Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

„Van mij is het zilver, en van mij is het goud”

„Van mij is het zilver, en van mij is het goud”

„Van mij is het zilver, en van mij is het goud”

IN DE zesde eeuw voor onze jaartelling bevrijdde koning Cyrus van Perzië Gods volk uit gevangenschap in Babylon. Duizenden van hen keerden naar Jeruzalem terug om Jehovah’s tempel te herbouwen, die in puin lag. De economische situatie van die teruggekeerde Joden was onzeker, en vijandige buren werkten de herbouw tegen. Sommigen van de bouwers vroegen zich dan ook af of ze dat uiterst belangrijke project wel af zouden krijgen.

Via zijn profeet Haggaï verzekerde Jehovah de bouwers dat Hij met hen was. „Ik wil alle natiën schudden, en de begeerlijke dingen van alle natiën moeten binnenkomen; en ik wil dit huis met heerlijkheid vervullen”, zei God. In verband met de financiële zorgen van de bouwers bracht Haggaï de volgende boodschap over: „’Van mij is het zilver, en van mij is het goud’, is de uitspraak van Jehovah der legerscharen” (Haggaï 2:7-9). Nog geen vijf jaar nadat Haggaï deze aanmoedigende woorden gesproken had, werd het project voltooid. — Ezra 6:13-15.

Haggaï’s woorden hebben ook Gods dienstknechten in recentere tijden gemotiveerd tijdens grote projecten in verband met Jehovah’s aanbidding. Toen de getrouwe en beleidvolle slaafklasse in 1879 dit tijdschrift begon uit te geven (destijds Zion’s Watch Tower and Herald of Christ’s Presence genoemd), werd daarin het volgende gezegd: „’Zions Wachttoren’ heeft, zoals wij geloven, JEHOVAH als zijn ondersteuner, en aangezien dit het geval is, zal dit blad nooit mensen om ondersteuning vragen of verzoeken. Wanneer Hij die zegt: ’Al het goud en het zilver van de bergen zijn van mij’, niet in de noodzakelijke middelen voorziet, zullen wij dit als een teken beschouwen dat het de tijd is de publicatie te staken.”

De publicatie van dit tijdschrift is nooit gestaakt. De eerste uitgave had een oplage van 6000 exemplaren, en was alleen in het Engels. Momenteel is de gemiddelde oplage van De Wachttoren 28.578.000 exemplaren per uitgave, in 161 talen *, en die van Ontwaakt! 34.267.000 exemplaren, in 81 talen.

Jehovah’s Getuigen ondernemen veel projecten die hetzelfde doel hebben als De Wachttoren, namelijk Jehovah te verhogen als Soevereine Heer van het universum en het goede nieuws van zijn koninkrijk bekend te maken (Mattheüs 24:14; Openbaring 4:11). De overtuiging van de Getuigen in deze tijd is dezelfde als die in 1879 in dit tijdschrift werd verwoord. Ze geloven dat God hun werk ondersteunt en dat er geld beschikbaar zal zijn voor projecten die zijn zegen hebben. Maar hoe worden de activiteiten van Jehovah’s Getuigen in de praktijk gefinancierd? En wat voor projecten ondernemen de Getuigen om het goede nieuws over de hele wereld te prediken?

Hoe wordt het werk gefinancierd?

Het is niet ongebruikelijk dat Jehovah’s Getuigen tijdens hun openbare prediking wordt gevraagd: „Worden jullie hiervoor betaald?” Het antwoord is nee. Ze geven hun tijd vrijwillig. Deze evangeliepredikers spreken heel wat uren met anderen over Jehovah en over de Bijbelse belofte voor een betere toekomst omdat ze gemotiveerd worden door dankbaarheid. Ze zijn God dankbaar voor wat hij voor hen heeft gedaan en voor de boodschap van goed nieuws die hun eigen leven en hun vooruitzicht op de toekomst heeft verbeterd. Daarom willen ze deze goede dingen met anderen delen. Door dat te doen, volgen ze het beginsel dat Jezus gaf: „Gij hebt om niet ontvangen, geeft om niet” (Mattheüs 10:8). Hun verlangen om getuigen van Jehovah en Jezus te zijn, zet hen er inderdaad toe aan geld uit eigen zak te gebruiken om hun overtuiging met anderen te delen, zelfs met mensen die ver van hen vandaan wonen. — Jesaja 43:10; Handelingen 1:8.

Er is veel geld nodig om die grootschalige prediking en de daarvoor vereiste middelen — drukkerijen, kantoren, congreshallen, zendelingenhuizen enzovoorts — te bekostigen. Waar komt dat geld vandaan? Al die zaken worden gefinancierd door vrijwillige bijdragen. Jehovah’s Getuigen verplichten gemeenteleden niet om geld te geven voor de ondersteuning van organisatorische activiteiten en brengen niets in rekening voor de publicaties die ze verspreiden. Als iemand een bijdrage wil geven om hun onderwijzingswerk te ondersteunen, aanvaarden de Getuigen die graag. Laten we eens wat dieper ingaan op één aspect van de inspanningen om het goede nieuws over de hele wereld te prediken, namelijk vertalen.

Publicaties in 437 talen

De publicaties van Jehovah’s Getuigen behoren al tientallen jaren tot de meest vertaalde ter wereld. Traktaten, brochures, tijdschriften en boeken zijn in 437 talen vertaald. Uiteraard is er voor het vertalen heel wat geld nodig, net als voor de andere activiteiten die bij de prediking van het goede nieuws betrokken zijn. Wat houdt het vertaalproces precies in?

Wanneer de redactie van de publicaties van Jehovah’s Getuigen de laatste hand heeft gelegd aan de inhoud van een Engels artikel, wordt de tekst elektronisch beschikbaar gesteld voor ervaren vertaalteams over de hele wereld. Elk vertaalteam is verantwoordelijk voor een van de talen waarin publicaties worden uitgegeven. Afhankelijk van het aantal projecten waaraan ze werken en de complexiteit van de taal waarin ze vertalen — de doeltaal — kan een team bestaan uit zo’n 5 tot 25 leden.

De vertaalde tekst wordt gecheckt en proefgelezen. Het doel is de gedachten van de originele tekst zo nauwkeurig en duidelijk mogelijk over te brengen. Dat is niet altijd makkelijk. Als de tekst vaktermen bevat, moeten vertalers en proeflezers misschien uitgebreid nazoekwerk doen in zowel de brontaal (Engels of een tweede brontaal zoals Frans, Russisch of Spaans) als de doeltaal om er zeker van te zijn dat de vertaling nauwkeurig is. Wanneer een Ontwaakt!-artikel bijvoorbeeld over een technisch of historisch onderwerp gaat, moet er heel wat worden nagezocht.

Veel vertalers werken fulltime of parttime op een van de bijkantoren van Jehovah’s Getuigen. Andere werken elders in het gebied waar de doeltaal gesproken wordt. Vertalers worden niet betaald voor hun werk. Fulltimevertalers krijgen enkel kost en inwoning en een kleine vergoeding voor noodzakelijke persoonlijke onkosten. Er zijn over de hele wereld zo’n 2800 Getuigen die als vertaler werken. Momenteel zijn er 98 bijkantoren van Jehovah’s Getuigen die vertaalteams hebben of die leiding geven aan teams op andere plaatsen. Om een voorbeeld te noemen: het Russische bijkantoor geeft leiding aan ruim 230 fulltime- of parttimevertalers die in meer dan 30 talen vertalen. Daartoe behoren enkele talen die buiten het gebied niet erg bekend zijn, zoals Tsjoevasjisch, Ossetisch en Oejgoers.

De kwaliteit van de vertaling verbeteren

Zoals iedereen weet die weleens geprobeerd heeft een andere taal te leren, is het niet makkelijk complexe gedachten nauwkeurig te vertalen. Het doel is de feiten en gedachten uit de brontaal nauwkeurig weer te geven en tegelijkertijd de vertaling natuurlijk te laten klinken, alsof de tekst oorspronkelijk in de doeltaal geschreven was. Dat is een hele kunst. Nieuwe vertalers doen er jaren over om het vertalen onder de knie te krijgen, en Jehovah’s Getuigen voorzien in een voortdurend opleidingsprogramma. Soms worden de teams bezocht door ervaren broeders die hulp bieden bij het verbeteren van hun vertaalvaardigheden en het gebruik van software.

Dat opleidingsprogramma heeft goede resultaten. Het bijkantoor van Jehovah’s Getuigen in Nicaragua bijvoorbeeld bericht: „Onze Miskito-vertalers hebben van een broeder van het Mexicaanse bijkantoor voor het eerst opleiding gekregen in procedures en technieken. Dat heeft een enorm verschil gemaakt in de manier waarop onze vertalers te werk gaan. De kwaliteit van de vertaling is aanmerkelijk verbeterd.”

Woorden die het hart raken

Het doel van het vertalen van de Bijbel en Bijbelse lectuur in de moedertaal van mensen is om hun hart te raken. En dat is nu precies wat er gebeurt. In 2006 waren Jehovah’s Getuigen in Bulgarije ontzettend blij toen de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften in het Bulgaars uitkwam. Het Bulgaarse bijkantoor bericht dat ze hiervoor veel uitingen van dank hebben ontvangen. Gemeenteleden zeggen dat „de Bijbel nu echt hun hart raakt, en niet alleen hun verstand”. Een oudere man uit Sofia merkte op: „Ik lees al jarenlang in de Bijbel, maar ik heb nog nooit een vertaling gelezen die zo makkelijk te begrijpen is en die echt het hart raakt.” Zo zei ook een plaatselijke Getuige in Albanië nadat ze haar exemplaar van de volledige Nieuwe-Wereldvertaling had ontvangen: „Wat klinkt Gods Woord prachtig in het Albanees! Het is echt een voorrecht dat Jehovah in onze eigen taal tegen ons spreekt!”

Het vertalen van de volledige Bijbel kan een vertaalteam enkele jaren kosten. Maar als miljoenen mensen als resultaat daarvan Gods Woord voor het eerst echt kunnen begrijpen, zijn al die inspanningen dan niet de moeite waard?

„Wij zijn Gods medewerkers”

Uiteraard is vertalen slechts een van de vele activiteiten die nodig zijn om het goede nieuws op een doeltreffende manier te prediken. Er zijn ook behoorlijk wat inspanningen en kosten gemoeid met het schrijven, drukken en verzenden van Bijbelse publicaties en de vele andere activiteiten van bijkantoren, kringen en gemeenten van Jehovah’s Getuigen. Maar Gods volk ’biedt zich gewillig aan’ om dat werk te doen (Psalm 110:3). Ze vinden het een voorrecht hun steentje te kunnen bijdragen en zien het als een eer dat Jehovah hen als gevolg daarvan als zijn „medewerkers” beschouwt. — 1 Korinthiërs 3:5-9.

Het is waar dat degene die zegt „van mij is het zilver, en van mij is het goud”, niet afhankelijk is van onze financiële hulp om zijn werk te volbrengen. Toch heeft Jehovah zijn dienstknechten vereerd met het voorrecht een aandeel te hebben aan het heiligen van zijn naam door geldelijke bijdragen te geven voor de prediking van levengevende waarheden aan „alle natiën” (Mattheüs 24:14; 28:19, 20). Voelt u zich er niet toe bewogen alles te doen wat u kunt om dit werk dat nooit herhaald zal worden te ondersteunen?

[Voetnoot]

^ ¶5 Zie voor een lijst van de talen blz. 2 van dit tijdschrift.

[Kader op blz. 18]

„ZE ZETTEN ONS AAN HET DENKEN”

Een veertienjarig meisje schreef aan het bijkantoor van Jehovah’s Getuigen in Kameroen: „Nadat ik mijn schoolspullen voor dit jaar had gekocht, kon ik twee leerboeken van vorig jaar verkopen voor 2500 frank [4 euro]. Ik geef dit bedrag plus nog 910 frank [1 euro] van mijn spaargeld als bijdrage. Ik wil jullie aanmoedigen door te blijven gaan met het fantastische werk dat jullie doen. Bedankt voor De Wachttoren en Ontwaakt! Ze zetten ons aan het denken.”

[Kader/Illustratie op blz. 18]

EEN OPMERKELIJKE BIJDRAGE

Het Mexicaanse bijkantoor van Jehovah’s Getuigen ontving de volgende brief van de zesjarige Manuel, een dankbare jongen die in de provincie Chiapas woont. Omdat hij nog niet kan schrijven, heeft een vriend van hem de brief geschreven. Manuel zegt: „Ik kreeg van oma een varken cadeau, dat later biggetjes kreeg. Toen heb ik het mooiste uitgekozen. De broeders hebben me geholpen om het groot te brengen. Toen het 100 kilo woog, heb ik het verkocht, en met veel liefde stuur ik jullie de 1250 peso’s [82 euro] die ik ervoor gekregen heb. Gebruik het geld alstublieft voor Jehovah.”

[Kader op blz. 19]

’GEBRUIK DIT OM DE BIJBEL TE VERTALEN’

Op de districtscongressen van Jehovah’s Getuigen in 2005 in Oekraïne werd de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften in het Oekraïens vrijgegeven. De volgende dag werd dit briefje gevonden in een bijdragenbus op het congres: „Ik ben negen jaar. Heel erg bedankt voor de Griekse Geschriften. Mijn broertje en ik kregen dit geld van mijn moeder om met de bus naar school te gaan. Maar als het niet regende, gingen we lopend naar school en zo hebben we deze 50 grivna [7 euro] gespaard. Mijn broertje en ik willen graag dat jullie dit gebruiken om de hele Bijbel in het Oekraïens te vertalen.”

[Kader op blz. 20, 21]

MANIEREN WAAROP SOMMIGEN HET WERK WILLEN ONDERSTEUNEN

BIJDRAGEN VOOR HET WERELDOMVATTENDE WERK

Velen zetten een bedrag opzij dat ze deponeren in de bijdragenbussen met het opschrift: „Bijdragen voor het wereldomvattende werk — Mattheüs 24:14”.

Elke maand maken de gemeenten deze bijdragen over naar het plaatselijke bijkantoor. Vrijwillige bijdragen kunnen ook overgemaakt worden naar het bijkantoor dat het opzicht over uw land heeft. Kijk voor het adres op bladzijde 2 van dit tijdschrift.

LENING ONDER SPECIALE VOORWAARDEN

Geld kan in bewaring worden gegeven met de bepaling dat het aan de gever kan worden geretourneerd als hij erom vraagt.

OVERIGE MANIEREN VAN GEVEN

Hiertoe behoren:

Aandelen en obligaties: Aandelen en obligaties kunnen als gift aan het Wachttorengenootschap worden overgedragen.

Testamenten: Bezittingen en geldmiddelen kunnen aan het Wachttorengenootschap worden vermaakt door middel van een rechtsgeldig testament.

Periodieke giften met een notariële akte: Voor deze giften gelden geen beperkingen aan het via de belastingaangifte in aftrek te brengen bedrag, zoals wel het geval is bij de andere giften. De schenker heeft het voordeel dat hij minder belasting moet betalen.

Schrijf voor nadere inlichtingen betreffende deze kwesties naar het plaatselijke bijkantoor van Jehovah’s Getuigen.

[Illustraties op blz. 19]

Miskito-vertalers (bijkantoor in Nicaragua)