1. Beschrijf wat er gebeurde toen Jezus zijn eerste wonder deed.

 HET is eind 29, het begin van Jezus’ bediening. Jezus is uitgenodigd voor een bruiloft in Kana, een dorp ten noorden van Nazareth, waar hij is opgegroeid. Zijn moeder, Maria, is er ook, net als een paar van zijn discipelen. Maria is bevriend met de familie en helpt blijkbaar mee op het feest. Op een gegeven moment is de wijn op. Een probleem dus, en een schande voor de familie en het jonge paar. Misschien zijn er meer gasten dan verwacht. Maria gaat meteen naar haar zoon toe. ‘Ze hebben geen wijn meer’ (Joh. 2:1-3). Wat doet Jezus? Een wonder! Hij verandert water in ‘goede wijn’ (Joh. 2:9, 10). b

2-3. (a) Wat voor wonderen deed Jezus? (b) Waarom is het goed een studie te maken van Jezus’ wonderen?

² Jezus zou tijdens zijn bediening nog veel meer wonderen doen. c Met zijn bovennatuurlijke kracht hielp hij tienduizenden mensen. Denk alleen maar aan de twee wonderen waarbij hij 5000 en later 4000 mannen te eten gaf. Als je de vrouwen en kinderen meetelt, zijn er misschien meer dan 27.000 mensen bij betrokken geweest (Matth. 14:15-21; 15:32-38). Beide keren genas Jezus ook velen die ziek waren (Matth. 14:14;  15:30, 31). Stel je de verbazing voor van de mensen die door Jezus werden genezen en gevoed!

³ We kunnen veel van Jezus’ wonderen leren. In dit artikel zullen we stilstaan bij een paar lessen die ons geloof kunnen versterken. We zullen ook onderzoeken hoe we net als Jezus nederig en meelevend kunnen zijn, twee eigenschappen die hij toonde als hij wonderen deed.

4. Over wie kunnen we iets van Jezus’ wonderen leren?

⁴ De wonderen van Jezus leren ons geloofversterkende lessen, niet alleen over hem maar ook over zijn Vader. Tenslotte was Jehovah de echte Bron van de kracht achter de wonderen. In Handelingen 10:38 staat dat ‘Jezus (...) door God met heilige geest en kracht werd gezalfd, en dat hij door het land trok, terwijl hij goede daden deed en iedereen genas die door de Duivel onderdrukt werd, want God was met hem’. En bedenk dat Jezus in alles wat hij zei en deed, ook in zijn wonderen, perfect de gedachten en gevoelens van zijn Vader weergaf (Joh. 14:9). Laten we eens kijken naar drie lessen die we van Jezus’ wonderen kunnen leren.

5. Wat bewoog Jezus ertoe wonderen te doen? (Mattheüs 20:30-34)

⁵ Ten eerste: Jezus en zijn Vader houden heel veel van ons. Toen Jezus op aarde was, liet hij zien hoeveel liefde hij voor mensen voelde door zijn bovennatuurlijke kracht te gebruiken om hun lijden te verlichten. Zo waren er eens twee blinde mannen die om hulp riepen. (Lees Mattheüs 20:30-34.) Het verslag zegt dat Jezus ‘medelijden met ze had’ en ze vervolgens genas. Het Griekse werkwoord voor ‘medelijden hebben’ duidt hier op een intens medegevoel dat diep binnen in het lichaam wordt ervaren. Dat diepe medegevoel, een uiting van liefde, bewoog Jezus er ook toe mensen die honger hadden te eten te geven en een melaatse te genezen (Matth. 15:32; Mark. 1:41). Je kunt er zeker van zijn dat Jehovah, de God met ‘liefdevol medegevoel’, en zijn Zoon veel van ons houden en het heel erg vinden als we lijden (Luk. 1:78; 1 Petr. 5:7). Wat willen ze graag een eind maken aan alle ellende die mensen treft!

6. Welke macht heeft Jehovah aan Jezus gegeven?

⁶ Ten tweede: Jehovah heeft Jezus de macht gegeven om alle problemen op te lossen. De wonderen die Jezus deed toonden aan dat hij een eind kan maken aan alle moeilijkheden die we nooit zelf kunnen oplossen. Hij heeft de macht om de grondoorzaak van de problemen aan te pakken: de erfzonde die heeft geleid tot ziekte en de dood (Matth. 9:1-6; Rom. 5:12, 18, 19). Zijn wonderen bewijzen dat hij ‘elke ziekte’ kan genezen en zelfs mensen uit de dood kan opwekken (Matth. 4:23; Joh. 11:43, 44). Hij heeft de macht over hevige stormen en kan boze geesten verslaan (Mark. 4:37-39; Luk. 8:2). Wat is het geruststellend te weten dat Jehovah zijn Zoon zo’n macht heeft gegeven!

7-8. (a) Waarvan kun je dankzij Jezus’ wonderen zeker zijn? (b) Naar welk wonder kijk jij uit?

⁷ Ten derde: je kunt er honderd procent zeker van zijn dat de beloften over Gods Koninkrijk zullen uitkomen. De  wonderen die Jezus als mens op aarde deed zijn een voorproefje van wat hij op veel grotere schaal als hemelse Koning van Gods Koninkrijk zal doen. Denk eens aan wat we binnenkort onder zijn bestuur zullen meemaken. Je zult volmaakt gezond zijn, want hij zal een eind maken aan elke ziekte en handicap die de mensheid heeft geteisterd (Jes. 33:24; 35:5, 6; Openb. 21:3, 4). Je zult nooit honger lijden of het slachtoffer worden van een natuurramp (Jes. 25:6; Mark. 4:41). Je zult overgelukkig zijn als je dierbaren terugkomen uit ‘de herinneringsgraven’ (Joh. 5:28, 29). Naar welk wonder kijk je vooral uit in de nieuwe wereld?

⁸ Als Jezus wonderen deed, deed hij dat heel nederig en uit medegevoel. Dat zijn eigenschappen die wij moeten navolgen. Laten we eens kijken naar twee voorbeelden, te beginnen met de bruiloft in Kana.

9. Wat deed Jezus op de bruiloft? (Johannes 2:6-10)

⁹ Lees Johannes 2:6-10. Was Jezus op het feest verplicht iets te doen toen de wijn opraakte? Nee. In geen enkele profetie was voorspeld dat de Messias met een wonder wijn zou maken. Maar hoe zou jij je voelen als op je eigen bruiloft de drank op was? Jezus heeft vast  medelijden gehad met de familie, vooral met de bruid en bruidegom. Ongetwijfeld wilde hij ze de schaamte besparen. En dus deed hij een wonder: hij veranderde zo’n 390 liter water in heel goede wijn. Misschien maakte hij zo veel wijn zodat er wat overbleef voor later of zelfs verkocht kon worden om het jonge stel financieel te helpen. Wat zal het bruidspaar dankbaar zijn geweest!

10. Wat zijn een paar interessante details in Johannes 2? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁰ Sta eens stil bij een paar interessante details in Johannes 2. Is je opgevallen dat Jezus niet zelf de stenen kruiken met water vulde? Hij vermeed het de aandacht op zichzelf te vestigen door de bedienden te vragen de kruiken te vullen (vers 6, 7). En toen hij het water in wijn had veranderd, bracht hij niet zelf wat wijn naar de ceremoniemeester. Ook dat liet hij de bedienden doen (vers 8). En hij heeft al helemaal niet met een beker wijn in zijn hand staan roepen: ‘Proef eens van de wijn die ik net heb gemaakt!’

11. Wat kun je van Jezus’ wonder leren?

¹¹ Wat kun je van Jezus’ wonder leren? Een les over nederigheid. Jezus schepte niet op over het wonder. Sterker nog, hij schepte nooit op over zijn prestaties. Nederig gaf hij steeds weer alle eer aan zijn Vader (Joh. 5:19, 30; 8:28). Als je net als Jezus een nederige kijk op jezelf behoudt, zul je niet opscheppen over je prestaties. Wat je ook doet in Jehovah’s dienst, wees niet trots op jezelf maar op de geweldige God die je mag dienen (Jer. 9:23, 24). Geef hem altijd de eer die hem toekomt. Want wat voor goeds zou je ooit kunnen bereiken zonder zijn hulp? (1 Kor. 1:26-31)

12. Hoe zou je Jezus’ nederigheid nog meer kunnen navolgen? Geef een voorbeeld.

¹² Hoe zou je Jezus’ nederigheid nog meer kunnen navolgen? Stel, een ouderling helpt een jonge dienaar met het voorbereiden van zijn eerste openbare lezing. Hij investeert er veel tijd in. Dankzij zijn hulp houdt de jonge broeder uiteindelijk een mooie lezing. Iedereen in de gemeente geniet ervan. Na de vergadering zegt iemand tegen de ouderling: ‘Wat heeft hij een geweldige lezing gehouden, hè?’ Wat zal de ouderling daarop zeggen? ‘Ja, maar het heeft me veel tijd gekost om hem te helpen’? Of: ‘Inderdaad, hij heeft het heel goed gedaan’? Nederigheid maakt dat je niet met de eer gaat strijken als je goede dingen voor anderen doet. Je zult er tevreden mee zijn te weten dat Jehovah ziet en waardeert wat je doet (vergelijk Mattheüs 6:2-4; Hebr. 13:16). Maak Jehovah dus blij door net als Jezus nederig te zijn (1 Petr. 5:6).

13. Wat ziet Jezus in de buurt van Naïn, en wat doet hij? (Lukas 7:11-15)

¹³ Lees Lukas 7:11-15. Stel je het tafereel eens voor. Ongeveer halverwege zijn bediening gaat Jezus naar Naïn, een stad in Galilea. Dat is niet ver van Sunem, waar de profeet Elisa zo’n 900 jaar eerder de zoon van een Sunamitische vrouw tot leven heeft gewekt (2 Kon. 4:32-37). Als Jezus bij de stadspoort komt, ziet hij een begrafenisstoet de stad uit komen. Het is een heel trieste situatie. Een weduwe heeft haar enige kind verloren.  Maar de rouwende moeder is niet alleen. Een grote groep mensen uit de stad is bij haar. Jezus houdt de stoet tegen en doet iets heel bijzonders voor de verdrietige moeder. Hij brengt haar zoon weer tot leven! Dit is de eerste van de drie keer in de evangeliën dat Jezus iemand uit de dood opwekt.

14. Wat zijn een paar interessante details in Lukas 7? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁴ Sta eens stil bij een paar interessante details in Lukas 7. Is je opgevallen dat Jezus ‘medelijden’ kreeg toen hij de rouwende moeder ‘zag’? (vers 13) Dus wat hij zag, misschien dat ze huilde terwijl ze vlak bij het lichaam van haar zoon liep, vervulde hem met medelijden. Bovendien voelde Jezus niet alleen medelijden maar toonde hij het ook. Hij sprak tot haar, ongetwijfeld op geruststellende toon, en zei: ‘Huil maar niet.’ Vervolgens deed hij iets om haar te helpen. Hij bracht haar zoon weer tot leven en ‘gaf hem terug aan zijn moeder’ (vers 14, 15).

15. Wat kun je van Jezus’ wonder leren?

¹⁵ Wat kunnen we van Jezus’ wonder leren? Het leert ons medegevoel te tonen als iemand een dierbare verliest. Natuurlijk kun je niet net als Jezus iemand uit de dood opwekken. Maar je kunt Jezus wel navolgen door oplettend te zijn. Dat zal je helpen met nabestaanden mee te voelen. Neem het initiatief en geef uiting aan je medegevoel. Zeg en doe wat je kunt om ze te helpen en te troosten (Spr. 17:17; 2 Kor. 1:3, 4; 1 Petr. 3:8). Zelfs een klein gebaar en eenvoudige woorden kunnen veel betekenen. d

16. Wat heb je geleerd van de ervaring van een zuster die verdriet had over de dood van haar kind, zoals op de afbeelding in scène is gezet?

¹⁶ Een tijd geleden zag een zuster op een vergadering dat een andere zuster tijdens het zingen aan het huilen was. Het lied ging over de opstanding en de  huilende zuster had recent haar dochter in de dood verloren. Omdat de zuster dat wist, ging ze meteen naar de moeder toe. Ze sloeg haar arm om haar heen en zong het lied samen met haar uit. De moeder zei later: ‘Het vervulde me echt met liefde voor de broeders en zusters.’ Ze was heel blij dat ze naar de vergadering was gegaan. ‘Daar is hulp te vinden,’ zei ze, ‘daar in de Koninkrijkszaal.’ Je kunt er zeker van zijn dat Jehovah ziet en waardeert wat je uit medegevoel voor nabestaanden ‘met een verbrijzelde geest’ doet, al is het nog zo eenvoudig (Ps. 34:18).

17. Wat hebben we in dit artikel geleerd?

¹⁷ De verhalen over Jezus’ wonderen in de evangeliën leveren een goed studieproject op. Ze leren ons dat Jehovah en Jezus heel veel van ons houden, dat Jezus de macht heeft om alle problemen op te lossen en dat je er honderd procent zeker van kunt zijn dat de beloften over Gods Koninkrijk binnenkort uitkomen. Het is goed de verhalen te analyseren en erover na te denken hoe je Jezus kunt navolgen. Je zou de andere wonderen van Jezus kunnen gebruiken voor een persoonlijk studieproject of voor de gezinsaanbidding. Kijk eens welke lessen je eruit kunt halen en deel die dan met anderen. Je zult heel wat stof hebben voor opbouwende gesprekken (Rom. 1:11, 12).

18. Waar gaat het volgende artikel over?

¹⁸ Tegen het eind van zijn bediening deed Jezus nog een wonder. Het was de derde en laatste keer in de evangeliën dat hij iemand opwekte. Maar deze keer ging het om een goede vriend. En de omstandigheden waren anders. Welke lessen kunnen we van dat wonder leren? En hoe kun je je geloof in de opstandingshoop versterken? Die vragen komen in het volgende artikel aan bod.