door wat ze op die vergaderingen leerde, begon ze bijbelse lectuur aan te bieden aan iedereen die langs haar huis liep. Op 93-jarige leeftijd werd Oreanna gedoopt als een van Jehovah’s Getuigen. De Koninkrijksboodschap had haar de wens om te leven teruggegeven. — Spreuken 15:30; 16:24.

¹⁶ De Koninkrijksboodschap is zelfs een onmiskenbare bron van steun voor personen die weten dat ze door ziekte niet lang meer te leven hebben. Maria uit West-Europa is daar een voorbeeld van. Ze leed aan een terminale ziekte en had alle hoop verloren. Ze was bijzonder depressief toen Jehovah’s Getuigen met haar in contact kwamen. Maar toen ze Gods voornemens leerde kennen, kreeg haar leven weer zin. Ze werd gedoopt en werd heel actief in de prediking. De laatste twee jaar van haar leven straalden haar ogen van hoop en vreugde.  Maria stierf met een vaste hoop op de opstanding. — Romeinen 8:38, 39.

17. (a) Wat brengt de Koninkrijksboodschap tot stand in het leven van degenen die de boodschap aanvaarden? (b) Op welke manieren heb je persoonlijk ervaren dat Jehovah ’alle neergebogenen opricht’?

¹⁷ Uit zulke berichten blijkt wat de Koninkrijksboodschap tot stand kan brengen in het leven van mensen die naar bijbelse waarheden verlangen. Personen die treuren om de dood van een dierbare, krijgen nieuwe kracht als ze over de opstandingshoop horen (1 Thessalonicenzen 4:13). Mensen die in armoede leven en de grootste moeite hebben om hun gezin te eten te geven, krijgen weer zelfrespect en moed wanneer ze horen dat Jehovah hen nooit in de steek zal laten als ze hem loyaal blijven (Psalm 37:28). Met Jehovah’s hulp ontwikkelen velen die zwaar depressief zijn geleidelijk de kracht om het leven weer aan te kunnen, en in sommige gevallen zijn ze zelfs in staat die kwaal de baas te worden (Psalm 40:1, 2). Met de kracht die zijn Woord verschaft, is Jehovah nu beslist ’alle neergebogenen aan het oprichten’ (Psalm 145:14). Als we zien hoe het goede nieuws van het Koninkrijk troost brengt aan gebrokenen van hart in ons gebied en in de christelijke gemeente, worden we er steeds weer aan herinnerd dat we het beste nieuws hebben dat er in deze tijd is! — Psalm 51:17.

„Mijn smeking tot God voor hen”

18. Wat deed het Paulus dat de joden het goede nieuws afwezen, en hoe kwam dat?

¹⁸ Hoewel onze boodschap het beste nieuws bevat, wordt ze door velen verworpen. Wat voor uitwerking zou dat op ons kunnen hebben? Dezelfde als op de apostel Paulus. Hij predikte vaak tot joden, maar de meesten van hen wezen de boodschap van redding af. Hun weigering raakte Paulus diep. Hij bekende: „Ik [heb] grote droefheid en een onophoudelijk hartenleed” (Romeinen 9:2). Paulus had mededogen met de joden tot wie hij predikte. Het deed hem verdriet dat ze het goede nieuws afwezen.

19. (a) Waarom is het begrijpelijk dat we ons weleens ontmoedigd voelen? (b) Wat hielp Paulus met zijn predikingswerk door te gaan?

¹⁹ Ook wij prediken het goede nieuws uit mededogen. Het is daarom begrijpelijk dat we ons weleens ontmoedigd voelen als veel mensen de Koninkrijksboodschap afwijzen. Uit zo’n reactie blijkt dat we oprecht geïnteresseerd zijn in het geestelijk welzijn van degenen tot wie we prediken. We doen er echter goed aan het voorbeeld van de apostel Paulus in gedachte te houden. Wat hielp hem met zijn predikingswerk door te gaan? Hoewel de weigering van de joden om het goede nieuws te aanvaarden hem verdriet en pijn deed, ging hij er niet van uit dat ze geen van allen te helpen waren. Hij hoopte dat er nog joden waren die Christus zouden  aanvaarden. Over zijn gevoelens voor individuele joden schreef Paulus dan ook: „De welwillendheid van mijn hart en mijn smeking tot God voor hen zijn werkelijk met het oog op hun redding.” — Romeinen 10:1.

20, 21. (a) Hoe kunnen we wat onze bediening betreft Paulus’ voorbeeld volgen? (b) Welk aspect van onze bediening zal in het volgende artikel worden besproken?

²⁰ Let eens op de twee dingen die Paulus beklemtoonde. Hij wenste met heel zijn hart dat sommige personen redding zouden vinden, en hij smeekte God daarom. In deze tijd volgen we Paulus’ voorbeeld. Het blijft onze oprechte wens personen te vinden die nog de juiste instelling tegenover het goede nieuws hebben. We blijven Jehovah bidden of we zulke personen mogen vinden zodat we hen kunnen helpen de weg te bewandelen die tot hun redding zal leiden. — Spreuken 11:30; Ezechiël 33:11; Johannes 6:44.

²¹ Om echter zo veel mogelijk personen met de Koninkrijksboodschap te bereiken, verdient niet alleen de reden waarom en wat we prediken onze aandacht, maar ook hoe we prediken. Dat onderwerp zal in het volgende artikel besproken worden.

[Voetnoten]

Wat hebben we geleerd?

• Om welke redenen hebben we een aandeel aan de bediening?

• Wat is de voornaamste boodschap die we prediken?

• Welke zegeningen ervaren degenen die de Koninkrijksboodschap aanvaarden?

• Wat zal ons helpen met onze bediening door te gaan?

[Studievragen]

[Illustraties op blz. 18]

De Koninkrijksboodschap is een bron van kracht voor de gebrokenen van hart

[Illustraties op blz. 20]

Het gebed helpt ons in onze bediening te volharden