Het van-huis-tot-huiswerk — Een uitdaging
Het van-huis-tot-huiswerk — Een uitdaging
’Wij hebben door bemiddeling van onze God vrijmoedigheid verzameld om onder veel strijd het goede nieuws van God tot u te spreken.’ — 1 THESSALONICENZEN 2:2.
1. Met welke problemen had Jeremia te maken, en hoe slaagde hij erin ze te overwinnen?
JEREMIA was een mens met dezelfde gevoelens als wij. Toen Jehovah hem inlichtte over zijn opdracht een „profeet voor de natiën” te zijn, riep hij: „Ach, o Soevereine Heer Jehovah! Zie, ik weet werkelijk niet hoe ik moet spreken, want ik ben nog maar een jongen.” Niettemin aanvaardde hij de toewijzing in vertrouwen op Jehovah (Jer. 1:4-10). Ruim veertig jaar heeft hij te kampen gehad met apathie, afwijzing, spot en zelfs fysiek geweld (Jer. 20:1, 2). Soms zag hij het niet meer zitten. Toch heeft hij volhard in het bekendmaken van een impopulaire boodschap aan een volk dat grotendeels onontvankelijk was. In Gods kracht heeft Jeremia tot stand gebracht wat hij nooit alleen had kunnen doen. — Lees Jeremia 20:7-9.
2, 3. Hoe staan Gods dienstknechten in deze tijd voor soortgelijke problemen als die van Jeremia?
2 Veel van Gods dienstknechten herkennen zichzelf in Jeremia. Bij het vooruitzicht van huis tot huis te prediken heeft menigeen van ons gedacht: ’Dat zou ik nooit kunnen.’ Maar toen we gingen beseffen dat het Jehovah’s wil is dat we het goede nieuws bekendmaken, overwonnen we onze angst en gingen ijverig prediken. Toch hebben velen van ons voor situaties in het leven gestaan die het op zijn minst tijdelijk moeilijk maakten om te blijven prediken. Het valt niet te ontkennen dat het een uitdaging is om met het van-huis-tot-huiswerk te beginnen en het tot het einde toe vol te houden. — Matth. 24:13.
3 En als je nu al enige tijd de Bijbel bestudeert met Jehovah’s Getuigen en gemeentevergaderingen bezoekt, maar aarzelt om met de van-huis-tot-huisprediking te beginnen? Of als je een gedoopte Getuige bent die het moeilijk vindt van huis tot huis te werken, ook al ben je daar fysiek toe in staat? Wees ervan verzekerd dat mensen van allerlei achtergronden de problemen waarvoor ze in het van-huis-tot-huiswerk komen te staan, overwinnen. Met Jehovah’s hulp kun jij dat ook.
Vrijmoedigheid verzamelen
4. Wat stelde Paulus in staat het goede nieuws met vrijmoedigheid te spreken?
4 Je erkent ongetwijfeld dat de wereldwijde prediking niet door menselijke kracht of wijsheid tot stand wordt gebracht, maar door Gods geest (Zach. 4:6). Dat geldt ook voor de bediening van afzonderlijke christenen (2 Kor. 4:7). Neem bijvoorbeeld de apostel Paulus. Terugdenkend aan een van de keren dat hij en zijn medezendeling door tegenstanders werden mishandeld, schreef hij: ’Na eerst in Filippi geleden te hebben en onbeschaamd behandeld te zijn, hebben wij door bemiddeling van onze God vrijmoedigheid verzameld om onder veel strijd het goede nieuws van God tot u te spreken’ (1 Thess. 2:2; Hand. 16:22-24). We kunnen ons misschien moeilijk voorstellen dat het voor een ijverige prediker als Paulus af en toe heel moeilijk was om te prediken. Maar net als wij allemaal moest Paulus op Jehovah vertrouwen om het goede nieuws met vrijmoedigheid te kunnen spreken. (Lees Efeziërs 6:18-20.) Hoe kunnen we Paulus’ voorbeeld volgen?
5. Wat is één manier waarop we vrijmoedigheid kunnen verzamelen?
5 Eén manier waarop we vrijmoedigheid kunnen verzamelen, is door te bidden. Een pionierster zei: „Ik bid of ik met zelfvertrouwen mag spreken, ik bid of ik het hart van mensen mag bereiken en ik bid of ik vreugde mag hebben in de dienst. Het is tenslotte Jehovah’s werk, niet ons werk, dus zonder zijn hulp kunnen we niets beginnen” (1 Thess. 5:17). Wij allemaal moeten voortdurend om de hulp van Gods heilige geest bidden om met vrijmoedigheid te prediken. — Luk. 11:9-13.
6, 7. (a) Wat voor visioen kreeg Ezechiël, en wat betekende het? (b) Welke les bevat Ezechiëls visioen voor Gods dienstknechten in deze tijd?
6 Het boek Ezechiël onthult nog iets wat ons kan helpen met vrijmoedigheid te spreken. In een visioen gaf Jehovah Ezechiël een boekrol die aan twee kanten beschreven was met ’klaagliederen en gezucht en geweeklaag’, en gaf hem de opdracht die op te eten. Jehovah zei: „Mensenzoon, gij dient uw eigen buik te doen eten, opdat gij zelfs uw ingewanden moogt vullen met deze rol, die ik u geef.” Wat betekende dat visioen? Ezechiël moest de boodschap die hij zou verkondigen, helemaal in zich opnemen. Ze moest als het ware een deel van hem worden en zijn diepste gevoelens beroeren. De profeet vertelt: „Ik ging ze eten en ze werd in mijn mond als honing zo zoet.” Ezechiël vond het heerlijk om Gods boodschap in het openbaar bekend te maken; het smaakte als honing. Hij vond het een enorm voorrecht Jehovah te vertegenwoordigen en deze van Hem afkomstige toewijzing te volbrengen, ook al betekende het dat hij een krachtige boodschap moest bekendmaken aan een onontvankelijk volk. — Lees Ezechiël 2:8–3:4, 7-9.
7 Dat visioen bevat een waardevolle les voor Gods dienstknechten in deze tijd. Ook wij moeten een krachtige boodschap bekendmaken aan mensen die onze inspanningen niet altijd op prijs stellen. Om de christelijke bediening als een van God afkomstig voorrecht te blijven bezien, moeten we geestelijk goed gevoed zijn. Oppervlakkig of onregelmatig studeren is niet voldoende om Gods Woord helemaal in ons op te nemen. Zou jij de kwaliteit of de regelmaat van je persoonlijke Bijbellezen en Bijbelstudie kunnen verbeteren? Zou je vaker kunnen mediteren over wat je gelezen hebt? — Ps. 1:2, 3.
Bijbelse gesprekken beginnen
8. Welke methode heeft sommige Koninkrijksverkondigers geholpen Bijbelse gesprekken te beginnen in het van-huis-tot-huiswerk?
8 Voor veel verkondigers is het eerste contact met de huisbewoner het moeilijkste deel van het van-huis-tot-huiswerk. In sommige gebieden valt het inderdaad niet mee om een gesprek te beginnen. Sommige verkondigers vinden het prettig hun presentatie te beginnen met een paar goedgekozen woorden en de huisbewoner dan een traktaat te geven, zoals in onderstaand kader wordt uiteengezet. De titel of de mooie illustratie van het traktaat kan de aandacht van de huisbewoner trekken, zodat we in het kort het doel van ons bezoek kunnen uitleggen en een vraag kunnen stellen. Als variatie op deze methode kunnen we de huisbewoner drie of vier traktaten laten zien en hem er een laten uitkiezen die hem interesseert. Natuurlijk is het niet ons doel om alleen traktaten af te geven of ze bij elke deur te gebruiken. We willen Bijbelse gesprekken beginnen die tot een Bijbelstudie leiden.
9. Waarom is een goede voorbereiding belangrijk?
9 Welke methode je ook gebruikt, een goede voorbereiding zal je helpen met vertrouwen en enthousiasme van huis tot huis te gaan. Een pionier merkte op: „Ik heb meer vreugde als ik goed voorbereid ben. Dan heb ik echt zin om mijn aanbieding te doen.” Een andere pionier zei: „Als ik weet wat er in de publicaties staat die ik ga aanbieden, kan ik er ook enthousiast over zijn.” Hoewel het goed is om in gedachten door te nemen wat je gaat zeggen, vinden velen het nuttiger om hun presentatie hardop te oefenen. Dat helpt hen om het beste wat ze hebben aan Jehovah te geven. — Kol. 3:23; 2 Tim. 2:15.
10. Wat kan er worden gedaan om velddienstbijeenkomsten praktisch en nuttig te maken?
10 Praktische velddienstbijeenkomsten vergroten onze doeltreffendheid en vreugde in het van-huis-tot-huiswerk. Als de dagtekst direct met de prediking te maken heeft, kan hij gelezen en kort besproken worden. De broeder die de velddienstbijeenkomst leidt, moet echter voldoende tijd nemen om een eenvoudige presentatie te bespreken of te demonstreren die geschikt is voor het gebied, of om andere praktische informatie door te nemen die op die dag in de velddienst gebruikt kan worden. Dat zal de aanwezigen verder toerusten om een doeltreffend getuigenis te geven. Met een goede voorbereiding kunnen ouderlingen en anderen die deze bijeenkomsten leiden dit doen zonder dat de bijeenkomst te lang gaat duren. — Rom. 12:8.
Wat we kunnen bereiken door te luisteren
11, 12. Hoe kan met medegevoel luisteren ons helpen mensen met het goede nieuws te bereiken? Geef voorbeelden.
11 Niet alleen een goede voorbereiding maar ook een intense persoonlijke belangstelling voor anderen helpt ons om Bijbelse gesprekken te beginnen en het hart van mensen te bereiken in de velddienst. Eén manier waarop we die belangstelling kunnen tonen, is door te luisteren. Een reizend opziener merkte op: ’Geduld en de bereidheid om te luisteren hebben een enorme aantrekkingskracht en zijn een schitterende uiting van liefdevolle persoonlijke belangstelling.’ Met medegevoel luisteren kan de sleutel zijn die iemands hart opent, zoals uit de volgende ervaring blijkt.
12 In een open brief in Le Progrès, een krant in Saint-Étienne (Frankrijk), schreef een vrouw dat er kort na de tragische dood van haar drie maanden oude dochtertje twee mensen bij haar aan de deur kwamen. „Ik herkende ze meteen als Jehovah’s Getuigen”, schreef ze. „Ik stond al op het punt ze beleefd af te wijzen, maar toen viel mijn oog op een brochure die ze aanboden. Die ging over de vraag waarom God lijden toelaat. Dus besloot ik ze binnen te laten met de bedoeling hun argumenten de grond in te boren. . . . De Getuigen zijn ruim een uur gebleven. Ze luisterden en leefden erg met me mee. Toen ze weggingen, voelde ik me zoveel beter dat ik het goedvond dat ze terugkwamen” (Rom. 12:15). Later aanvaardde deze vrouw een Bijbelstudie. Het is veelzeggend dat ze zich van die eerste ontmoeting niet herinnerde wat de Getuigen zeiden, maar dat ze naar haar luisterden.
13. Hoe kunnen we onze presentatie van het goede nieuws afstemmen op de mensen die we ontmoeten?
13 Als we met medegevoel luisteren, laten we de mensen ons in feite vertellen waarom ze het Koninkrijk nodig hebben. Daardoor zijn we veel beter in staat het goede nieuws met hen te delen. Je zult vast wel gemerkt hebben dat doeltreffende predikers meestal goede luisteraars zijn (Spr. 20:5). Ze tonen echt belangstelling voor de mensen die ze in de velddienst ontmoeten. Ze schenken niet alleen aandacht aan iemands naam en adres maar ook aan zijn interesses en behoeften. Als de huisbewoner specifiek iets noemt waar hij mee zit, doen ze nazoekwerk en komen snel terug om te vertellen wat ze gevonden hebben. Net als Paulus stemmen ze hun presentatie van de Koninkrijksboodschap af op de mensen die ze ontmoeten. (Lees 1 Korinthiërs 9:19-23.) Die oprechte belangstelling trekt mensen tot het goede nieuws aan en vormt een mooie weerspiegeling van „het tedere mededogen van onze God”. — Luk. 1:78.
Behoud een positieve instelling
14. Hoe kunnen we Jehovah’s eigenschappen weerspiegelen in onze bediening?
14 Jehovah heeft ons waardigheid verleend door ons een vrije wil te geven. Ook al is hij de almachtige God, hij dwingt niemand hem te dienen. Hij doet op grond van liefde een beroep op mensen, en degenen die waardering tonen voor zijn schitterende voorzieningen, zegent hij (Rom. 2:4). Als zijn bedienaren moeten we telkens wanneer we getuigenis geven bereid zijn het goede nieuws aan te bieden op een manier die onze barmhartige God waardig is (2 Kor. 5:20, 21; 6:3-6). Daarom moeten we een positieve instelling behouden tegenover de mensen in ons gebied. Wat kan ons daarbij helpen?
15. (a) Wat moesten de apostelen volgens Jezus’ instructies doen als mensen de boodschap afwezen? (b) Wat kan ons helpen ons te concentreren op het zoeken naar mensen die het waard zijn?
15 Jezus gaf zijn volgelingen instructies om niet al te bezorgd te zijn als sommigen de boodschap afwezen, maar zich te concentreren op het zoeken naar mensen die het waard waren. (Lees Mattheüs 10:11-15.) Het stellen van eenvoudige, bereikbare doelen kan ons daarbij helpen. Eén broeder vergelijkt zichzelf bijvoorbeeld met een goudzoeker. Zijn motto is: „Vandaag hoop ik goud te vinden.” Een andere broeder stelt zich ten doel „elke week één vriendelijk mens te ontmoeten en binnen een paar dagen terug te gaan om de belangstelling verder aan te wakkeren”. Sommige verkondigers streven ernaar om bij elke huisbewoner op zijn minst één Bijbeltekst voor te lezen als dat mogelijk is. Welk reële doel zou jij je kunnen stellen?
16. Welke redenen hebben we om te blijven prediken?
16 Het succes van het van-huis-tot-huiswerk hangt niet alleen af van de reactie van mensen in het gebied. Natuurlijk speelt de prediking een belangrijke rol in het redden van oprechte mensen, maar er worden ook andere belangrijke doelen mee gediend. Het predikingswerk biedt ons de gelegenheid onze liefde voor Jehovah te tonen (1 Joh. 5:3). Het stelt ons in staat bloedschuld te vermijden (Hand. 20:26, 27). Het waarschuwt de goddelozen dat „het uur van het oordeel door [God] is gekomen” (Openb. 14:6, 7). Bovenal wordt door de prediking van het goede nieuws Jehovah’s naam over de hele aarde geloofd (Ps. 113:3). Daarom moeten we de Koninkrijksboodschap blijven verkondigen, of de mensen nu luisteren of niet. Ja, al onze inspanningen om het goede nieuws te prediken, zijn schitterend in Jehovah’s ogen. — Rom. 10:13-15.
17. Wat zullen de mensen binnenkort moeten erkennen?
17 Hoewel velen in deze tijd geen acht slaan op onze prediking, zullen ze die binnenkort in een ander licht gaan bezien (Matth. 24:37-39). Jehovah verzekerde Ezechiël dat als de oordelen die hij bekendmaakte voltrokken werden, het weerspannige huis van Israël „stellig ook [zou] weten dat een profeet zich in hun midden heeft bevonden” (Ezech. 2:5). Evenzo zullen de mensen wanneer God zijn oordelen aan het huidige samenstel voltrekt, gedwongen zijn te erkennen dat de boodschap die Jehovah’s Getuigen op openbare plaatsen en van huis tot huis hebben gepredikt, afkomstig was van de ene ware God, Jehovah, en dat de Getuigen echt als zijn vertegenwoordigers optraden. Wat een voorrecht is het om in deze belangrijke tijd zijn naam te dragen en zijn boodschap bekend te maken! Laten we in zijn kracht de problemen waarvoor we in ons van-huis-tot-huiswerk komen te staan, blijven overwinnen.
Wat zou je antwoorden?
• Hoe kunnen we vrijmoedigheid verzamelen om te prediken?
• Wat kan ons helpen in het van-huis-tot-huiswerk Bijbelse gesprekken te beginnen?
• Hoe kunnen we oprechte belangstelling voor anderen tonen?
• Wat kan ons helpen een positieve instelling tegenover de mensen in ons gebied te behouden?
[Studievragen]
[Kader/Illustratie op blz. 9]
Hoe je Bijbelse gesprekken kunt beginnen
Ter inleiding:
▪ Nadat je de huisbewoner hebt begroet, kun je hem een traktaat geven en zeggen: „Ik zou u graag iets bemoedigends over dit belangrijke onderwerp willen vertellen.”
▪ Of je kunt een traktaat aanbieden en zeggen: „Ik breng u een kort bezoekje omdat ik graag uw mening over dit onderwerp zou willen weten.”
Als hij het traktaat aanneemt:
▪ Stel na een niet al te lange pauze een eenvoudige standpuntvraag over de titel van het traktaat.
▪ Luister goed en probeer de zienswijze van de huisbewoner te begrijpen. Bedank hem vriendelijk voor zijn commentaar.
Om het gesprek voort te zetten:
▪ Lees en bespreek een of meer Bijbelteksten en stem je presentatie af op de interesses en behoeften van de persoon.
▪ Als hij belangstelling toont, bied dan lectuur aan en demonstreer een Bijbelstudie als dat mogelijk is. Maak een afspraak om terug te komen.
