4 FEBRUARI 2022
AZERBEIDZJAN
VN-Mensenrechtencomité erkent rechten van zusters in Azerbeidzjan die vanwege evangeliseren zijn gearresteerd
Het VN-Mensenrechtencomité (CCPR) heeft in twee uitspraken in november en december 2021 het recht erkend van Jehovah’s Getuigen om hun geloof met anderen te delen. Het ging in beide gevallen om zusters die door de autoriteiten in Azerbeidzjan waren gearresteerd omdat ze anderen over de Bijbel vertelden.
Op 5 november 2021 erkende het CCPR het recht van zuster Matanat Gurbanova en zuster Saadat Muradhasilova om te evangeliseren. De zusters werden gearresteerd nadat de autoriteiten in november 2014 een anonieme klacht hadden ontvangen. Ze kregen elk een boete van 1500 Azerbeidzjaanse manat (772 euro). Het CCPR oordeelde dat de arrestatie onwettig was en eiste dat Azerbeidzjan soortgelijke gevallen in de toekomst voorkomt.
Matanat en Saadat, die ook biologische zussen van elkaar zijn, zeiden: ‘De agenten en de rechter wilden ons intimideren, maar ons geloof is alleen maar gegroeid door alle gebeurtenissen. Jehovah heeft opnieuw bewezen dat zijn hand niet te kort is en dat hij weet wanneer en hoe hij zijn aanbidders moet beschermen.’
In een soortgelijke uitspraak op 21 december 2021 bepaalde het CCPR dat politieagenten in Azerbeidzjan de wet hadden overtreden toen ze zuster Jeyran Azizova en zuster Gulnaz Israfilova arresteerden voor het ‘zich bezighouden met religieuze activiteiten buiten hun wettelijk geregistreerde adres’. In de uitspraak bevestigde het CCPR dat de zusters niets illegaals deden door anderen over hun geloof te vertellen.
Tijdens een bezoek aan vrienden in het district Goranboy (Azerbeidzjan) in november 2016 spraken Jeyran en Gulnaz met anderen over de Bijbel. Een plaatselijke functionaris diende een klacht in bij de politie, waarna de zusters werden gearresteerd. Tijdens de daaropvolgende rechtszaak beschuldigde een rechter de zusters ervan spionnen te zijn en gaf hij ze een boete van 2000 Azerbeidzjaanse manat (1030 euro). Een gerechtshof handhaafde de veroordeling. Daarom wendden de zusters zich tot het CCPR.
Positieve juridische besluiten helpen ons in vrijheid onze belangrijkste activiteit uit te voeren. We zijn blij voor onze zusters, die een mooi voorbeeld zijn in het moedig verspreiden van het goede nieuws (Mattheüs 10:18).