Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

 NADER DICHT TOT GOD

’Jehovah heeft u vrijelijk vergeven’

’Jehovah heeft u vrijelijk vergeven’

„Hij die anderen niet kan vergeven, maakt de brug stuk waarover hij zelf gaan moet.” Deze uitspraak van de zeventiende-eeuwse Britse historicus Edward Herbert benadrukt één reden waarom we anderen moeten vergeven: vroeg of laat moeten we zelf misschien om vergeving vragen (Mattheüs 7:12). Maar er is een nog veel belangrijker reden om te vergeven. Kijk eens naar wat de apostel Paulus zei in Kolossenzen 3:13. (Lees.)

Omdat we allemaal onvolmaakt zijn, kunnen we anderen soms irriteren of beledigen, en zij ons (Romeinen 3:23). Hoe kunnen we de vrede bewaren met de onvolmaakte mensen om ons heen? Onder inspiratie van God gaf Paulus ons de raad verdraagzaam te zijn en anderen te vergeven. Die raad is nu nog net zo toepasselijk als bijna tweeduizend jaar geleden. Laten we Paulus’ woorden eens wat beter bekijken.

„Blijft elkaar verdragen.” De woorden ’blijft verdragen’ zijn een vertaling van een Grieks woord dat de gedachte in zich heeft van tolereren of ondergaan. Een Bijbels naslagwerk zegt dat christenen deze eigenschap tonen door „bereid te zijn om personen met ergerlijke fouten of vervelende trekjes te verdragen”. Het woord „elkaar” laat zien dat die tolerantie van twee kanten moet komen: als we bedenken dat wij ook karaktertrekken hebben die anderen kunnen irriteren, zullen we niet toelaten dat de dingen die ons in hen niet aanstaan de vrede verstoren. Maar wat als anderen tegen ons zondigen?

„Blijft (...) elkaar vrijelijk vergeven.” Het Griekse woord dat hier met „vrijelijk vergeven” is vertaald, is volgens een Bijbelgeleerde „niet het gangbare woord voor vergeving of vergiffenis (...) maar een woord met een rijkere betekenis, dat het welwillende karakter van de kwijtschelding benadrukt”. Een ander Bijbelcommentaar zegt dat dit woord de betekenis kan hebben van „het geven van iets aangenaams, een gunst, een voordeel”. We vergeven „vrijelijk” als we dat graag doen, zelfs als we „tegen de ander een reden tot klagen” hebben. Maar waarom moeten we bereid zijn dat te doen? Om te beginnen omdat de rollen al heel gauw omgedraaid kunnen zijn en de overtreder ons misschien moet vergeven.

„Zoals Jehovah u vrijelijk vergeven heeft, doet ook gij evenzo.” Dat is de belangrijkste reden waarom we anderen vrijelijk moeten vergeven: Jehovah, God, vergeeft ons vrijelijk (Micha 7:18). Denk eens na over wat hij allemaal doet voor zondaars die berouw hebben. In tegenstelling tot ons zondigt hij niet. Toch vergeeft hij berouwvolle zondaars graag en volledig, ook al weet hij dat zij nooit hetzelfde voor hem zullen hoeven doen. Wat vergeven betreft is Jehovah dus het beste voorbeeld!

Wat vergeven betreft is Jehovah het beste voorbeeld!

Door Jehovah’s barmhartigheid voelen we ons tot hem aangetrokken en willen we hem navolgen (Efeziërs 4:32; 5:1). Het is goed om onszelf af te vragen: als Jehovah mij zo liefdevol vergeeft, hoe kan ik dan weigeren een ander onvolmaakt mens te vergeven die er echt berouw van heeft dat hij tegen mij heeft gezondigd? — Lukas 17:3, 4.