Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

 COVERONDERWERP: WAAR GAAT DE BIJBEL OVER?

„Wij hebben de Messias gevonden”!

„Wij hebben de Messias gevonden”!

Ongeveer vierhonderd jaar nadat het laatste boek van het Hebreeuwse gedeelte van de Bijbel werd geschreven, kwam Micha’s profetie over de Messias uit: Jezus werd geboren in Bethlehem. Zo’n dertig jaar later, in het jaar 29, kwam het eerste deel van Daniëls profetie over de komst van de Messias uit. Jezus werd gedoopt, en God zalfde hem met heilige geest. De langverwachte Messias, het Zaad, was precies op tijd gekomen!

Jezus begon meteen met zijn taak „het goede nieuws van het koninkrijk Gods” bekend te maken (Lukas 8:1). Hij was, zoals voorspeld, vriendelijk, zachtaardig en oprecht bezorgd om anderen. Zijn onderwijs was praktisch en liefdevol, en hij genas „elk soort van gebrek”, waaruit bleek dat God met hem was (Mattheüs 4:23). Mensen van alle leeftijden kwamen naar Jezus toe en trokken de conclusie: „Wij hebben de Messias gevonden”! — Johannes 1:41.

Jezus voorspelde dat er vlak voordat zijn Koninkrijk de volledige macht zou overnemen oorlogen, aardbevingen en nog veel meer ellendige toestanden zouden zijn. Hij gaf iedereen de dringende raad: „Waakt voortdurend” (Markus 13:37).

Jezus was een volmaakte man die gehoorzaam bleef aan God, maar hij had vijanden die hem uiteindelijk lieten vermoorden. Zijn dood voorzag in het volmaakte offer dat nodig was om voor ons terug te kopen wat Adam en Eva verloren hadden: het vooruitzicht op eeuwig leven in een paradijs.

Jezus’ dood was in een profetie voorspeld, net als het feit dat God hem drie dagen later weer levend maakte als een machtige geest. Jezus verscheen na zijn opstanding aan meer dan vijfhonderd van zijn leerlingen. Voordat hij naar de hemel opsteeg, gaf hij zijn volgelingen de opdracht het goede nieuws over hem en zijn Koninkrijk aan „mensen uit alle natiën” bekend te maken (Mattheüs 28:19). Hoe grondig hebben ze die opdracht uitgevoerd?

— Gebaseerd op Mattheüs, Markus, Lukas, Johannes, 1 Korinthiërs.