Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Hebt u een onsterfelijke ziel?

Hebt u een onsterfelijke ziel?

Hebt u een onsterfelijke ziel?

Zijn we alleen vlees en bloed? Of zijn we meer dan het totaal van de elementen waaruit we bestaan? Zijn we er vandaag en morgen niet meer? Of leeft een onzichtbaar deel van ons na de dood voort?

HOEWEL de godsdiensten een verbijsterende caleidoscoop van opvattingen over het hiernamaals hebben ontwikkeld, zijn de meeste het over één basisdenkbeeld eens: iets in de mens is onsterfelijk en leeft na de dood voort. Veel mensen geloven dat dit ’iets’ een ziel is. Wat gelooft u? Zijn we deels vlees en deels ziel? Wat is een ziel? Hebben mensen een onsterfelijke ziel? Het is heel belangrijk dat we de waarheid over onszelf weten.

De mens werd een levende ziel”

Is de ziel een deel van de mens dat bij de dood het lichaam verlaat en voortleeft? Volgens de Holman Illustrated Bible Dictionary ’wordt de ziel vaak gelijkgesteld met de totale mens’. In Genesis 2:7 wordt bijvoorbeeld gezegd: „Jehovah God ging ertoe over de mens te vormen uit stof van de aardbodem en in zijn neusgaten de levensadem te blazen, en de mens werd een levende ziel.” De eerste mens, Adam, was een ziel.

De opvatting dat met het woord ziel de hele mens kan worden bedoeld, wordt door andere Bijbelteksten ondersteund. Zo spreekt de Bijbel over een ziel die werk verricht (Leviticus 23:30). Er is sprake van zielen die ongeduldig, geïrriteerd, slapeloos, bevreesd of terneergeslagen zijn (Rechters 16:16; Job 19:2; Psalm 119:28; Handelingen 2:43; 1 Thessalonicenzen 5:14). In Romeinen 13:1 wordt met „ziel” een persoon bedoeld als er staat: „Iedere ziel zij onderworpen aan de superieure autoriteiten.” En in 1 Petrus 3:20 lezen we dat er „in de dagen van Noach . . . weinigen, namelijk acht zielen, veilig door het water heen werden gevoerd”. Niets in deze Bijbelteksten duidt erop dat de ziel iets onstoffelijks is dat na de dood voortleeft.

Hoe staat het met dieren en planten? Zijn dat zielen? Kijk eens hoe de Bijbel de schepping van de dieren beschrijft. „Dat de wateren een gewemel van levende zielen voortbrengen”, gebood God. Op de volgende scheppingsdag zei God: „Laat de aarde levende zielen voortbrengen naar hun soort: huisdieren en zich bewegend gedierte en wild gedierte der aarde naar hun soort” (Genesis 1:20, 24). Alle levende schepselen, hetzij mens of dier, zijn dus zielen. Planten worden in de Bijbel niet als zielen aangeduid.

Het woord ziel wordt in nog een andere betekenis gebruikt. In Job 33:22 lezen we: „Zijn ziel komt de kuil nabij, en zijn leven degenen die de dood toebrengen.” Hier worden de termen „ziel” en „leven” gebruikt in een parallellisme, waarbij de ene term iets toevoegt aan de betekenis van de andere. „Ziel” kan dus ook betrekking hebben op het leven dat iemand als levende ziel of persoon bezit. Vandaar dat de Bijbel Mozes’ vijanden die hem naar het leven stonden, aanduidt als „alle mannen die [zijn] ziel zochten” (Exodus 4:19). En over Jezus Christus zegt de Bijbel dat ’de Zoon des mensen gekomen is om zijn ziel [of leven] te geven als een losprijs in ruil voor velen’. — Mattheüs 20:28.

De definitie die de Bijbel van „ziel” geeft, is eenvoudig en consequent. Het woord kan betrekking hebben op een mens of een dier of op het leven dat een schepsel als levende ziel bezit. Zoals we zullen zien, is die opvatting in harmonie met wat er volgens de Bijbel bij de dood met de ziel gebeurt.

De ziel die zondigt, zal sterven’

De Bijbel zegt: „De ziel die zondigt, díé zal sterven” (Ezechiël 18:4). Toen de profeet Elia ten einde raad was, vroeg hij „of zijn ziel mocht sterven” (1 Koningen 19:4). Ook Jona „bleef vragen of zijn ziel mocht sterven” (Jona 4:8). De ziel sterft dus wanneer de mens sterft; de ziel is niet onsterfelijk. Als we zeggen dat iemand gestorven is, komt dat erop neer dat zijn ziel gestorven is, want een mens is een ziel.

Maar hoe staat het met Bijbelteksten waarin sprake is van het uitgaan en terugkeren van de ziel? Over wat er met Rachel gebeurde toen ze een zoon baarde, zegt de Bijbel: „Het gevolg was dat terwijl haar ziel uitging (want zij stierf), zij hem de naam Ben-Oni gaf; maar zijn vader noemde hem Benjamin” (Genesis 35:18). En over de opstanding van de zoon van een weduwe zegt 1 Koningen 17:22 dat Jehovah naar Elia’s stem, oftewel zijn gebed, luisterde, „zodat de ziel van het kind in hem terugkeerde en het tot leven kwam”. Geven deze passages te kennen dat de ziel een onzichtbaar, schimmig deel van de mens is dat een lichaam kan verlaten of een lichaam kan binnengaan?

Bedenk dat één betekenis van het woord ziel „leven” is. Rachels ziel ging dus uit in de zin dat er een eind kwam aan haar leven. Sommige Bijbels geven de zinsnede dat „haar ziel uitging” dan ook weer met ’het leven week van haar’ (De Nieuwe Bijbelvertaling) en ’ze blies de laatste adem uit’ (Jerusalem Bible). In het geval van de zoon van de weduwe kreeg de jongen het leven terug. — 1 Koningen 17:23.

Wat de mens is

De Bijbel maakt onmiskenbaar duidelijk wat de mens is. Hij heeft geen ziel; hij is een ziel. Door wat de mens is, door zijn aard of natuur, is elke hoop op toekomstig leven voor de doden afhankelijk van een opstanding, een opwekking uit de doden. De Bijbel belooft: „Verwondert u hierover niet, want het uur komt waarin allen die in de herinneringsgraven zijn, [Jezus’] stem zullen horen en te voorschijn zullen komen, zij die goede dingen hebben gedaan, tot een opstanding des levens, zij die verachtelijke dingen hebben beoefend, tot een opstanding des oordeels” (Johannes 5:28, 29). Die stellige belofte van een opstanding — en niet de leer van de onsterfelijkheid van de ziel — is de basis voor ware hoop voor de doden.

Het is daarom heel belangrijk dat we nauwkeurige kennis verwerven van wat de opstanding is en wat ze voor de mensheid betekent. Ook kennis van God en Christus is onmisbaar, want Jezus zei in gebed: „Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus” (Johannes 17:3). Jehovah’s Getuigen in uw omgeving zullen u heel graag helpen bij het bestuderen van de Bijbel, zodat u uw kennis van God, zijn Zoon en Gods beloften kunt vergroten. We nodigen u van harte uit contact op te nemen met de Getuigen of naar de uitgevers van dit tijdschrift te schrijven.

[Illustraties op blz. 4]

Dit zijn allemaal zielen

[Verantwoording]

Goat: CNPC — Centro Nacional de Pesquisa de Caprinos (Sobral, CE, Brasil)