Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Kun je je dit herinneren?

Kun je je dit herinneren?

Kun je je dit herinneren?

Heb je genoten van de recente uitgaven van De Wachttoren? Kijk dan eens of je de volgende vragen kunt beantwoorden:

• Wat kunnen we leren van Jezus’ illustratie over de gastheer die bleef aandringen? (Lukas 11:5-10)

Deze illustratie maakt duidelijk met wat voor instelling we moeten bidden. We moeten blijven vragen, vooral als het om Gods heilige geest gaat (Lukas 11:11-13). — 15/12, blz. 20-22.

• Welke les ligt opgesloten in Jezus’ illustratie over een weduwe en een rechter? (Lukas 18:1-8)

De illustratie beklemtoont de noodzaak om te bidden. In tegenstelling tot de rechter is Jehovah rechtvaardig en komt Hij ons maar al te graag te hulp. Bovendien dienen we net zo’n geloof te hebben als de weduwe in de illustratie. — 15/12, blz. 26-28.

• Waarom spoorde de apostel Paulus de christenen in Korinthe aan zich te ’verruimen’? (2 Korinthiërs 6:11-13)

Blijkbaar hadden sommigen in Korinthe weinig waardering voor hun geloofsgenoten en waren ze bekrompen en niet ruimhartig. We moeten ons best doen om oprechte waardering voor geloofsgenoten te ontwikkelen, en bovendien nieuwe vrienden te maken. — 1/1, blz. 9-11.

• Over welke verzegeling wordt in Openbaring 7:3 gesproken?

Wanneer God christenen met heilige geest zalft, krijgen ze een aanvankelijke verzegeling. Maar in Openbaring 7:3 wordt gesproken over een uiteindelijke verzegeling, ter bevestiging dat zulke gezalfden zich volledig loyaal hebben betoond. — 1/1, blz. 30, 31.

• Wat kunnen ouders leren van het Bijbelverslag over Samuël?

Om te beginnen moeten ze hun kinderen Gods woord onderwijzen, zoals Samuëls ouders dit ongetwijfeld hebben gedaan. Bovendien dienen ze hun kinderen aan te sporen Jehovah’s dienst tot hun carrière te maken. — 15/1, blz. 16.

• Hoe kunnen we tonen dat we graag op Jehovah wachten?

We ’verwachten de dag van Jehovah’ en zien uit naar bevrijding wanneer hij alle goddeloze mensen vernietigt (2 Petrus 3:7, 12). Jehovah zelf wil heel graag een eind maken aan alle slechtheid, maar hij beheerst zich zodat hij christenen redding kan brengen op een manier die zijn naam zal verheerlijken. We moeten erop vertrouwen dat Jehovah weet wat het beste tijdstip is om in te grijpen, en ondertussen dienen we er actief mee bezig te zijn hem te verheerlijken (Psalm 71:14, 15). — 1/3, blz. 17, 18.

• Nam Noach van elk rein dier zeven stuks of zeven paar mee de ark in?

Noach moest van elk rein dier ’telkens zeven tot zich nemen’ (Genesis 7:1, 2). In het Hebreeuws staat letterlijk „zeven zeven”. Die manier van spreken duidt niet op zeven paar, zoals blijkt uit andere Bijbelteksten. Noach nam kennelijk van elk rein dier zeven stuks mee, drie paartjes en een zevende dier dat hij later kon offeren (Genesis 8:20). — 15/3, blz. 31.

• Waarom moeten christenen ’letten op’ de resultaten van het geloof van de ouderlingen, ’hen die de leiding nemen’?

De apostel Paulus nodigt ons uit om te ’letten op’ of goed te kijken naar de resultaten van de getrouwe handelwijze van de ouderlingen, en zulke voorbeelden van geloof na te volgen (Hebreeën 13:7). We doen dat omdat Gods Woord ons dat gebiedt. Bovendien overtuigt dat ons ervan dat de ouderlingen zowel de Koninkrijksbelangen als onze belangen op het oog hebben. — 1/4, blz. 28.