Van januari tot april 2023 vond een door het Argentijnse bijkantoor georganiseerde speciale predikingsactie plaats in afgelegen gebieden in Argentinië en Uruguay. De meer dan 9500 deelnemende verkondigers werden in zo’n 700 groepen ingedeeld. Ze ondersteunden 146 gemeenten van Jehovah’s Getuigen in die afgelegen delen van het bijkantoorgebied.

Meer dan een miljoen mensen wonen in dorpjes, inheemse gemeenschappen en landelijke gebieden in Argentinië en Uruguay. In de afgelopen drie jaar konden verkondigers die locaties maar moeilijk bereiken. Onze broeders en zusters stonden te popelen om weer in die afgelegen regio’s te gaan prediken.

Broeder Adrián Donadío en zijn vrouw, Karina, reisden bijna 1600 kilometer naar hun toewijzing in Tartagal (Argentinië). Adrián zei: ‘Toen we zagen hoeveel mensen over God wilden leren, waren we erg blij dat we ze de aanmoediging konden geven die het goede nieuws biedt.’

In het dorp Barrancas (Argentinië) bezochten twee verkondigers vóór de pandemie een ouder echtpaar van in de 90 en begonnen de Bijbel met ze te bestuderen. Omdat het huis van het echtpaar zo afgelegen ligt en ze geen stabiele internetverbinding hebben, hadden ze drie jaar lang geen contact met de gemeente. Maar ze bleven elke dag de Bijbel lezen en vroegen Jehovah of iemand weer contact met ze kon opnemen. Ze waren dolgelukkig toen de broeders en zusters tijdens de predikingsactie bij ze kwamen. Ze bedankten Jehovah voor het verhoren van hun gebeden en er werden regelingen getroffen om weer met ze te gaan studeren.

Broeder Eduar Ferreira en zijn vrouw, Alejandra, zijn pioniers uit Montevideo (Uruguay). Zij reisden 400 kilometer om mee te doen met de actie in een afgelegen deel van het land. Hun drie kinderen van 17, 15 en 11 gingen ook mee. Eduar zei: ‘Het was prachtig om onze kinderen met zo veel plezier te zien prediken. We kunnen niet wachten tot er weer zo’n actie komt.’

Jehovah heeft de inspanningen van onze broeders en zusters gezegend, die zich hebben ingezet om in afgelegen gebieden ‘een grondig getuigenis te geven’ (Handelingen 10:42).