8:3-5, 9

• Esther en Mordechai liepen geen gevaar. Maar Hamans bevel om alle Joden te doden, werd in heel het rijk bekendgemaakt

• Esther riskeerde haar leven opnieuw door naar de koning te gaan zonder uitgenodigd te zijn. Ze huilde om haar volk en vroeg de koning het vreselijke bevel in te trekken

• Wetten die in naam van de koning waren opgesteld, konden niet ingetrokken worden. Daarom werden Esther en Mordechai door de koning gemachtigd om een nieuwe wet op te stellen

8:10-14, 17

• Een tweede aankondiging gaf de Joden het recht zich te verdedigen

• Ruiters haastten zich naar alle delen van het rijk en de Joden bereidden zich voor op een strijd

• Velen zagen bewijzen van Gods goedkeuring en werden joodse proselieten