Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Waarom we ‘veel vrucht blijven dragen’

Waarom we ‘veel vrucht blijven dragen’

‘Het eert mijn Vader als jullie veel vrucht blijven dragen en laten zien dat jullie mijn discipelen zijn.’ — JOH. 15:8.

LIEDEREN: 53, 60

1, 2. (a) Welke informatie gaf Jezus zijn discipelen kort voor zijn dood? (Zie beginplaatje.) (b) Waarom is het belangrijk in gedachte te houden waarom we prediken? (c) Wat gaan we bespreken?

OP DE avond voor zijn dood had Jezus een lang gesprek met zijn apostelen. Hij verzekerde ze ervan dat hij veel van ze hield. Ook vertelde hij een illustratie over een wijnstok, zoals we in het vorige artikel hebben gezien. Met die illustratie moedigde Jezus zijn discipelen aan ‘veel vrucht te blijven dragen’ — te volharden in het prediken van de Koninkrijksboodschap (Joh. 15:8).

2 Jezus vertelde zijn discipelen niet alleen wat ze moesten doen maar ook waarom. Hij gaf ze redenen om te prediken. Waarom is het belangrijk dat wij bij die redenen stilstaan? Als we in gedachte houden waarom we moeten doorgaan met prediken, motiveert dat ons om te volharden in het geven van ‘een getuigenis voor alle volken’ (Matth. 24:13, 14). Laten we dus eens kijken naar vier Bijbelse redenen om te prediken. We zullen ook zien welke vier gaven van Jehovah ons helpen te volharden terwijl we vrucht dragen.

WE EREN JEHOVAH

3. (a) Welke reden om te prediken staat in Johannes 15:8? (b) Wat wordt afgebeeld door de druiven in Jezus’ illustratie, en waarom is dat een passende vergelijking?

3 De belangrijkste reden waarom we prediken is om Jehovah te eren en zijn naam te heiligen. (Lees Johannes 15:1, 8.) Jezus vergeleek zijn Vader, Jehovah, met een wijnbouwer of een landbouwer die wijndruiven verbouwt. Hij vergeleek zichzelf met een wijnstok of stam en zijn volgelingen met ranken (Joh. 15:5). De druiven zijn dus een passende illustratie van de Koninkrijksvruchten die volgelingen van Christus voortbrengen. Jezus zei tegen zijn apostelen: ‘Het eert mijn Vader als jullie veel vrucht blijven dragen.’ Net zoals een wijnstok die goede druiven voortbrengt de wijnbouwer tot eer strekt, zo eren wij Jehovah als we de Koninkrijksboodschap naar ons beste vermogen bekendmaken (Matth. 25:20-23).

4. (a) Op welke manieren heiligen we Gods naam? (b) Wat vind je van het voorrecht Gods naam te mogen heiligen?

4 In welke zin wordt Gods naam door de prediking geheiligd? Gods naam is al heilig in absolute zin, dus we kunnen niets doen om die nog heiliger te maken. Maar kijk eens wat de profeet Jesaja zei: ‘Jehovah van de legermachten, hij is degene die je als heilig moet bezien’ (Jes. 8:13). We heiligen Gods naam onder andere door die te bezien als speciaal en hoger dan alle andere namen en door anderen te helpen die als heilig te bezien (Matth. 6:9, vtn.). We verdedigen bijvoorbeeld Gods naam tegen de leugens en laster van Satan door anderen de waarheid te leren over Jehovah’s prachtige eigenschappen en zijn onveranderlijke voornemen voor de mens (Gen. 3:1-5). We heiligen Gods naam ook als we mensen in ons gebied helpen inzien dat Jehovah het waard is ‘de lof en de eer en de kracht te ontvangen’ (Openb. 4:11). Rune, die 16 jaar pioniert, zegt: ‘Het maakt me dankbaar te weten dat ik de kans heb gekregen een getuige te zijn voor de Schepper van het heelal. Dat geeft me het verlangen te blijven prediken.’

WE HOUDEN VAN JEHOVAH EN ZIJN ZOON

5. (a) Welke reden om te prediken staat in Johannes 15:9, 10? (b) Hoe liet Jezus uitkomen dat het belangrijk is te volharden?

5 Lees Johannes 15:9, 10. Onze liefde voor Jehovah en Jezus is een belangrijke reden om de Koninkrijksboodschap te prediken (Mark. 12:30; Joh. 14:15). Jezus zei niet gewoon dat zijn discipelen in zijn liefde moesten zijn, hij zei dat ze in zijn liefde moesten blijven. Waarom? Omdat je volharding nodig hebt om jaar in jaar uit als een ware discipel van Christus te leven. Jezus liet uitkomen hoe belangrijk volharding is door in het korte gedeelte van Johannes 15:4-10 steeds weer het woord ‘blijven’ te gebruiken.

6. Hoe laten we zien dat we in Christus’ liefde willen blijven?

6 Hoe laten we zien dat we in Christus’ liefde willen blijven en zijn goedkeuring willen behouden? Door ons aan zijn geboden te houden. In feite zegt Jezus: wees mij gehoorzaam. Toch vraagt hij ons alleen maar om te doen wat hij zelf ook doet, want hij voegt eraan toe: ‘Zoals ik me ook aan de geboden van de Vader heb gehouden en in zijn liefde blijf.’ Jezus geeft het voorbeeld (Joh. 13:15).

7. Wat is de link tussen gehoorzaamheid en liefde?

7 Jezus liet zien wat de link is tussen gehoorzaamheid en liefde toen hij tegen zijn apostelen zei: ‘Wie mijn geboden kent en ze naleeft, die houdt van mij’ (Joh. 14:21). Als we Jezus’ gebod om te prediken naleven, laten we ook zien dat we van Jehovah houden, want Jezus’ geboden weerspiegelen hoe zijn Vader denkt (Matth. 17:5; Joh. 8:28). Als we Jehovah en Jezus laten zien dat we van ze houden, zorgen zij ervoor dat we in hun liefde blijven.

WE WAARSCHUWEN MENSEN

8, 9. (a) Wat is nog een reden om te prediken? (b) Welke motivatie geven Jehovah’s woorden in Ezechiël 3:18, 19 en 18:23 om te blijven prediken?

8 We hebben nog een reden om door te gaan met prediken. We prediken om mensen te waarschuwen. In de Bijbel wordt Noach ‘een prediker’ genoemd. (Lees 2 Petrus 2:5.) Kennelijk omvatte de boodschap die hij vóór de vloed predikte een waarschuwing voor de komende vernietiging. Waarom kunnen we dat zeggen? Omdat Jezus zei: ‘Want in de tijd vóór de vloed aten en dronken de mensen, mannen trouwden en vrouwen werden uitgehuwelijkt, tot de dag dat Noach de ark in ging. En ze hadden er geen aandacht voor totdat de vloed kwam en ze allemaal wegvaagde. Zo zal ook de aanwezigheid van de Mensenzoon zijn’ (Matth. 24:38, 39). Ondanks de onverschilligheid van mensen liet Noach trouw de waarschuwing horen die hij had gekregen.

9 In deze tijd prediken we de Koninkrijksboodschap om iedereen een kans te geven Gods wil voor de mensheid te leren kennen. Net als Jehovah willen we heel graag dat mensen positief reageren en ‘in leven blijven’ (Ezech. 18:23). En terwijl we van huis tot huis en op openbare plekken prediken, waarschuwen we zo veel mogelijk mensen dat Gods Koninkrijk zal komen en een eind zal maken aan deze goddeloze wereld (Ezech. 3:18, 19; Dan. 2:44; Openb. 14:6, 7).

WE HEBBEN ONZE NAASTE LIEF

10. (a) Welke reden om te prediken wordt in Mattheüs 22:39 genoemd? (b) Vertel hoe Paulus en Silas een bewaker in Filippi hielpen.

10 Nog een belangrijke reden om door te gaan met prediken is naastenliefde (Matth. 22:39). Die liefde motiveert ons om dit werk vol te houden. We weten namelijk dat de houding van mensen kan veranderen als hun omstandigheden veranderen. Denk maar aan wat Paulus en Silas meemaakten. In de stad Filippi waren ze door tegenstanders in de gevangenis gegooid. Midden in de nacht kwam er opeens een aardbeving. De gevangenis schudde op haar fundamenten en de deuren vlogen open. Daarna wilde de bewaker zelfmoord plegen omdat hij bang was dat de gevangenen gevlucht waren. Maar Paulus riep: ‘Doe jezelf niets aan!’ De bewaker vroeg: ‘Wat moet ik doen om gered te worden?’ Ze zeiden tegen hem: ‘Geloof in de Heer Jezus en jij en je huisgenoten zullen gered worden’ (Hand. 16:25-34).

Liefde voor Jehovah, Jezus en onze naaste motiveert ons om te prediken (Zie alinea 5, 10)

11, 12. (a) Wat heeft het verhaal over de bewaker met onze dienst te maken? (b) Waarvoor willen we beschikbaar zijn?

11 Wat heeft het verhaal van de bewaker met onze prediking te maken? Denk hier eens over na: wanneer veranderde de houding van de bewaker en ging hij om hulp vragen? Dat was na de aardbeving. Hetzelfde kan in deze tijd gebeuren met iemand die geen interesse heeft in de Bijbelse boodschap. Een schokkende gebeurtenis kan zijn wereld op z’n kop zetten, waardoor zijn houding misschien verandert en hij hulp gaat zoeken. Sommigen in ons gebied kunnen bijvoorbeeld in shock zijn omdat ze na vele jaren ineens hun baan kwijt zijn. Anderen zijn helemaal kapot van een recente scheiding. Weer anderen zijn ten einde raad omdat ze te horen hebben gekregen dat ze ernstig ziek zijn. Of ze zijn intens verdrietig omdat ze iemand hebben verloren van wie ze veel hielden. Op zulke momenten gaan mensen misschien vragen stellen over de zin van het leven, vragen waar ze eerder niet over nadachten. Misschien vragen ze zich zelfs af: wat moet ik doen om gered te worden? Als wij ze dan treffen, willen ze misschien voor het eerst in hun leven naar onze boodschap van hoop luisteren.

12 Als we trouw doorgaan met prediken, zorgen we er dus voor dat we beschikbaar zijn om mensen te troosten op het moment dat ze er misschien voor openstaan (Jes. 61:1). Charlotte, die al 38 jaar in de volletijddienst is, zegt: ‘Mensen zijn de weg kwijt. Ze moeten de kans krijgen om het goede nieuws te horen.’ Ejvor, die 34 jaar pioniert, vertelt: ‘Meer dan ooit zitten mensen er emotioneel doorheen. Ik wil ze echt graag helpen. Dat motiveert me om te prediken.’ Naastenliefde is echt een goede reden om door te gaan in de dienst!

GAVEN DIE ONS HELPEN TE VOLHARDEN

13, 14. (a) Welke gave wordt in Johannes 15:11 genoemd? (b) Hoe kunnen we dezelfde vreugde krijgen als Jezus? (c) Welke invloed heeft vreugde op onze prediking?

13 Op de avond voor zijn dood noemde Jezus ook een aantal gaven die zijn apostelen zouden helpen te volharden terwijl ze vrucht dragen. Welke gaven zijn dat? En wat hebben wij eraan?

14 Vreugde. Zou prediken een last kunnen worden? Integendeel. Toen Jezus zijn illustratie van de wijnstok had verteld, zei hij dat we als Koninkrijkspredikers vreugde zullen hebben. (Lees Johannes 15:11.) Hij verzekerde ons er zelfs van dat we dezelfde vreugde zullen hebben als hij. Hoe is dat mogelijk? Bedenk dat Jezus zichzelf vergeleek met een wijnstok en zijn discipelen met ranken. Een wijnstok draagt de ranken. Zolang ze eraan vastzitten, krijgen ze water en voeding vanuit de wijnstok. Hetzelfde geldt voor ons: zolang we in eendracht met Christus blijven door nauwkeurig in zijn voetstappen te treden, ervaren we dezelfde vreugde die hij heeft in het doen van zijn Vaders wil (Joh. 4:34; 17:13; 1 Petr. 2:21). Hanne, die al meer dan 40 jaar pioniert, zegt: ‘De vreugde die ik altijd voel als ik in de velddienst ben geweest, stimuleert me om door te gaan in Jehovah’s dienst.’ Als vreugde diep vanbinnen zit, geeft dat ons de kracht om zelfs in moeilijk gebied door te gaan met prediken (Matth. 5:10-12).

15. (a) Welke gave wordt in Johannes 14:27 genoemd? (b) Hoe helpt vrede ons om vrucht te blijven dragen?

15 Vrede. (Lees Johannes 14:27.) Eerder op de avond voor zijn dood had Jezus tegen zijn apostelen gezegd: ‘Mijn vrede geef ik jullie.’ Hoe helpt die gave, zijn vrede, ons om vrucht te dragen? Als we volharden, krijgen we in ons hart een blijvend gevoel van vrede omdat we weten dat we de goedkeuring hebben van Jehovah en Jezus (Ps. 149:4; Rom. 5:3, 4; Kol. 3:15). Ulf, die al 45 jaar in de volletijddienst is, zegt: ‘Prediken maakt me moe, maar het geeft mijn leven echt betekenis en geeft me diepe voldoening.’ Wat kunnen we dankbaar zijn voor die innerlijke vrede!

16. (a) Welke gave wordt in Johannes 15:15 genoemd? (b) Hoe konden de apostelen Jezus’ vrienden blijven?

16 Vriendschap. Nadat Jezus zijn apostelen had verteld dat hij hoopte dat hun vreugde ‘compleet zou worden’, legde hij uit hoe belangrijk zelfopofferende liefde is (Joh. 15:11-13). Daarna zei hij: ‘Ik noem jullie vrienden.’ Wat een kostbare gave: vriendschap met Jezus! Wat moesten zijn apostelen doen om zijn vrienden te blijven? Ze moesten ‘eropuit gaan en vrucht dragen’. (Lees Johannes 15:14-16.) Zo’n twee jaar eerder had Jezus zijn apostelen de opdracht gegeven: ‘Predik onderweg: “Het Koninkrijk van de hemel is nabij”’ (Matth. 10:7). Dus op die laatste avond moedigde hij ze aan te volharden in het werk waarmee ze waren begonnen (Matth. 24:13; Mark. 3:14). Het was niet makkelijk Jezus’ opdracht uit te voeren, maar het was wel mogelijk. En dan konden ze zijn vrienden blijven. Hoe? Met de hulp van nog een gave.

17, 18. (a) Welke gave wordt in Johannes 15:16 genoemd? (b) Hoe zou die gave Jezus’ discipelen helpen? (c) Welke gaven geven ons kracht?

17 Verhoring van gebeden. Jezus zei: ‘De Vader zal je alles geven wat je hem in mijn naam vraagt’ (Joh. 15:16). Die belofte moet de apostelen echt gesterkt hebben! * De apostelen begrepen nog niet helemaal dat hun Leider al gauw zou sterven. Maar ze zouden er niet alleen voor komen te staan. Jehovah zou hun gebeden verhoren en ze alle hulp geven die ze nodig hadden om de Koninkrijksboodschap te prediken. En inderdaad, kort daarna maakten ze mee hoe Jehovah hun gebeden om hulp verhoorde (Hand. 4:29, 31).

We kunnen er zeker van zijn dat Jehovah onze gebeden om hulp verhoort (Zie alinea 18)

18 In deze tijd is het net zo. Als we volharden terwijl we vrucht dragen, blijven we vrienden van Jezus. Bovendien kunnen we er zeker van zijn dat als we het moeilijk vinden om te prediken Jehovah onze gebeden om hulp graag wil verhoren (Fil. 4:13). Wat kunnen we dankbaar zijn dat Jehovah onze gebeden verhoort en dat we vriendschap hebben met Jezus! Die gaven van Jehovah geven ons de kracht om vrucht te blijven dragen (Jak. 1:17).

19. (a) Waarom gaan we door met prediken? (b) Wat helpt ons om Gods werk af te maken?

19 Zoals we in dit artikel hebben geleerd, gaan we door met prediken om Jehovah te eren en zijn naam te heiligen, om te laten zien dat we van Jehovah en Jezus houden, om mensen te waarschuwen en om naastenliefde te tonen. De gaven van vreugde, vrede, vriendschap en verhoring van gebeden geven ons de kracht om het werk dat God ons heeft gegeven, af te maken. Wat zal Jehovah blij zijn als hij ziet hoe we ons met hart en ziel inzetten om ‘veel vrucht te blijven dragen’!

^ ¶17 Tijdens het gesprek met zijn apostelen zei Jezus meerdere keren dat hun gebeden verhoord zouden worden (Joh. 14:13; 15:7, 16; 16:23).