13 OKTOBER 2017
KAZACHSTAN
Kazachstan schuldig bevonden aan arbitraire detentie in zaak Achmedov
De VN-Werkgroep inzake Arbitraire Detentie (WGAD) heeft de overheid van Kazachstan veroordeeld voor de gevangenzetting van Tejmoer Achmedov en heeft om zijn onmiddellijke vrijlating gevraagd. * In de uitspraak die de WGAD op 2 oktober 2017 publiceerde, concludeerde de werkgroep dat Kazachstan zich in het geval van Achmedov schuldig heeft gemaakt aan arbitraire detentie. Achmedov zit sinds 18 januari 2017 gevangen omdat hij volledig geweldloos zijn geloofsovertuiging met anderen deelde.
Conclusies van de WGAD
In de uitspraak concludeerde de WGAD dat Achmedovs gevangenzetting aan de criteria van arbitraire detentie voldoet. Volgens de WGAD had de overheid hem zijn fundamentele recht op vrijheid van godsdienst en meningsuiting ontnomen, hem een eerlijk proces ontzegd en hem gediscrimineerd puur vanwege zijn religieuze activiteiten als een Getuige van Jehovah.
Kazachstan werd er ook openlijk van beschuldigd dat het Achmedov onrechtmatig heeft gearresteerd en vervolgd. De WGAD citeerde een eerdere beslissing van het VN-Mensenrechtencomité waarin Kazachstan wordt veroordeeld voor ‘ruime definities van “extremisme” (...) en het gebruik van wetgeving over extremisme om vrijheid van godsdienst, meningsuiting, vereniging en vergadering te beperken’. Volgens de WGAD vormt die wetgeving ‘een ernstige bedreiging voor het vrij uitoefenen van het recht op godsdienstvrijheid in Kazachstan’ en is ‘de huidige zaak van dhr. Achmedov het bewijs dat die bedreiging reëel is’.
In tegenstelling hiermee beschreef de WGAD de religieuze activiteiten van Achmedov meermaals als ‘volledig geweldloos’ en zei de werkgroep dat zijn religieuze gesprekken met anderen niet aanzetten tot geweld of religieuze haat. De WGAD benadrukte dat de overheid ‘geen enkel voorbeeld kon geven van geweld of van het aanzetten tot geweld door dhr. Achmedov’ en dat de overheid ‘niet heeft uitgelegd hoe eenvoudige bijeenkomsten en vreedzame religieuze gesprekken gelijkgesteld kunnen worden aan zo’n misdaad’. In de uitspraak stond verder dat ‘het voor de Werkgroep duidelijk is dat dhr. Achmedov niets meer heeft gedaan dan zijn recht op vrijheid van godsdienst uitoefenen volgens artikel 18 van het Verdrag’. *
Daarnaast legde de WGAD een verband tussen de manier waarop de overheid Achmedov behandelt en andere bewijzen van religieuze onverdraagzaamheid tegen Jehovah’s Getuigen door de Kazachse autoriteiten. Dat verband werd bevestigd toen de overheid een inval deed in de vergaderplaats van de Getuigen en religieuze lectuur in beslag nam op dezelfde dag dat Achmedov werd gearresteerd.
‘Het is voor de Werkgroep duidelijk dat Achmedov niets meer heeft gedaan dan zijn recht op vrijheid van godsdienst uitoefenen volgens artikel 18 van het Verdrag.’ — Advies, alinea 39.
De overheid van Kazachstan moet stappen ondernemen
De VN-Werkgroep inzake Arbitraire Detentie verzoekt Kazachstan om ‘de nodige stappen te ondernemen om de situatie van Achmedov zo snel mogelijk recht te zetten’. De werkgroep zegt dat de juiste aanpak ‘de onmiddellijke vrijlating van Achmedov zou zijn en het verlenen van een afdwingbaar recht op compensatie en andere schadevergoedingen’. De WGAD vraagt ook dat Kazachstan zijn wetgeving en praktijken aanpast aan de internationale verplichtingen die de regering is aangegaan, zodat het niet opnieuw dezelfde fouten zou maken die tegen Achmedov zijn begaan.
Op 13 oktober 2017 dienden de advocaten van Achmedov bij het Hooggerechtshof van Kazachstan het verzoek in om de uitspraak van de WGAD onmiddellijk na te leven, Achmedov vrij te spreken en hem onmiddellijk vrij te laten.
Jehovah’s Getuigen over de hele wereld zijn dankbaar dat de situatie van Achmedov internationaal erkend wordt als onrechtvaardig en dat eruit blijkt dat er meer respect voor godsdienstvrijheid in Kazachstan nodig is. Ze verwachten dat de overheid van Kazachstan de uitspraak van de VN-Werkgroep inzake Arbitraire Detentie zal toepassen en Achmedov onmiddellijk zal vrijlaten.
^ ¶2 VN-Mensenrechtenraad, Opinions adopted by the Working Group on Arbitrary Detention at its 79th session: No. 62/2017, Kazakhstan, U.N. Doc. A/HRC/WGAD/2017/62 (25 augustus 2017).
^ ¶6 Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten