De toren van Babel: De oorsprong van onze talen?
„Bijgevolg verstrooide Jehovah [God] hen vandaar over de gehele oppervlakte der aarde, en geleidelijk staakten zij de bouw van de stad. Daarom werd haar naam Babel genoemd, omdat Jehovah daar de taal van de gehele aarde had verward.” — Genesis 11:8, 9.
IS DIT een waargebeurd verhaal? Begonnen mensen op hetzelfde moment verschillende talen te spreken, zoals de Bijbel beschrijft? Sommigen drijven de spot met het Bijbelverslag over het ontstaan en de verspreiding van talen. De filosoof Voltaire noemde het verslag over de toren van Babel „een absurd verhaal”. Zelfs een joodse rabbijn noemde het „een naïeve poging om de oorsprong van volken te verklaren”.
Waarom wijzen mensen het verslag over Babel af? Simpel gezegd, omdat het in tegenspraak is met bepaalde theorieën over het ontstaan van taal. Sommige wetenschappers veronderstellen bijvoorbeeld dat taalgroepen niet ineens zijn verschenen maar geleidelijk geëvolueerd zijn uit één ’oertaal’. Andere denken dat verschillende stamtalen onafhankelijk van elkaar zijn ontstaan en zich van eenvoudig gegrom tot complexe spraak hebben ontwikkeld. Door deze en andere tegenstrijdige theorieën zijn velen het eens met professor W.T. Fitch, die in zijn boek The Evolution of Language schreef: „We hebben nog geen volledig overtuigende antwoorden.”
Wat hebben archeologen en onderzoekers ontdekt over het ontstaan en de ontwikkeling van talen? Bevestigen hun ontdekkingen de aangedragen theorieën? Of steunen hun bevindingen het verhaal over Babel? Laten we ons eerst eens verdiepen in dat Bijbelverslag.
WAAR EN WANNEER?
Volgens de Bijbel vond de spraakverwarring waardoor de mensen zich gingen verspreiden, plaats „in het land Sinear”, later Babylonië genoemd (Genesis 11:2). Wanneer gebeurde dat? De Bijbel zegt dat „de aarde [„bevolking der aarde”, vtn.] verdeeld werd” in de dagen van Peleg, die ongeveer 250 jaar vóór Abraham werd geboren. De gebeurtenissen in Babel vonden dus zo’n 4200 jaar geleden plaats (Genesis 10:25; 11:18-26).
Sommige wetenschappers speculeren dat moderne talen afstammen van één oorspronkelijke taal, de zogenoemde oertaal of moedertaal die de mensen volgens hen bijna honderdduizend jaar geleden spraken. * Andere beweren dat de talen van nu verwant zijn aan verschillende stamtalen die minstens zesduizend jaar geleden werden gesproken. Maar hoe reconstrueren taalwetenschappers de ontwikkeling van uitgestorven talen? „Dat is lastig”, zegt The Economist. „In tegenstelling tot biologen hebben linguïsten geen fossielen waardoor ze zich kunnen laten leiden.” Het tijdschrift zegt over één evolutionair taalwetenschapper dat hij tot zijn conclusies komt door „wiskundig onderbouwd giswerk”.
Toch bestaan er wel degelijk ’linguïstische fossielen’. Wat zijn dat voor fossielen en wat laten ze zien over de oorsprong van talen? In The New Encyclopædia Britannica wordt uitgelegd: „De oudste sporen van geschreven taal, de enige linguïstische fossielen die de mens kan hopen te bemachtigen, gaan niet verder terug dan zo’n vier- à vijfduizend jaar.” Waar hebben archeologen deze „linguïstische fossielen” of „sporen van geschreven taal” aangetroffen? In Neder-Mesopotamië — in de streek die in de oudheid Sinear werd genoemd. * De tastbare bewijzen die voorhanden zijn, komen dus overeen met de feiten uit de Bijbel.
VERSCHILLENDE TALEN, VERSCHILLENDE DENKPATRONEN
In het Bijbelverslag zegt God: „Laten wij (...) hun taal verwarren, opdat zij niet naar elkaars taal luisteren [„elkaars taal niet verstaan”, vtn.]” (Genesis 11:7). Als gevolg daarvan „staakten zij [de arbeiders] de bouw van de stad” Babel en werden ze „over de gehele oppervlakte der aarde verstrooid” (Genesis 11:8, 9). De Bijbel zegt dus niet dat alle talen van tegenwoordig terug te voeren zijn op één enkele ’oertaal’, maar dat verschillende blijkbaar volledig ontwikkelde, nieuwe talen plotseling verschenen; met elke taal kon het hele spectrum van menselijke gevoelens en gedachten onder woorden gebracht worden, terwijl ze allemaal anders waren en van elkaar onderscheiden.
Hoe zit het met de taalgroepen in deze tijd? Zijn ze fundamenteel gelijk of verschillend? Cognitief wetenschapper Lera Boroditsky schreef: „Toen linguïsten zich meer gingen verdiepen in de talen van de wereld (ongeveer zevenduizend, waarvan nog maar een fractie is geanalyseerd), kwamen er ontelbare, onvoorspelbare verschillen aan het licht.” Hoewel talen en dialecten uit een bepaalde taalfamilie, zoals het Kantonees en het Hakka in Zuid-China, veel overeenkomsten zullen hebben, zijn ze fundamenteel verschillend van die uit een andere taalfamilie, zoals het West-Catalaans of het Valenciaans in Spanje.
Talen bepalen de manier waarop mensen denken over de wereld om hen heen en hoe ze die beschrijven, bijvoorbeeld als het gaat om kleur, hoeveelheid, plaats of richting. In de ene taal zou iemand kunnen zeggen: „Er zit een beestje op je rechterhand.” Maar in een andere taal zegt iemand misschien: „Er zit een beestje op je zuidwestelijke hand.” Zulke verschillen zijn op z’n zachtst gezegd verwarrend. Geen wonder dat de bouwers in Babel het onmogelijk vonden om hun project voort te zetten.
GEGROM OF COMPLEXE SPRAAK?
Wat voor taal hadden de eerste mensen? De Bijbel zegt dat de eerste mens, Adam, nieuwe woorden kon verzinnen, want hij gaf alle dieren een naam (Genesis 2:20). Ook gebruikte hij poëzie om zijn gevoelens voor zijn vrouw tot uitdrukking te brengen, en zij beschreef duidelijk het gebod dat God had gegeven en de gevolgen van ongehoorzaamheid aan Hem (Genesis 2:23; 3:1-3). De eerste taal stelde de mensen dus in staat om uitstekend te communiceren en zich creatief uit te drukken.
Door de spraakverwarring konden de mensen hun intellectuele vermogens en fysieke krachten niet meer bundelen. Maar hun nieuwe talen waren, net als de eerste taal, complex. Binnen een paar honderd jaar bouwden de mensen bruisende steden, brachten ze machtige legers op de been en dreven ze handel op internationale schaal (Genesis 13:12; 14:1-11; 37:25). Hadden ze dat allemaal kunnen bereiken zonder een uitgebreide woordenschat en grammatica? Volgens de Bijbel ging het bij de oorspronkelijke taal en de talen die bij Babel ontstonden niet om primitief gegrom maar om complexe talen.
Deze conclusie wordt door recent onderzoek bevestigd. In The Cambridge Encyclopedia of Language staat: „Elke cultuur die is onderzocht, hoe ’primitief’ die cultureel gezien ook is, blijkt een volledig ontwikkelde taal te hebben, met een complexiteit die vergelijkbaar is met die van de zogenaamd ’beschaafde’ volken.” En Steven Pinker, hoogleraar aan de Harvard-universiteit, zegt in zijn boek Het taalinstinct: „Er bestaat niet zoiets als een stenen tijdperk-taal.”
DE TOEKOMST VAN TAAL
Als we denken aan de ouderdom en vindplaats van ’linguïstische fossielen’, de fundamentele verschillen tussen taalgroepen en de complexiteit van oude talen, welke logische conclusie kunnen we dan trekken? Velen concluderen dat het Bijbelverslag over wat er bij Babel gebeurde volledig geloofwaardig is.
De Bijbel zegt dat Jehovah de taal van de mensen verwarde omdat ze tegen hem in opstand kwamen (Genesis 11:4-7). Maar hij beloofde dat hij „volken tot een zuivere taal [zou] doen overgaan, opdat zij allen de naam van Jehovah [zouden] aanroepen, ten einde hem schouder aan schouder te dienen” (Zefanja 3:9). Deze „zuivere taal”, de waarheid uit Gods Woord, brengt nu mensen van over de hele wereld bij elkaar. Het lijkt logisch dat God de mensheid in de toekomst nog verder zal verenigen door ze één gemeenschappelijke taal te geven en de verwarring van Babel ongedaan te maken.
^ par. 8 Theorieën over taal gaan er meestal van uit dat mensen van aapachtige wezens afstammen. Zie voor een bespreking van die stelling blz. 27-29 van de brochure Vijf belangrijke vragen over het ontstaan van het leven, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.
^ par. 9 Archeologen hebben in de omgeving van Sinear verschillende ziggoerats (trapvormige tempeltorens) blootgelegd. De Bijbel zegt dat de torenbouwers in Babel bakstenen gebruikten, geen natuursteen, en dat ’asfalt hun tot mortel diende’ (Genesis 11:3, 4). Volgens The New Encyclopædia Britannica ’kwam natuursteen niet of bijna niet voor’ in Mesopotamië, terwijl asfalt ruimschoots aanwezig was.