Waarom er binnenkort geen lijden meer zal zijn
Waarom er binnenkort geen lijden meer zal zijn
„De Rots, volmaakt is zijn activiteit.” — DEUTERONOMIUM 32:4.
1, 2. (a) Waarom hecht je heel veel waarde aan de hoop op eeuwig leven? (b) Wat weerhoudt velen ervan in de God te geloven die schitterende dingen belooft voor de toekomst?
DENK je graag aan het leven in het Paradijs? Misschien zie je jezelf onze schitterende planeet verkennen en de bijna eindeloze verscheidenheid aan levensvormen bestuderen. Of misschien mijmer je over de voldoening die je zult hebben terwijl je met anderen samenwerkt om voor de aarde te zorgen en er een wereldomvattend park van te maken. Of je denkt aan de talenten die je zou kunnen ontwikkelen in de kunst, architectuur, muziek of andere bezigheden waar je in het hectische leven van vandaag geen tijd voor hebt. In ieder geval hecht je heel veel waarde aan de hoop op een leven dat in de Bijbel „het werkelijke leven” wordt genoemd: een leven zoals Jehovah het bedoeld heeft, met de eeuwigheid in het vooruitzicht. — 1 Timotheüs 6:19.
2 Is het niet een genoegen en een groot voorrecht om met anderen over die Bijbelse hoop te praten? Toch wijzen velen die hoop af als een illusie, een onrealistische droom voor lichtgelovige mensen. Ze vinden het misschien zelfs moeilijk in de God te geloven die eeuwig leven in het Paradijs belooft. Waarom? Voor sommigen heeft het struikelblok te maken met ’het probleem van het kwaad’, zoals het vaak wordt genoemd. Ze vinden dat als God bestaat en als hij almachtig en liefdevol is, het kwaad en lijden in de wereld niet te verklaren is. Een God die kwaad tolereert, kan niet bestaan, zo redeneren ze — en als hij bestaat, dan is hij óf niet almachtig óf hij geeft niet om ons. Deze manier van redeneren klinkt voor sommigen overtuigend. Satan is beslist een expert gebleken in het verblinden van de menselijke geest. — 2 Korinthiërs 4:4.
3. Op welke moeilijke vraag kunnen we mensen helpen het antwoord te vinden, en waarom zijn wij daar bij uitstek toe in staat?
3 Als Jehovah’s Getuigen zijn we bij uitstek in staat mensen te helpen die door Satan en de wijsheid van deze wereld worden misleid (1 Korinthiërs 1:20; 3:19). We begrijpen waarom velen niet in de beloften van de Bijbel geloven. Ze kennen Jehovah gewoon niet. Ze weten wellicht niet hoe hij heet of wat zijn naam betekent, en waarschijnlijk weten ze weinig of niets van zijn eigenschappen of van zijn reputatie dat hij altijd doet wat hij belooft. Wij zijn in de bevoorrechte positie dat wel te weten. Het is goed om van tijd tot tijd nog eens door te nemen hoe we mensen die ’verduisterd zijn in hun verstand’ kunnen helpen het antwoord te vinden op een van de moeilijkste vragen die gesteld worden: waarom laat God kwaad en lijden toe? (Efeziërs 4:18) Eerst zullen we bekijken hoe we de juiste benadering kunnen kiezen om een bevredigend antwoord te geven. Daarna zullen we bespreken hoe Jehovah’s eigenschappen duidelijk zichtbaar zijn in de manier waarop hij het probleem van het kwaad heeft aangepakt.
De juiste benadering kiezen
4, 5. Wat moeten we misschien eerst doen als iemand de vraag stelt waarom God lijden toelaat? Leg dat uit.
4 Wat is onze reactie als iemand vraagt waarom God lijden toelaat? Misschien zijn we geneigd onmiddellijk van wal te steken met een uitvoerige verklaring, te beginnen met de gebeurtenissen in de Hof van Eden. In sommige gevallen kan dat heel goed zijn. Maar een waarschuwend woord is op zijn plaats. Misschien moet er eerst een basis worden gelegd (Spreuken 25:11; Kolossenzen 4:6). Laten we drie manieren bekijken waarop we iemand kunnen helpen voordat we dieper op zijn vraag ingaan.
5 Ten eerste: als de persoon zich heel bezorgd maakt over het vele kwaad in de wereld, heeft hij of zijn familie waarschijnlijk iets ergs meegemaakt. Daarom is het wellicht verstandig om eerst oprechte empathie te tonen. De apostel Paulus gaf christenen de raad: „Weent met mensen die wenen” (Romeinen 12:15). Door empathie of „medegevoel” te tonen, kunnen we misschien zijn hart raken (1 Petrus 3:8). Als hij begrijpt dat we om hem geven, is de kans groter dat hij luistert naar wat we te zeggen hebben.
6, 7. Waarom zouden we een oprecht persoon die een vraag stelt over een Bijbels punt dat hem verontrust, terecht kunnen prijzen?
6 Ten tweede: we kunnen iemand die oprecht is, prijzen voor het stellen van die vraag. Sommige mensen denken dat ze niet genoeg geloof hebben of oneerbiedig zijn tegenover God omdat ze met zulke vragen worstelen. Dat is hun misschien zelfs door een geestelijke verteld. Maar het is niet per se verkeerd zulke vragen te stellen. Per slot van rekening hebben gelovige mensen in Bijbelse tijden dat ook gedaan. De psalmist David vroeg bijvoorbeeld: „Waarom, o Jehovah, blijft gij veraf staan? Waarom houdt gij u verborgen in tijden van nood?” (Psalm 10:1) Ook de profeet Habakuk vroeg: „Hoe lang, o Jehovah, moet ik om hulp schreeuwen, zonder dat gij hoort? Hoe lang zal ik tot u roepen om hulp tegen geweld, zonder dat gij redt? Waarom doet gij mij het schadelijke zien, en blijft gij niets dan moeite aanzien? En waarom zijn gewelddadige plundering en geweld voor mijn ogen, en waarom ontstaat er ruzie, en waarom rijst er twist?” — Habakuk 1:2, 3.
7 Dat waren gelovige mannen die heel veel eerbied voor God hadden. Werden ze terechtgewezen omdat ze zulke vragen stelden? Nee, Jehovah liet hun oprechte vragen zelfs in zijn Woord optekenen. In deze tijd kan iemand die zich zorgen maakt over het vele kwaad, in werkelijkheid geestelijke honger hebben: hij of zij verlangt naar antwoorden die alleen de Bijbel kan geven. Bedenk dat Jezus goedkeurend sprak over mensen die geestelijk hongerig zijn, of „zich bewust zijn van hun geestelijke nood” (Mattheüs 5:3). Het is beslist een voorrecht zulke mensen te helpen het geluk te gaan ervaren dat Jezus beloofde!
8. Welke verwarrende leringen hebben mensen ertoe gebracht te geloven dat God voor het lijden verantwoordelijk is, en hoe kunnen we hen helpen?
8 Ten derde: misschien moeten we de persoon helpen in te zien dat God niet verantwoordelijk is voor de slechtheid die zo wijdverbreid is in de wereld. Veel mensen hebben geleerd dat God deze wereld regeert, dat God lang geleden alles heeft bepaald wat er met ons gebeurt en dat hij geheimzinnige, ondoorgrondelijke redenen heeft om ellende over de mensheid te brengen. Die leringen zijn onjuist. Ze onteren God en suggereren dat hij verantwoordelijk is voor de slechtheid en het lijden in de wereld. Misschien moeten we die dingen dus aan de hand van Gods Woord rechtzetten (2 Timotheüs 3:16). Jehovah is niet de regeerder van dit verdorven samenstel; dat is Satan de Duivel (1 Johannes 5:19). Jehovah predestineert zijn met verstand begaafde schepselen niet; hij laat iedereen vrij en geeft hun de gelegenheid om te kiezen tussen goed en kwaad (Deuteronomium 30:19). En Jehovah is nooit de bron van slechtheid; hij haat slechtheid en zorgt voor degenen die onrechtvaardig lijden ondergaan. — Job 34:10; Spreuken 6:16-19; 1 Petrus 5:7.
9. Wat zijn enkele hulpmiddelen waarin „de getrouwe en beleidvolle slaaf” heeft voorzien om mensen duidelijk te maken waarom Jehovah God lijden toelaat?
9 Als je die basis eenmaal hebt gelegd, is je toehoorder wellicht bereid om te onderzoeken waarom God lijden toelaat. „De getrouwe en beleidvolle slaaf” heeft in een aantal hulpmiddelen voorzien (Mattheüs 24:45-47). Op het „Christelijke gehoorzaamheid”-districtscongres van 2005/2006 bijvoorbeeld werd een traktaat vrijgegeven met de titel Binnenkort geen lijden meer! Als dat traktaat in jouw taal beschikbaar is, zou het goed zijn je met de inhoud vertrouwd te maken. Ook het boek Wat leert de bijbel echt?, nu verkrijgbaar in 157 talen, wijdt een hoofdstuk aan deze belangrijke vraag. Maak een goed gebruik van die hulpmiddelen. Ze leggen duidelijk uit wat de Bijbelse achtergrond is van de in Eden opgeworpen strijdvraag over universele soevereiniteit en wat de reden is voor de manier waarop Jehovah dat probleem aanpakte. Houd ook in gedachte dat je bij het bespreken van dit onderwerp je toehoorder de belangrijkste kennis bijbrengt die er is: kennis van Jehovah en zijn schitterende eigenschappen.
Leg de nadruk op Jehovah’s eigenschappen
10. Wat vinden veel mensen moeilijk te begrijpen in verband met het feit dat God lijden toelaat, en welke kennis kan hen helpen?
10 Als je mensen helpt te begrijpen waarom Jehovah heeft toegelaten dat mensen zichzelf regeren onder invloed van Satan, probeer dan de aandacht te vestigen op Jehovah’s schitterende eigenschappen. Veel mensen weten dat God Deuteronomium 32:4). Hoe kun je de aandacht op deze eigenschappen vestigen terwijl je vragen beantwoordt die vaak over dit onderwerp gesteld worden? Laten we eens een paar voorbeelden bekijken.
machtig is; ze zijn eraan gewend dat hij God de Almachtige wordt genoemd. Maar ze vinden het misschien moeilijk te begrijpen waarom hij zijn enorme macht niet gebruikt om onmiddellijk een eind te maken aan onrechtvaardigheid en lijden. Ze hebben waarschijnlijk ook geen begrip van Jehovah’s andere eigenschappen, zoals zijn heiligheid, gerechtigheid, wijsheid en liefde. Jehovah spreidt deze eigenschappen op een volmaakte, evenwichtige manier tentoon. De Bijbel zegt dan ook: „Volmaakt is zijn activiteit” (11, 12. (a) Waarom was vergeven geen optie toen Adam en Eva zondigden? (b) Waarom zal Jehovah zonde niet voor altijd tolereren?
11 Had Jehovah Adam en Eva gewoon vergeving kunnen schenken? Vergeven is in dit geval nooit een optie geweest. Als volmaakte mensen deden Adam en Eva een bewuste keus om Jehovah’s soevereiniteit te verwerpen en de leiding van Satan te aanvaarden. Het is niet verwonderlijk dat er bij de opstandelingen geen spoor van berouw te ontdekken was. Maar als mensen vragen waarom Jehovah hun geen vergeving schonk, vragen ze zich misschien eigenlijk af waarom Jehovah niet gewoon zijn maatstaf verlaagde en het bestaan van zonde en opstand tolereerde. Het antwoord houdt verband met een eigenschap die een wezenlijk kenmerk is van Jehovah’s aard: zijn heiligheid. — Exodus 28:36; 39:30.
12 In de Bijbel wordt Jehovah’s heiligheid honderden keren beklemtoond. Jammer genoeg zijn er echter maar weinig mensen in deze verdorven wereld die deze eigenschap begrijpen. Jehovah is rein, zuiver en afgescheiden van alle zondigheid (Jesaja 6:3; 59:2). Hij heeft in een middel voorzien om zonde te verzoenen of weg te wissen, maar hij zal zonde nooit voor altijd tolereren. Als Jehovah bereid zou zijn zonde voor eeuwig te tolereren, zouden we geen hoop voor de toekomst hebben (Spreuken 14:12). Op zijn bestemde tijd zal Jehovah de hele schepping in een toestand van heiligheid herstellen. Dat staat vast, want het is de wil van de Heilige.
13, 14. Waarom verkoos Jehovah de opstandelingen in Eden niet te vernietigen?
13 Had Jehovah de opstandelingen in Eden eenvoudig kunnen vernietigen en opnieuw kunnen beginnen? Hij had zeker de macht om dat te doen; binnenkort zal hij die macht gebruiken om alle goddelozen te vernietigen. Sommigen vragen zich misschien af: ’Waarom heeft hij dat dan niet gedaan toen er nog maar drie zondaars in het universum waren? Zou dat de verbreiding van zonde, en van alle ellende die we in de wereld zien, niet voorkomen hebben?’ Waarom koos Jehovah niet voor die aanpak? Deuteronomium 32:4 zegt: „Al zijn wegen zijn gerechtigheid.” Jehovah heeft een heel sterk gevoel voor gerechtigheid. Ja, „Jehovah heeft gerechtigheid lief” (Psalm 37:28). Wegens die liefde voor gerechtigheid heeft Jehovah de opstandelingen in Eden niet weggevaagd. Waarom niet?
14 Satans opstand wierp een vraag op in verband met de rechtmatigheid van Gods soevereiniteit. Jehovah’s gevoel voor gerechtigheid vereiste dat Satans uitdaging een rechtvaardig antwoord zou krijgen. De onmiddellijke terechtstelling van de rebellen, hoewel ze dat verdienden, zou geen rechtvaardig antwoord geweest zijn. Het zou bewezen hebben dat Jehovah oppermachtig is, maar zijn macht werd niet in twijfel getrokken. Bovendien had Jehovah zijn voornemen aan Adam en Eva bekendgemaakt. Ze moesten nakomelingen voortbrengen en de aarde vullen, haar onderwerpen en de hele aardse schepping in onderworpenheid hebben (Genesis 1:28). Als Jehovah Adam en Eva gewoon vernietigd had, zou zijn bekendgemaakte voornemen met de mensen een loze bewering zijn geworden. Jehovah’s gerechtigheid zou zo’n afloop nooit toestaan, want zijn voornemen wordt altijd vervuld. — Jesaja 55:10, 11.
15, 16. Hoe zouden we mensen kunnen helpen die met een alternatieve ’oplossing’ komen voor de strijdvraag die in Eden werd opgeworpen?
15 Had ook maar iemand in het universum de opstand met meer wijsheid kunnen aanpakken Romeinen 11:25; 16:25-27.
dan Jehovah? Sommige mensen komen misschien met een eigen ’oplossing’ voor de opstand in Eden. Maar suggereren ze daarmee niet dat zij een betere manier weten om de kwestie aan te pakken? Ze doen dat misschien niet met slechte motieven, maar ze hebben geen begrip van Jehovah en zijn ontzag inboezemende wijsheid. Toen de apostel Paulus aan de christenen in Rome schreef, ging hij diep in op Gods wijsheid. Zo sprak hij over het „heilige geheim” in verband met Jehovah’s voornemen om door middel van het Messiaanse koninkrijk de getrouwe mensheid te verlossen en zijn naam te heiligen. Hoe dacht Paulus over de wijsheid van de God die dit voornemen had opgevat? De apostel besloot zijn brief met de woorden: „Aan de alleen wijze God zij de heerlijkheid, door bemiddeling van Jezus Christus, tot in eeuwigheid. Amen.” —16 Paulus begreep dat Jehovah ’alleen wijs’ is — het summum van wijsheid in het universum. Welk onvolmaakt mens zou een betere oplossing kunnen bedenken voor welk probleem maar ook, laat staan voor de allergrootste uitdaging van Gods wijsheid die ooit is opgeworpen? We moeten mensen dus helpen om net als wij ontzag te hebben voor de God die „wijs van hart” is (Job 9:4). Hoe beter we Jehovah’s wijsheid begrijpen, hoe vollediger we erop zullen vertrouwen dat zijn manier om dingen aan te pakken de beste is. — Spreuken 3:5, 6.
Jehovah’s belangrijkste eigenschap naar waarde schatten
17. Hoe kan een beter begrip van Jehovah’s liefde mensen helpen die er verontrust over zijn dat God lijden toelaat?
17 „God is liefde” (1 Johannes 4:8). Met die treffende woorden wijst de Bijbel op Jehovah’s belangrijkste eigenschap, de aantrekkelijkste van al zijn eigenschappen en de meest vertroostende voor mensen die verontrust zijn over het vele kwaad in de wereld. Jehovah heeft liefde getoond in elk aspect van de manier waarop hij de verschrikkelijke, verwoestende invloed van zonde op zijn schepping heeft aangepakt. Liefde bewoog Jehovah ertoe de zondige nakomelingen van Adam en Eva hoop te geven, door hun een middel te verschaffen om tot hem te naderen en in een goedgekeurde verhouding met hem te komen. Liefde bewoog God ertoe in een losprijs te voorzien die volledige vergeving van zonden en herstel tot volmaakt, eeuwig leven mogelijk zou maken (Johannes 3:16). Liefde heeft hem er ook toe bewogen geduld met de mensheid te hebben, door zo veel mogelijk mensen de gelegenheid te geven Satan te verwerpen en Jehovah als hun Soeverein te kiezen. — 2 Petrus 3:9.
18. Met welk inzicht zijn we blij, en wat gaan we in het volgende artikel bespreken?
18 Toen een predikant een groep mensen toesprak die bijeen waren gekomen voor de herdenking van een verschrikkelijke terroristische aanslag, zei hij: „We weten niet waarom God kwaad en lijden laat bestaan.” Wat triest! Zijn we niet blij dat wij inzicht hebben in dit onderwerp? (Deuteronomium 29:29) En omdat Jehovah wijs, rechtvaardig en liefdevol is, weten we dat hij binnenkort een eind zal maken aan alle lijden. Hij heeft dat zelfs beloofd (Openbaring 21:3, 4). Maar hoe staat het met al die mensen die in de loop der eeuwen zijn gestorven? Heeft Jehovah’s aanpak van de strijdvraag in Eden hen zonder hoop gelaten? Nee. Liefde heeft hem ertoe bewogen ook voor hen een voorziening te treffen, en wel door middel van de opstanding. Dat wordt in het volgende artikel besproken.
Overzichtsvragen
• Wat kunnen we zeggen tegen iemand die vraagt waarom God lijden toelaat?
• Hoe komen Jehovah’s heiligheid en zijn gerechtigheid tot uiting in de manier waarop hij de opstandelingen in Eden aanpakte?
• Waarom moeten we mensen helpen meer begrip te krijgen van Jehovah’s liefde?
[Studievragen]
[Illustratie op blz. 21]
Probeer degenen te helpen die verontrust zijn over het lijden in de wereld
[Illustraties op blz. 23]
David en Habakuk, gelovige mannen, stelden God oprechte vragen