Milde reactie op woedende priesters
Toen Artoer, een kringopziener in Armenië, een gemeente van Jehovah’s Getuigen bezocht, merkte hij dat ze nog niet deelnamen aan openbaar getuigenis, waarbij lectuurkarretjes met Bijbelse publicaties worden gebruikt. Om tot deze vorm van prediken aan te moedigen, gingen Artoer en zijn vrouw Anna, samen met Dzjirayr, een andere Getuige, in een kleine stad met een lectuurkarretje staan. Ze kozen een plek waar veel mensen waren.
Voorbijgangers toonden meteen interesse en namen lectuur mee. Maar al gauw trok deze nieuwe predikingsmethode de aandacht van tegenstanders. Twee priesters liepen naar de Getuigen toe, waarna één van hen het karretje zomaar uit het niets omverschopte. Daarna gaf hij Artoer een klap in zijn gezicht, waarbij hij de bril van zijn gezicht sloeg. Artoer, Anna en Dzjirayr deden een poging om de priesters te kalmeren, maar zonder succes. De priesters probeerden het karretje kapot te trappen waardoor de lectuur alle kanten opvloog. Ze scholden de Getuigen uit en bedreigden hen. Daarna gingen ze weg.
Artoer, Anna en Dzjirayr gingen naar het plaatselijke politiebureau om een klacht in te dienen. Ze legden een verklaring af en spraken kort over de Bijbel met een aantal agenten en ander personeel. De drie Getuigen werden daarna naar het kantoor van de hoofdagent gebracht. In eerste instantie wilde hij alleen weten wat er precies gebeurd was. Maar toen hij hoorde dat Artoer, die er best sterk uitziet, niet had teruggeslagen, stopte hij met het stellen van vragen over de zaak en wilde hij meer weten over het geloof van de Getuigen. Dat leidde tot een gesprek van vier uur! De agent was zo onder de indruk van wat hij hoorde dat hij uitriep: ‘Wat een geweldig geloof! Hoe kan ik me bij jullie aansluiten?’
De volgende dag, toen Artoer weer bij het karretje stond, werd hij benaderd door een man die had gezien wat er was gebeurd. Hij prees Artoer omdat hij zo kalm was gebleven en niet terug had geslagen. Hij zei ook dat hij door dit voorval al zijn respect voor de priesters had verloren.
Die avond kreeg Artoer te horen dat hij terug moest komen naar het politiebureau. Niet om over de zaak te praten, maar omdat de hoofdagent meer over de Bijbel wilde weten. Twee andere agenten toonden ook interesse.
De volgende dag ging Artoer opnieuw naar de hoofdagent om hem enkele van onze Bijbelse video’s te laten zien. De hoofdagent haalde andere agenten erbij zodat ze ook konden meekijken.
Als gevolg van de agressie van de priesters hoorden veel agenten voor het eerst over het goede nieuws. Daardoor kregen ze een positief beeld van Jehovah’s Getuigen.