Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Nu is het de tijd voor resolute stappen

Nu is het de tijd voor resolute stappen

Nu is het de tijd voor resolute stappen

„Hoe lang zult gij nog op twee verschillende gedachten hinken?” — 1 KONINGEN 18:21.

1. Wat maakt onze tijd zo anders dan vroeger?

GELOOF je dat Jehovah de enige ware God is? Geloof je ook dat uit de bijbelprofetieën blijkt dat wij in „de laatste dagen” van Satans goddeloze samenstel van dingen leven? (2 Timotheüs 3:1) Zo ja, dan zul je het er vast mee eens zijn dat het nu, juist nu, nodig is resolute stappen te nemen. Nog nooit in de geschiedenis hebben er zo veel levens op het spel gestaan.

2. Wat gebeurde er tijdens de regering van koning Achab in het tienstammenrijk Israël?

2 In de tiende eeuw voor onze jaartelling stond de natie Israël voor een zeer ernstige beslissing. Wie zouden ze dienen? Onder invloed van zijn heidense vrouw, Izebel, bevorderde koning Achab de Baälaanbidding in het tienstammenrijk Israël. Baäl was een vruchtbaarheidsgod van wie men geloofde dat hij voor regen en een goede oogst zorgde. Veel Baälaanbidders zullen een beeld van hun god een kushand toegeworpen hebben of ervoor geknield hebben. Om Baäl ertoe te bewegen hun gewassen en vee te zegenen, deden zijn aanbidders mee aan seksorgieën met tempelprostituees. Ze hadden ook de gewoonte zich snijwonden toe te brengen om bloed te laten vloeien. — 1 Koningen 18:28.

3. Welke uitwerking had de Baälaanbidding op Gods volk?

3 Een overblijfsel van zo’n zevenduizend Israëlieten weigerde mee te doen aan die afgodische, immorele, gewelddadige vorm van aanbidding (1 Koningen 19:18). Ze bleven trouw aan hun verbondsverhouding met Jehovah God en werden daarom vervolgd. Koningin Izebel bijvoorbeeld heeft veel profeten van Jehovah vermoord (1 Koningen 18:4, 13). Wegens die moeilijke omstandigheden beoefenden de meeste Israëlieten intergeloof; ze probeerden zowel Jehovah als Baäl te behagen. Maar een Israëliet maakte zich aan afval schuldig als hij zich van Jehovah afkeerde en een valse god aanbad. Jehovah had beloofd de Israëlieten te zegenen als ze hem liefhadden en zich aan zijn geboden hielden. Maar hij had hen ook gewaarschuwd dat als ze hem geen „exclusieve toewijding” schonken, ze verdelgd zouden worden. — Deuteronomium 5:6-10; 28:15, 63.

4. Welke ontwikkelingen onder de christenen werden door Jezus en zijn apostelen voorzegd, en hoe is dat uitgekomen?

4 In de christenheid bestaat tegenwoordig een soortgelijke situatie. Mensen die tot een kerk behoren, beweren christenen te zijn, maar dat wat ze geloven, hun gedrag en hun feestdagen zijn in strijd met de bijbelse leer. Net als Izebel nemen de geestelijken van de christenheid het voortouw bij de vervolging van Jehovah’s Getuigen. De geestelijken van de christenheid verlenen ook al eeuwenlang steun aan oorlogen en zijn daardoor verantwoordelijk voor de dood van talloze miljoenen kerkleden. Die religieuze steun aan wereldlijke regeringen wordt in de bijbel als geestelijke hoererij bestempeld (Openbaring 18:2, 3). Daarnaast is de christenheid zich steeds toleranter gaan opstellen tegenover letterlijke hoererij, zelfs onder haar geestelijken. Jezus Christus en zijn apostelen hebben die grote afval voorzegd (Mattheüs 13:36-43; Handelingen 20:29, 30; 2 Petrus 2:1, 2). Waar zal het voor de ruim een miljard aanhangers van de christenheid op uitlopen? En welke verantwoordelijkheid hebben ware aanbidders van Jehovah tegenover hen en alle anderen die door valse religie misleid zijn? We krijgen een duidelijk antwoord op die vragen door de dramatische gebeurtenissen te bestuderen die tot de ’verdelging van Baäl uit Israël’ leidden. — 2 Koningen 10:28.

Gods liefde voor zijn eigenzinnige volk

5. Hoe toonde Jehovah liefdevolle bezorgdheid voor zijn eigenzinnige volk?

5 Jehovah God schept geen behagen in het straffen van personen die hem ontrouw worden. Als liefdevolle Vader wil hij dat goddelozen tot berouw komen en tot hem terugkeren (Ezechiël 18:32; 2 Petrus 3:9). Als bewijs daarvan heeft Jehovah in de dagen van Achab en Izebel veel profeten gebruikt om zijn volk te waarschuwen voor de gevolgen van Baälaanbidding. Elia was een van die profeten. Na een rampzalige droogte, die vooraf was aangekondigd, verzocht Elia koning Achab de Israëlieten en de Baälsprofeten bijeen te roepen op de berg Karmel. — 1 Koningen 18:1, 19.

6, 7. (a) Hoe maakte Elia duidelijk wat de grondoorzaak van Israëls afval was? (b) Wat deden de Baälsprofeten? (c) Wat deed Elia?

6 De bijeenkomst vond plaats op de plek waar, vermoedelijk om Izebel een plezier te doen, een altaar van Jehovah was „omvergehaald” (1 Koningen 18:30). Helaas waren de aanwezige Israëlieten er niet zeker van wie, Jehovah of Baäl, werkelijk in staat was voor de hoognodige regen te zorgen. Baäl werd vertegenwoordigd door 450 profeten, terwijl Elia de enige profeet was die Jehovah vertegenwoordigde. Elia richtte zich op de kern van hun probleem toen hij het volk vroeg: „Hoe lang zult gij nog op twee verschillende gedachten hinken?” Vervolgens legde hij hun in nog simpeler bewoordingen voor waar het om ging: „Indien Jehovah de ware God is, gaat hem volgen; maar is het Baäl, gaat hem volgen.” Om de besluiteloze Israëlieten ertoe te bewegen Jehovah exclusieve toewijding te schenken, stelde Elia een test voor om vast te stellen wie de ware God was. Er moesten twee stieren worden geslacht als offer, een voor Jehovah en een voor Baäl. De ware God zou zijn offer met vuur verteren. De Baälsprofeten maakten hun offer gereed en riepen vervolgens uren achtereen: „O Baäl, antwoord ons!” Toen Elia de spot met hen begon te drijven, brachten ze zich insnijdingen toe tot ze dropen van het bloed en riepen ze zo luid ze konden. Maar er kwam geen antwoord. — 1 Koningen 18:21, 26-29.

7 Nu was Elia aan de beurt. Eerst herstelde hij het altaar van Jehovah en legde er de stukken van de jonge stier op. Vervolgens gaf hij bevel vier grote kruiken water over het offer uit te gieten. Dat gebeurde drie keer, totdat de geul rond het altaar vol water stond. Daarop bad Elia: „O Jehovah, de God van Abraham, Isaäk en Israël, laat het heden bekend worden dat gij God zijt in Israël en dat ik uw knecht ben en dat ik door uw woord al deze dingen heb gedaan. Antwoord mij, o Jehovah, antwoord mij, opdat dit volk moge weten dat gij, Jehovah, de ware God zijt en dat gíȷ́ hun hart hebt teruggebracht.” — 1 Koningen 18:30-37.

8. Hoe reageerde God op Elia’s gebed, en welke stappen nam de profeet?

8 Als antwoord verteerde de ware God zowel het offer als het altaar met vuur uit de hemel. Dat vuur lekte zelfs het water in de geul rond het altaar op! Stel je de uitwerking daarvan op de Israëlieten eens voor. „Zij [vielen] onmiddellijk op hun aangezicht en zeiden: ’Jehovah is de ware God! Jehovah is de ware God!’” Nu nam Elia verdere resolute stappen. Hij gebood de Israëlieten: „Grijpt de profeten van Baäl! Laat geen enkele van hen ontsnappen!” Daarop werden alle 450 Baälsprofeten aan de voet van de Karmel terechtgesteld. — 1 Koningen 18:38-40.

9. Hoe werden de ware aanbidders verder op de proef gesteld?

9 Diezelfde onvergetelijke dag nog zorgde Jehovah ervoor dat er voor het eerst in drie en een half jaar regen op het land viel! (Jakobus 5:17, 18) Je kunt je wel voorstellen waarover de Israëlieten praatten toen ze weer naar huis gingen; Jehovah had zijn God-zijn gerechtvaardigd. Maar de Baälaanbidders gaven het niet op. Izebel ging door met haar vervolgingscampagne tegen Jehovah’s dienstknechten (1 Koningen 19:1, 2; 21:11-16). Daardoor werd de integriteit van Gods volk opnieuw op de proef gesteld. Zouden ze Jehovah exclusieve toewijding aan het schenken zijn als zijn oordeelsdag tegen de Baälaanbidders aangebroken was?

Handel nu resoluut

10. (a) Wat hebben gezalfde christenen in moderne tijden gedaan? (b) Wat wil het zeggen het gebod in Openbaring 18:4 op te volgen?

10 In moderne tijden hebben gezalfde christenen een werk gedaan dat vergelijkbaar is met dat van Elia. Via het gesproken woord en de gedrukte bladzijde hebben ze mensen van alle naties binnen en buiten de christenheid gewaarschuwd voor het gevaar van valse religie. Het resultaat is dat miljoenen mensen resoluut stappen hebben genomen om hun lidmaatschap van een valse religie op te zeggen. Ze hebben hun leven aan Jehovah opgedragen en zijn gedoopte discipelen van Jezus Christus geworden. Ze hebben werkelijk acht geslagen op Gods dringende oproep in verband met de valse religie: „Gaat uit van haar, mijn volk, indien gij niet met haar in haar zonden wilt delen, en indien gij geen deel van haar plagen wilt ontvangen.” — Openbaring 18:4.

11. Wat is er nodig om Jehovah’s goedkeuring te genieten?

11 Miljoenen anderen voelen zich aangetrokken tot de bijbelse boodschap die Jehovah’s Getuigen verbreiden, maar weten nog niet zeker wat ze moeten doen. Sommigen van hen komen weleens naar christelijke vergaderingen, zoals de viering van het Avondmaal des Heren of gedeelten van een districtscongres. Bij al die mensen dringen we erop aan goed na te denken over Elia’s woorden: „Hoe lang zult gij nog op twee verschillende gedachten hinken?” (1 Koningen 18:21) In plaats van het uit te stellen moeten ze nu resoluut stappen nemen en zich beijveren om opgedragen, gedoopte aanbidders van Jehovah te worden. Hun vooruitzichten op eeuwig leven staan op het spel! — 2 Thessalonicenzen 1:6-9.

12. In welke gevaarlijke toestand zijn sommige gedoopte christenen geraakt, en wat moeten ze doen?

12 Helaas zijn sommige gedoopte christenen ongeregeld of inactief geworden in hun aanbidding (Hebreeën 10:23-25; 13:15, 16). Sommigen zijn hun enthousiasme kwijtgeraakt door vrees voor vervolging, de strijd om het bestaan, pogingen rijk te worden of het najagen van zelfzuchtige genoegens. Jezus waarschuwde dat juist die dingen sommigen van zijn volgelingen zouden verstikken, dat ze een struikelblok of een strik voor hen zouden worden (Mattheüs 10:28-33; 13:20-22; Lukas 12:22-31; 21:34-36). In plaats van als het ware ’op twee gedachten te hinken’, moeten zulke personen ’ijverig zijn en berouw tonen’ door resoluut stappen te nemen om hun opdracht aan God na te komen. — Openbaring 3:15-19.

Het plotselinge einde van de valse religie

13. Beschrijf de situatie in Israël toen Jehu tot koning werd gezalfd.

13 De reden waarom het dringend is dat mensen nu resoluut stappen nemen, blijkt uit wat er zo’n achttien jaar nadat op de berg Karmel was vastgesteld wie de ware God was, in Israël gebeurde. Jehovah’s oordeelsdag tegen de Baälaanbidding kwam plotseling en onverwacht tijdens de bediening van Elia’s opvolger, Elisa. Koning Achabs zoon Joram regeerde over Israël, en Izebel leefde nog als koningin-moeder. In alle stilte stuurde Elisa zijn bediende om Israëls legeroverste, Jehu, tot koning te zalven. Jehu bevond zich destijds ten oosten van de Jordaan in Ramoth-Gilead, waar hij het leger aanvoerde in een oorlog tegen Israëls vijanden. Koning Joram bevond zich in Jizreël in de valleivlakte bij Megiddo, waar hij genas van de verwondingen die hij in de strijd had opgelopen. — 2 Koningen 8:29–9:4.

14, 15. Welke opdracht ontving Jehu, en hoe reageerde hij daarop?

14 Jehovah gaf Jehu de volgende opdracht: „Gij moet het huis van Achab, uw heer, neerslaan, en ik moet het bloed van mijn knechten, de profeten, en het bloed van alle knechten van Jehovah wreken van de hand van Izebel. En het gehele huis van Achab moet vergaan; . . . Izebel zullen de honden opeten op het stuk land te Jizreël, en er zal niemand zijn die haar begraaft.” — 2 Koningen 9:7-10.

15 Jehu was een resolute man. Zonder uitstel stapte hij in zijn strijdwagen en haastte zich naar Jizreël. Een wachter in Jizreël herkende de rijstijl van Jehu en meldde het aan koning Joram, waarop Joram in zijn strijdwagen stapte en zijn legeroverste tegemoet ging. Toen zij elkaar troffen, vroeg Joram: „Is het vrede, Jehu?” Jehu antwoordde: „Hoe zou het vrede kunnen zijn zolang de hoererijen van uw moeder Izebel en haar vele toverijen er nog zijn?” Voordat koning Joram kon vluchten, spande Jehu zijn boog en doodde Joram met een pijl die zijn hart doorboorde. — 2 Koningen 9:20-24.

16. (a) Voor welke situatie kwamen Izebels hofbeambten plotseling te staan? (b) Hoe ging Jehovah’s woord aangaande Izebel in vervulling?

16 Jehu liet geen tijd verloren gaan en haastte zich in zijn strijdwagen naar de stad. De zwaar opgemaakte Izebel keek uit een raam omlaag en begroette Jehu met een tartend dreigement. Jehu negeerde haar en vroeg wie hem wilde helpen: „Wie is met mij? Wie?” Izebels bedienden moesten nu resoluut optreden. Twee of drie hofbeambten staken hun hoofd uit het raam. Onmiddellijk werd hun loyaliteit op de proef gesteld. „Laat haar vallen!”, gebood Jehu. De beambten lieten Izebel vallen, zodat ze op de straat belandde, waar Jehu met zijn paarden en strijdwagen over haar heen reed. Zo kwam de aanstichtster van de Baälaanbidding in Israël aan haar verdiende eind. Voordat er tijd was om haar te begraven, hadden de honden, precies zoals was voorzegd, haar vlees opgegeten. — 2 Koningen 9:30-37.

17. Ons geloof in welke toekomstige gebeurtenis moet door Gods oordeelsvoltrekking aan Izebel worden versterkt?

17 Een soortgelijk schokkend einde wacht de symbolische hoer die de naam „Babylon de Grote” draagt. De hoer beeldt de valse religies van Satans wereld af, die hun oorsprong hebben gevonden in de oude stad Babylon. Na het einde van de valse religie zal Jehovah God zijn aandacht richten op alle mensen die de niet-religieuze delen van Satans wereld vormen. Die zullen ook vernietigd worden, waardoor de weg wordt gebaand voor een rechtvaardige nieuwe wereld. — Openbaring 17:3-6; 19:19-21; 21:1-4.

18. Wat gebeurde er na de dood van Izebel met de Baälaanbidders in Israël?

18 Na de dood van Izebel liet koning Jehu geen tijd verloren gaan; hij stelde al Achabs nakomelingen en voornaamste aanhangers terecht (2 Koningen 10:11). Maar er waren nog heel wat Baälaanbiddende Israëlieten in het land over. Aangaande hen nam Jehu resoluut stappen om te laten zien dat hij „geen mededinging ten opzichte van Jehovah” duldde (2 Koningen 10:16). Hij wendde voor zelf een Baälaanbidder te zijn en organiseerde een groot feest in de tempel van Baäl die Achab in Samaria had gebouwd. Alle Baälaanbidders in Israël kwamen naar het feest, en toen ze eenmaal in de tempel opgesloten zaten, werden ze allemaal door Jehu’s mannen afgeslacht. De bijbel besluit het verslag met de woorden: „Zo verdelgde Jehu Baäl uit Israël.” — 2 Koningen 10:18-28.

19. Welk grootse vooruitzicht wacht de „grote schare” loyale aanbidders van Jehovah?

19 De Baälaanbidding in Israël werd met wortel en tak uitgeroeid. Even zeker zal er een plotseling, schokkend einde komen aan de valse religies van deze wereld. Aan wiens kant zul jij op die grote oordeelsdag staan? Handel nu resoluut, dan kan het zijn dat je het voorrecht geniet tot de „grote schare” menselijke overlevenden van „de grote verdrukking” te behoren. Dan zul je vol vreugde kunnen terugkijken en zul je God loven omdat hij het oordeel heeft voltrokken aan „de grote hoer, die met haar hoererij de aarde verdierf”. Samen met andere ware aanbidders zul je het eens zijn met de ontroerende woorden die hemelse stemmen zingen: „Looft Jah, want Jehovah, onze God, de Almachtige, is als koning gaan regeren.” — Openbaring 7:9, 10, 14; 19:1, 2, 6.

Vragen ter meditatie

• Hoe heeft het oude Israël zich schuldig gemaakt aan Baälaanbidding?

• Welke grote afval heeft de bijbel voorzegd, en hoe is die profetie in vervulling gegaan?

• Hoe heeft Jehu de Baälaanbidding uitgeroeid?

• Wat moeten we doen om Gods oordeelsdag te overleven?

[Studievragen]

[Kaart op blz. 25]

(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)

Socho

Afek

Helkath

Jokneam

Megiddo

Taänach

Dothan

SAMARIA

En-Dor

Sunem

Ofra

Jizreël

Jibleam (Gath-Rimmon)

Tirza

Beth-Semes

Beth-Sean (Beth-San)

Jabes-Gilead?

Abel-Mehola

Huis van Arbel

Ramoth-Gilead

[Bergtoppen]

Berg Karmel

Berg Tabor

Moré

Berg Gilboa

[Zeeën en meren]

Middellandse Zee

Zee van Galilea

[Rivier]

Jordaan

[Bron]

Bron Harod

[Verantwoording]

Based on maps copyrighted by Pictorial Archive (Near Eastern History) Est. and Survey of Israel

[Illustraties op blz. 26]

Een geregeld aandeel aan de Koninkrijksprediking en het bijwonen van vergaderingen zijn heel belangrijke aspecten van de ware aanbidding

[Illustratie op blz. 28, 29]

Net als Jehu moeten allen die Jehovah’s dag willen overleven resoluut stappen nemen