Doorgaan naar inhoud

29 SEPTEMBER 2020
AZERBEIDZJAN

EHRM beslist twee keer ten gunste van Jehovah’s Getuigen in Azerbeidzjan

EHRM beslist twee keer ten gunste van Jehovah’s Getuigen in Azerbeidzjan

Op 24 september 2020 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) twee belangrijke uitspraken gedaan ten gunste van Jehovah’s Getuigen in Azerbeidzjan. De eerste uitspraak was in de zaak Valiyev and Others v. Azerbaijan en de tweede uitspraak was in de zaak Religious Community of Jehovah’s Witnesses v. Azerbaijan. Deze uitspraken bevestigen het wettelijke recht van onze broeders en zusters om hun geloof in vrijheid te praktiseren.

In beide zaken gaf Azerbeidzjan in een verklaring toe dat het het wettelijke recht van de Getuigen had geschonden. Ook stemde het erin toe hun een schadevergoeding te betalen van in totaal 19.000 euro. Uit de uitspraak van het EHRM in beide zaken blijkt dat het Hof Azerbeidzjans verklaring heeft aanvaard.

Broeder Valiyev leidt een bijeenkomst in een particulier huis

Valiyev and Others v. Azerbaijan, bij het EHRM ingediend in 2011, betrof onze broeders en zusters in Gandzja. Jarenlang weigerde de overheid in die stad om onze organisatie wettelijk te registreren. Het gevolg was dat politieagenten regelmatig onze vreedzame religieuze bijeenkomsten verstoorden, alle aanwezigen arresteerden en sommigen van hen dure boetes oplegden. Eén broeder werd meerdere keren veroordeeld en heeft in totaal wel 9450 Azerbeidzjaanse manat (toen ongeveer 9000 euro) aan boetes betaald. Sommige broeders en zusters werden zelfs gearresteerd omdat ze de extreem dure boetes niet konden betalen.

De tweede zaak, Religious Community of Jehovah’s Witnesses v. Azerbaijan, werd in 2013 voor het EHRM gebracht omdat Azerbeidzjan een limiet had gesteld aan de hoeveelheid lectuur die kon worden geïmporteerd.

Hoewel Jehovah’s Getuigen in Gandzja nog steeds geen wettelijke registratie hebben gekregen, is de situatie wel sterk verbeterd. In recente jaren hebben de broeders en zusters in kleine groepen in particuliere huizen kunnen vergaderen zonder lastiggevallen te worden door de overheid. En hoewel lectuur door de overheid gecontroleerd moet worden voordat die geïmporteerd kan worden, staat de overheid nu wel toe dat er voldoende lectuur geïmporteerd wordt.

Broeder Kiril Stepanov van de Nieuwsdienst van Jehovah’s Getuigen in Azerbeidzjan zegt: ‘We hopen dat deze belangrijke uitspraak van het EHRM het registratieproces in Gandzja en andere Azerbeidzjaanse steden zal versnellen. We hopen ook dat het in de toekomst niet meer nodig zal zijn om lectuur door de overheid te laten controleren voordat die geïmporteerd kan worden.’

We zijn Jehovah dankbaar voor zijn steun. Deze gunstige uitspraken van rechters zijn een verder bewijs dat ‘geen enkel wapen dat tegen [Gods aanbidders] gesmeed wordt, succes zal hebben’ (Jesaja 54:17).