1. Hoe gaf één jongen uiting aan zijn hoop?

 MATTHEW, een jongen met een ernstige ziekte waardoor hij al vaak is geopereerd, keek een tijd geleden met zijn familie naar een maandprogramma op JW Broadcasting^®. Hij was toen zeven. Aan het eind van het programma zat een muziekvideo over het verwelkomen van dierbaren na hun opstanding. b Na afloop ging Matthew naar zijn ouders, pakte hun handen vast en zei: ‘Zie je wel, mama en papa? Als ik doodga, word ik in de opstanding gewoon weer wakker. Jullie kunnen op me wachten. Het komt wel goed.’ Kun je je voorstellen wat het met die ouders deed te horen hoe reëel de opstandingshoop voor hun zoon is?

2-3. Waarom is het goed over de opstanding na te denken?

² Het is goed om van tijd tot tijd na te denken over de Bijbelse belofte van een opstanding (Joh. 5:28, 29). Elk van ons kan namelijk zomaar ernstig ziek worden of plotseling iemand in de dood verliezen. Je weet het gewoon niet (Pred. 9:11; Jak. 4:13, 14). De opstandingshoop kan in zulke situaties een steun zijn (1 Thess. 4:13). De Bijbel laat uitkomen dat je hemelse Vader je goed kent en veel van je houdt (Luk. 12:7). Maar door over de opstanding na te denken ga je inzien hoe goed Jehovah je moet kennen om je opnieuw te kunnen scheppen, met precies dezelfde persoonlijkheid en herinneringen. Jehovah houdt zo veel van je dat hij je de kans geeft eeuwig te leven, zo nodig nadat hij je uit de dood heeft opgewekt.

³ In dit artikel zullen we eerst bekijken waarom je in de opstandingsbelofte kunt geloven. Daarna zullen we ons verdiepen in het geloofversterkende verslag met de  woorden van de thematekst: ‘Je broer zal opstaan’ (Joh. 11:23). Tot slot zullen we zien hoe je de opstandingshoop voor jezelf reëler kunt maken.

4. Waarvan moet je overtuigd zijn om in een belofte te geloven? Noem een voorbeeld.

⁴ Om in een belofte te geloven, moet je ervan overtuigd zijn dat degene die de belofte doet zowel kan als wil doen wat hij belooft. Een voorbeeld. Stel je voor dat je door een storm zware schade hebt aan je huis. Een vriend komt langs en belooft: ‘Ik ga je helpen je huis te herbouwen.’ Hij meent het oprecht en je bent ervan overtuigd dat hij je graag wil helpen. Als hij een vakman is en het nodige gereedschap heeft, weet je dat hij je ook kan helpen. Je hebt dus goede reden om op zijn belofte te vertrouwen. Hoe zit het met de opstanding die God heeft beloofd? Kan en wil hij die belofte echt nakomen?

5-6. Waarom kun je er zeker van zijn dat Jehovah mensen uit de dood wil opwekken?

⁵ Wil Jehovah mensen uit de dood opwekken? Daar is geen twijfel over. Hij liet zijn belofte om dat in de toekomst te doen door meerdere Bijbelschrijvers vastleggen (Jes. 26:19; Hos. 13:14; Openb. 20:11-13). En als Jehovah iets belooft, komt hij het altijd na (Joz. 23:14). Jehovah verlangt er zelfs naar mensen weer tot leven te brengen. Waarom kunnen we dat zeggen?

⁶ Denk eens aan wat Job zei. Hij was ervan overtuigd dat als hij zou sterven, Jehovah er vurig naar zou verlangen hem weer te zien leven (Job 14:14, 15, vtn.). Jehovah heeft hetzelfde gevoel bij al zijn aanbidders die zijn gestorven. Hij wil ze graag gezond en wel tot leven brengen. Hoe zit het met de miljarden die gestorven zijn zonder een kans te hebben gehad de waarheid over Jehovah te leren kennen? Onze liefhebbende God wil ook hen tot leven wekken (Hand. 24:15). Hij wil ze de kans geven zijn vrienden te worden en voor eeuwig op aarde te leven (Joh. 3:16). Het is duidelijk dat Jehovah mensen graag uit de dood wil opwekken.

7-8. Waarom kun je er zeker van zijn dat Jehovah mensen uit de dood kan opwekken?

⁷ Kan Jehovah mensen ook uit de dood opwekken? Absoluut! Hij is ‘de Almachtige’ (Openb. 1:8). Hij is dus zo machtig dat hij elke vijand kan verslaan, zelfs de dood (1 Kor. 15:26). Die gedachte kan ons troost en kracht geven. Dat is ook wat zuster Emma Arnold heeft ervaren. Zij en haar familie maakten zware beproevingen mee tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze verloren dierbaren in de concentratiekampen. Om haar dochter te troosten zei Emma: ‘Als de dood de mensheid permanent geketend zou houden, zou hij toch sterker zijn dan God?’ Niets is sterker dan Jehovah! De almachtige God die het leven schiep heeft zeker de macht om het leven terug te geven.

⁸ We weten ook dat Jehovah in staat is de doden op te wekken omdat hij een onbegrensd geheugen heeft. Hij roept elke ster bij naam (Jes. 40:26). Ook degenen die gestorven zijn zitten in zijn geheugen (Job 14:13; Luk. 20:37, 38). Het is voor hem geen enkel probleem om zelfs de kleinste details op te halen van degenen die hij weer tot leven brengt, met inbegrip van hun genetische code, hun ervaringen in het leven en hun herinneringen.

9. Waarom geloof jij in Jehovah’s belofte van een opstanding?

 ⁹ Je hebt dus goede redenen om te geloven in Jehovah’s belofte om de doden op te wekken. Je weet namelijk dat hij die belofte kan en wil nakomen. En er is nog een reden om erin te geloven: Jehovah heeft het al gedaan. In Bijbelse tijden gaf hij enkele trouwe mannen, onder wie Jezus, de macht om de doden op te wekken. Laten we als voorbeeld eens kijken naar het verslag van de opstanding in Johannes 11.

10. Wat gebeurt er als Jezus aan de overkant van de Jordaan aan het prediken is, en wat doet hij? (Johannes 11:1-3)

¹⁰ Lees Johannes 11:1-3. Stel je het tafereel eens voor. Het is tegen het eind van het jaar 32. In Bethanië wonen Lazarus en zijn twee zussen, Maria en Martha. Het zijn goede vrienden van Jezus (Luk. 10:38-42). Maar Lazarus is ziek geworden en zijn zussen maken zich zorgen. Ze sturen een boodschap naar Jezus, die aan de overkant van de Jordaan is, op ongeveer twee dagen lopen van Bethanië (Joh. 10:40). Helaas sterft Lazarus rond het tijdstip dat de boodschapper Jezus bereikt. Hoewel Jezus weet dat zijn vriend net is gestorven, blijft hij nog twee dagen waar hij is voordat hij naar Bethanië gaat. Tegen de tijd dat Jezus aankomt, is Lazarus dus al vier dagen dood. Jezus is van plan iets voor zijn vrienden te doen dat tot eer van God is (Joh. 11:4, 6, 11, 17).

11. Welke les over vriendschap kun je uit dit verslag halen?

¹¹ In dit verslag zit een mooie les over vriendschap. Toen Maria en Martha de boodschap naar Jezus stuurden, vroegen ze hem niet om naar Bethanië te komen. Ze zeiden alleen dat zijn goede vriend ziek was (Joh. 11:3). Toen Lazarus stierf, had Jezus hem op afstand kunnen opwekken. Maar hij koos ervoor naar Bethanië te gaan om bij zijn vrienden Maria en Martha te zijn. Heb jij een vriend die je te hulp komt zonder dat je het hoeft te vragen? Dan weet je dat je op hem kunt rekenen in ‘tijden van nood’ (Spr. 17:17). Probeer voor anderen net zo’n vriend te zijn als Jezus! Laten we nu eens kijken wat er in het verslag verder gebeurt.

12. Wat belooft Jezus aan Martha, en waarom is het geen loze belofte? (Johannes 11:23-26)

¹² Lees Johannes 11:23-26. Martha hoort dat Jezus eraan komt. Meteen gaat ze naar hem toe. ‘Heer,’ zegt ze, ‘als je hier was geweest, zou mijn broer niet gestorven zijn’ (Joh. 11:21). Jezus had Lazarus inderdaad kunnen genezen. Maar hij is van plan iets te doen dat nog wonderbaarlijker is. Hij belooft: ‘Je broer zal opstaan.’ Hij geeft Martha ook een reden om in zijn belofte te geloven. Hij zegt: ‘Ik ben de opstanding en het leven.’ Jezus heeft van God macht over leven en  dood gekregen. Eerder had hij al een meisje opgewekt vlak na haar overlijden en een jonge man, waarschijnlijk ook op de dag van het overlijden (Luk. 7:11-15; 8:49-55). Maar kan hij iemand opwekken die al vier dagen dood is en van wie het lichaam al tot ontbinding is overgegaan?

13. Hoe reageert Jezus als hij Maria en de anderen ziet huilen, zoals je kunt lezen in Johannes 11:32-35? (Zie ook de afbeelding.)

¹³ Lees Johannes 11:32-35. Stel je eens voor wat er gebeurt. Maria, de andere zus van Lazarus, gaat naar Jezus toe. Net als haar zus zegt ze: ‘Heer, als je hier was geweest, zou mijn broer niet gestorven zijn.’ Ze is diepbedroefd. Ook de anderen hebben veel verdriet. Als Jezus ze ziet en hoort huilen, raakt het hem echt. Uit diep medelijden met zijn vrienden laat hij zijn tranen de vrije loop. Hij begrijpt hoeveel pijn het doet als iemand van wie je houdt sterft. Wat wil hij graag de reden voor hun tranen wegnemen!

14. Wat leert Jezus’ reactie op de tranen van Maria ons over Jehovah?

¹⁴ Jezus’ reactie op de tranen van Maria laat zien dat Jehovah een God met liefdevol medegevoel is. Waarom kunnen we dat zeggen? Zoals we in het vorige artikel hebben gezien, geeft Jezus de gedachten en gevoelens van zijn Vader perfect weer (Joh. 12:45). Dus als je leest dat Jezus zo met zijn verdrietige vrienden meevoelde dat hij ging huilen, dan weet je ook dat Jehovah diep bewogen is door jouw tranen van verdriet (Ps. 56:8). Motiveert dat je niet om dichter naar onze meelevende God toe te groeien?

15. Wat gebeurt er bij het graf van Lazarus, zoals blijkt uit Johannes 11:41-44? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁵ Lees Johannes 11:41-44. Jezus komt aan bij het graf van Lazarus. Hij vraagt of ze de steen bij de opening willen weghalen. Martha protesteert en begint over de stank van het lichaam. Maar Jezus zegt: ‘Ik heb je toch gezegd dat je de glorie van God zou zien als je zou  geloven?’ (Joh. 11:39, 40) Jezus kijkt vervolgens omhoog en bidt hardop. Hij wil Jehovah alle eer geven voor wat er gaat gebeuren. Daarna roept hij: ‘Lazarus, kom naar buiten!’ En dan komt Lazarus naar buiten! Jezus heeft zojuist gedaan wat sommigen voor onmogelijk hielden. (Zie de aantekening bij Johannes 11:17.)

16. Waarom versterkt het verslag in Johannes 11 je geloof in de opstanding?

¹⁶ Het verslag in Johannes 11 kan je geloof in de opstanding versterken. Denk nog eens aan Jezus’ belofte aan Martha: ‘Je broer zal opstaan’ (Joh. 11:23). Net als zijn Vader kan en wil Jezus doen wat hij heeft beloofd. Zijn tranen laten zien dat hij de dood en het verdriet dat erdoor wordt veroorzaakt heel graag ongedaan wil maken. En op het moment dat Lazarus het graf uit kwam, bewees Jezus opnieuw dat hij de doden kan opwekken. Denk ook aan wat Jezus tegen Martha zei: ‘Ik heb je toch gezegd dat je de glorie van God zou zien als je zou geloven?’ (Joh. 11:40) We hebben goede redenen om te geloven dat God zijn belofte om de doden op te wekken zal nakomen. Maar wat kun je doen om die hoop voor jezelf reëler te maken?

17. Waar kun je over nadenken als je over de opstandingen in de Bijbel leest?

¹⁷ Lees en mediteer over opstandingen in het verleden. In de Bijbel staan acht verslagen van mensen die tot leven op aarde zijn gewekt. c Je zou van elk verslag een grondige studie kunnen maken. Houd daarbij in gedachte dat het om echte mensen ging, mannen, vrouwen en kinderen. Kijk welke lessen je eruit kunt halen. Denk erover na hoe elk voorbeeld laat zien dat Jehovah de doden kan en wil opwekken. En sta vooral stil bij de belangrijkste opstanding, die van Jezus. Vergeet  niet dat zijn opstanding door honderden ooggetuigen is bevestigd en je een stevige basis voor geloof geeft (1 Kor. 15:3-6, 20-22).

18. Hoe kun je onze liederen over de opstandingshoop gebruiken? (Zie ook de voetnoot.)

¹⁸ Gebruik ‘geestelijke liederen’ die over de opstandingshoop gaan (Ef. 5:19). d Zulke liederen maken de opstanding reëler voor je en versterken je geloof in die kostbare hoop. Luister ernaar, oefen ze en bespreek tijdens de gezinsaanbidding wat de tekst inhoudt. Prent de tekst in je geest en hart. Als je dan in een levensbedreigende situatie komt of een dierbare in de dood verliest, zal Jehovah’s geest je helpen om je de liederen te herinneren en er troost en kracht uit te halen.

19. Wat kun je je voorstellen als je aan de opstanding denkt? (Zie het kader ‘ Wat zou jij ze vragen?’)

¹⁹ Gebruik je fantasie. Jehovah heeft je het vermogen gegeven je een voorstelling te maken van jezelf in de nieuwe wereld. Een zuster zegt: ‘Ik heb al zo veel gefantaseerd over mezelf in de nieuwe wereld dat het is alsof ik de rozen in het paradijs kan ruiken.’ Probeer je voor te stellen dat je trouwe mannen en vrouwen uit Bijbelse tijden tegenkomt. Met wie wil je graag praten? Wat zou je hem of haar vragen? Stel je ook voor dat je herenigd wordt met dierbaren die je hebt verloren. Probeer de reünie tot in details voor je te zien — het eerste dat je zegt, de omhelzingen, de tranen van vreugde.

20. Wat moet je vaste besluit zijn?

²⁰ Wat zijn we Jehovah dankbaar dat hij heeft beloofd mensen uit de dood op te wekken! Je kunt er zeker van zijn dat die belofte uitkomt, want Jehovah kan en wil graag doen wat hij heeft beloofd. Wees dus vastbesloten je geloof in die geweldige hoop steeds sterker te maken. Op die manier groei je steeds dichter naar de God toe die in feite elk van ons belooft: ‘Je dierbaren zullen opstaan!’