Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Vind je het belangrijk om anderen op te leiden?

Vind je het belangrijk om anderen op te leiden?

‘Goed onderricht zal ik u stellig geven.’ — SPR. 4:2.

LIEDEREN: 93, 96

1, 2. Waarom moeten we anderen opleiden om theocratische toewijzingen te aanvaarden?

JEZUS’ belangrijkste toewijzing was het bekendmaken van het goede nieuws van het Koninkrijk. Toch nam hij ook de tijd om anderen op te leiden tot herders en leraren (Matth. 10:5-7). Hoewel Filippus als evangelieprediker een druk leven leidde, heeft hij zijn vier dochters ongetwijfeld geholpen om op een goede manier Schriftuurlijke waarheden met anderen te delen (Hand. 21:8, 9). Hoe belangrijk is opleiding in onze tijd?

2 Over de hele wereld aanvaarden steeds meer mensen de waarheid. Nieuwelingen die nog niet gedoopt zijn, moeten inzien hoe belangrijk persoonlijke studie is. Ook moeten ze leren het goede nieuws tot anderen te prediken en hen te onderwijzen. In de gemeenten moeten broeders aangemoedigd worden hun best te doen om ervoor in aanmerking te komen als dienaren en ouderlingen te dienen. Met ‘goed onderricht’ kunnen rijpe christenen nieuwelingen helpen geestelijk te groeien (Spr. 4:2).

HELP NIEUWELINGEN KRACHT EN WIJSHEID UIT GODS WOORD TE HALEN

3, 4. (a) Hoe legde Paulus het verband tussen het bestuderen van de Schrift en doeltreffend zijn in de dienst? (b) Wat moeten we doen voordat we onze Bijbelstudenten tot persoonlijke studie aanmoedigen?

3 Hoe belangrijk is persoonlijke studie van de Bijbel? Je kunt het antwoord vinden in Paulus’ woorden aan zijn geloofsgenoten in Kolosse: ‘Wij hebben (...) niet opgehouden voor u te bidden en te vragen dat gij vervuld moogt worden met de nauwkeurige kennis van [Gods] wil, in alle wijsheid en geestelijk inzicht, opdat gij moogt wandelen op een wijze die Jehovah waardig is, ten einde hem volledig te behagen, terwijl gij in ieder goed werk vrucht blijft dragen en blijft toenemen in de nauwkeurige kennis van God’ (Kol. 1:9, 10). Met zulke nauwkeurige kennis zouden de christenen in Kolosse in staat zijn om te ‘wandelen op een wijze die Jehovah waardig is, ten einde hem volledig te behagen’. Daardoor zouden ze ‘in ieder goed werk vrucht blijven dragen’, vooral in het prediken van het goede nieuws. Dus om Jehovah goed te kunnen dienen, is een routine van persoonlijke Bijbelstudie nodig. Het is goed als we Bijbelstudenten helpen dat te begrijpen.

4 Voordat we anderen helpen om voordeel te trekken van persoonlijke Bijbelstudie, moeten we eerst zelf overtuigd zijn van de waarde ervan. Dat betekent dat we eerst zelf goede studiegewoonten moeten hebben. Vraag je dus af: Als de mening van huisbewoners afwijkt van Bijbelse leerstellingen of als ze moeilijke vragen stellen, ben ik dan in staat om een antwoord te geven dat op de Bijbel gebaseerd is? Als ik lees hoe Jezus, Paulus en anderen in de dienst hebben volhard, mediteer ik er dan over hoe dat mijn dienst voor Jehovah moet beïnvloeden? Wij allemaal hebben kennis en raad uit Gods Woord nodig. En als we anderen vertellen hoeveel wij aan onze persoonlijke studie van de Bijbel hebben, kan dat ze aanmoedigen om zelf ook ijverig de Bijbel te bestuderen.

5. Hoe kun je nieuwelingen helpen een routine van persoonlijke Bijbelstudie te ontwikkelen?

5 Misschien vraag je je af: hoe kan ik mijn Bijbelstudent helpen goede studiegewoonten te ontwikkelen? Om te beginnen kun je hem laten zien hoe hij zich kan voorbereiden op de studie die jullie samen hebben. Je kunt hem aanmoedigen om onderwerpen uit de appendix van Wat leert de bijbel echt? te lezen en de Bijbelteksten op te zoeken. Help hem om zich op de vergaderingen voor te bereiden met het doel antwoord te geven. Moedig hem aan om elke uitgave van De Wachttoren en Ontwaakt! te lezen. Als de Watchtower Library of de Watchtower ONLINE LIBRARY in zijn taal beschikbaar is, kun je hem laten zien hoe je die gebruikt om antwoorden te vinden op Bijbelse vragen. Waarschijnlijk zal je Bijbelstudent al gauw genieten van zijn persoonlijke studie van Gods Woord.

6. (a) Hoe kun je je Bijbelstudent helpen liefde voor de Bijbel te ontwikkelen? (b) Wat zal een Bijbelstudent waarschijnlijk gaan doen als hij liefde voor de Bijbel heeft?

6 Natuurlijk willen we niemand onder druk zetten om de Bijbel te lezen en te bestuderen. Het is beter als een Bijbelstudent liefde voor de Bijbel ontwikkelt. We kunnen hem daarbij helpen door de hulpmiddelen te gebruiken waarin Jehovah’s organisatie voorziet. Een oprechte Bijbelstudent zal zich na verloop van tijd misschien wel herkennen in het gevoel van de psalmdichter: ‘Het naderen tot God is goed voor mij. In de Soevereine Heer Jehovah heb ik mijn toevlucht gesteld’ (Ps. 73:28). Jehovah’s geest zal een gewetensvolle en dankbare Bijbelstudent beslist helpen een band met God te krijgen.

LEID NIEUWELINGEN OP OM TE PREDIKEN EN TE ONDERWIJZEN

7. Hoe leidde Jezus zijn discipelen op om het goede nieuws te prediken? (Zie beginplaatje.)

7 In Mattheüs 10 staan instructies die Jezus aan zijn 12 apostelen gaf. Hij sprak niet in algemeenheden, maar noemde specifieke punten. [1] De apostelen luisterden terwijl Jezus ze leerde hoe ze succesvol konden zijn in hun prediking. Daarna ging de groep aan het werk. Omdat ze getuige waren geweest van de manier waarop Jezus predikte, werden ze zelf ook al gauw bekwame onderwijzers van Gods Woord (Matth. 11:1). Ook wij kunnen onze Bijbelstudenten opleiden tot doeltreffende verkondigers van het goede nieuws. Laten we twee manieren bespreken waarop we dat kunnen doen.

8, 9. (a) Beschrijf de manier waarop Jezus met mensen sprak. (b) Hoe kunnen we nieuwe verkondigers helpen met mensen te praten zoals Jezus deed?

8 Een goede gesprekspartner zijn. Jezus sprak niet alleen met grote groepen mensen over het Koninkrijk. Hij had bijvoorbeeld een levendig en zinvol gesprek met een vrouw bij de Jakobsbron dicht bij de stad Sichar (Joh. 4:5-30). Ook had hij een gesprek met Mattheüs Levi, een belastinginner. De evangeliën bevatten daar weinig details over, maar het gesprek had tot gevolg dat Mattheüs een volgeling van Jezus werd. Mattheüs nodigde Jezus en anderen later bij zich thuis uit, waar Jezus tot de groep sprak (Matth. 9:9; Luk. 5:27-39).

9 Jezus had ook eens een gesprek met Nathanaël, die een negatief beeld had van mensen uit Nazareth. Nathanaël werd geraakt door Jezus’ vriendelijke woorden en veranderde zijn kijk. Hij besloot om meer te leren over wat Jezus, die uit Nazareth kwam, onderwees (Joh. 1:46-51). Het is dus goed om nieuwe verkondigers te leren hoe ze vriendelijke, ontspannen gesprekken kunnen voeren. [2] Als ze merken hoe oprechte mensen reageren op persoonlijke belangstelling en vriendelijke woorden, zullen ze meer plezier krijgen in de velddienst.

10-12. (a) Wat deed Jezus om de belangstelling die anderen voor het goede nieuws hadden, verder te ontwikkelen? (b) Hoe kunnen we nieuwe verkondigers helpen om Bijbelse waarheden steeds beter te onderwijzen?

10 Belangstelling verder ontwikkelen. Jezus had maar een korte tijd. Toch nam hij de tijd om de belangstelling die mensen voor het goede nieuws hadden, verder te ontwikkelen. Hij onderwees bijvoorbeeld eens een grote groep mensen en gebruikte daarbij Petrus’ boot als een soort podium. Nadat hij de groep had onderwezen, concentreerde hij zich op Petrus. Hij zorgde er door een wonder voor dat Petrus een enorme hoeveelheid vis kon vangen en zei tegen hem: ‘Voortaan zult gij mensen levend vangen.’ Wat was het resultaat? Petrus en degenen die met hem samenwerkten, ‘brachten de boten terug aan land en lieten alles in de steek en volgden [Jezus]’ (Luk. 5:1-11).

11 Nikodemus, een lid van het Sanhedrin, kreeg belangstelling voor wat Jezus onderwees. Hij wilde graag meer weten, maar was bang voor wat anderen zouden denken als ze hem in het openbaar met Jezus zagen praten. Jezus was flexibel en bereid om ondanks zijn drukke schema tijd voor anderen te maken; hij vond het dan ook niet erg om ’s nachts met Nikodemus te praten (Joh. 3:1, 2). Wat leren we hieruit? Gods Zoon zette tijd opzij om het geloof van anderen op te bouwen. Moeten ook wij niet ijverig nabezoeken brengen en Bijbelstudies leiden met personen die belangstelling voor de waarheid hebben?

12 Nieuwe verkondigers zullen waarschijnlijk steeds beter worden in het onderwijzen van Bijbelse waarheden als we met ze samenwerken in de velddienst. We kunnen ze dan helpen alert te zijn op elk spoortje van belangstelling. Ook kunnen we ze meenemen naar onze nabezoeken en Bijbelstudies. Door zulke opleiding en aanmoediging zullen ze vast en zeker de wens krijgen om ook zelf nabezoeken te brengen en Bijbelstudies te leiden. Ze leren zo ook om het niet te snel op te geven, maar geduldig te zijn (Gal. 5:22; zie het kader ‘ Hij gaf het niet op’).

LEER NIEUWELINGEN OM HUN BROEDERS EN ZUSTERS TE DIENEN

13, 14. (a) Wat vind jij van de Bijbelse voorbeelden van personen die grote offers voor anderen brachten? (b) Op welke praktische manieren kun je nieuwe verkondigers en jongeren leren om liefde voor geloofsgenoten te tonen?

13 Uit Bijbelse verslagen blijkt hoe belangrijk het is om elkaar te dienen en ‘broederlijke genegenheid’ voor elkaar te tonen. (Lees 1 Petrus 1:22; Lukas 22:24-27.) De Zoon van God gaf alles wat hij had, inclusief zijn leven, om anderen te dienen (Matth. 20:28). Dorkas ‘was overvloedig in goede daden en gaven van barmhartigheid’ (Hand. 9:36, 39). Maria, een zuster in Rome, werkte hard voor anderen (Rom. 16:6). Hoe kunnen wij nieuwelingen helpen in te zien hoe belangrijk het is om hun broeders en zusters bij te staan?

Leer nieuwelingen om liefde voor hun broeders en zusters te tonen (Zie alinea 13, 14)

14 Rijpe Getuigen kunnen nieuwelingen uitnodigen met ze mee te gaan als ze zieke of oudere broeders en zusters bezoeken. Ouders kunnen, als dat gepast is, hun kinderen meenemen naar dat soort bezoekjes. Ouderlingen kunnen met anderen samenwerken om ervoor te zorgen dat onze lieve oudere broeders en zusters genoeg te eten hebben en dat hun huis wordt onderhouden. Zo leren jongeren en nieuwelingen om liefde voor anderen te tonen. Een ouderling bijvoorbeeld had de gewoonte om tijdens het prediken in plattelandsgebied even langs te gaan bij de Getuigen die daar woonden, om te kijken hoe het met ze ging. Op die manier leerde een jonge broeder die vaak met hem meeging, hoe belangrijk het is dat iedereen in de gemeente zich geliefd voelt (Rom. 12:10).

15. Waarom is het belangrijk dat ouderlingen geïnteresseerd zijn in de geestelijke groei van broeders in de gemeente?

15 Jehovah gebruikt mannen om in de gemeente te onderwijzen. Daarom is het belangrijk dat broeders leren goede onderwijzers te zijn. Zou jij, als ouderling, kunnen luisteren naar een dienaar als hij een lezing oefent? Je zult hem vast kunnen helpen een betere onderwijzer van Gods Woord te worden (Neh. 8:8). [3]

16, 17. (a) Hoe belangrijk vond Paulus de geestelijke groei van Timotheüs? (b) Hoe kunnen ouderlingen toekomstige herders van de gemeente opleiden?

16 De behoefte aan herders in de christelijke gemeente wordt steeds groter. Degenen die dat werk in de toekomst op zich zullen nemen, hebben opleiding nodig. Paulus noemde een nuttig principe in verband met opleiding toen hij tegen Timotheüs zei: ‘Mijn kind, blijf kracht verwerven in de onverdiende goedheid die in verband met Christus Jezus is, en de dingen die gij van mij gehoord hebt met de ondersteuning van vele getuigen, vertrouw die toe aan getrouwe mensen, die op hun beurt voldoende bekwaam zullen zijn om anderen te onderwijzen’ (2 Tim. 2:1, 2). Timotheüs leerde veel door met Paulus, een ouderling, samen te werken. Vervolgens paste Timotheüs de methoden van Paulus toe in zijn eigen prediking en andere vormen van heilige dienst (2 Tim. 3:10-12).

17 Paulus liet de opleiding van Timotheüs niet aan het toeval over. Hij nam de jonge man mee op zijn reizen (Hand. 16:1-5). Ouderlingen kunnen het voorbeeld van Paulus volgen door bekwame dienaren mee te nemen naar herderlijke bezoeken als dat gepast is. Dat geeft zulke broeders de gelegenheid om met eigen ogen te zien wat er van ouderlingen verwacht wordt — dat ze goede onderwijzers zijn, dat ze op God vertrouwen, en dat ze liefdevol en geduldig zijn. Dit is een goede manier om toekomstige herders van ‘de kudde Gods’ op te leiden (1 Petr. 5:2).

HET BELANG VAN OPLEIDING

18. Waarom is het zo belangrijk om anderen op te leiden?

18 De behoefte aan herders neemt alleen maar toe. Ook is er steeds meer te doen in de prediking. Daarom is het opleiden van anderen enorm belangrijk. Het voorbeeld dat Jezus en Paulus hierin gaven, blijft dan ook erg actueel. Jehovah wil dat zijn aanbidders in deze tijd goed opgeleid zijn, zodat ze hun theocratische toewijzingen aankunnen. Hij geeft ons het voorrecht om minder ervaren verkondigers te helpen bekwaam te worden voor het werk dat in de gemeente gedaan moet worden. Nu de omstandigheden in de wereld verslechteren en er steeds nieuwe mogelijkheden ontstaan om te prediken, wordt opleiding zowel belangrijk als dringend.

19. Waarom kun je ervan overtuigd zijn dat je inzet om anderen op te leiden niet tevergeefs is?

19 Natuurlijk kost het tijd en moeite om anderen op te leiden. Maar Jehovah en zijn Zoon zullen ons steunen en de wijsheid geven om dit te kunnen doen. Het zal ons heel gelukkig maken om te zien dat degenen die wij opgeleid hebben ‘hard werken en zich inspannen’ (1 Tim. 4:10). En zelf willen we natuurlijk ook ons best doen om geestelijk te blijven groeien.

^ [1] (alinea 7) Jezus noemde onder andere de volgende punten: (1) Predik de juiste boodschap. (2) Wees tevreden met hoe Jehovah voor je zorgt. (3) Vermijd verhitte discussies met huisbewoners. (4) Vertrouw bij tegenstand op Jehovah. (5) Geef niet toe aan angst.

^ [2] (alinea 9) Zie voor een paar goede suggesties het boek Trek voordeel van de theocratische bedieningsschool, blz. 62-64.

^ [3] (alinea 15) Lees welke hoedanigheden nodig zijn om een goede openbare spreker te zijn in het boek Trek voordeel van de theocratische bedieningsschool, blz. 52-61.