Doorgaan naar inhoud

2 MAART 2015
KIRGIZIË

Wat zal er gebeuren met de godsdienstvrijheid in Kirgizië?

Wat zal er gebeuren met de godsdienstvrijheid in Kirgizië?

Toen de Constitutionele Kamer van het Hooggerechtshof op 4 september 2014 delen van de godsdienstwet van 2008 in strijd met de grondwet achtte, kwam religieuze vrijheid in Kirgizië een stap dichterbij. Hierdoor werd het voor Jehovah’s Getuigen mogelijk om in het zuiden van Kirgizië officieel geregistreerd te worden als kerkgenootschap. *

Ondanks deze uitspraak weigert het Staatscomité voor Religieuze Zaken nog steeds om Getuigen in het zuiden van Kirgizië officieel te registreren. Het Staatscomité stelt dat deze wet in haar huidige vorm van kracht blijft zolang het parlement geen wijzigingen op de godsdienstwet van 2008 heeft ingevoerd, en dat Jehovah’s Getuigen daarom niet in aanmerking komen voor wettelijke registratie. Dit heeft tot gevolg dat dezelfde religieuze activiteiten die in het noorden geregistreerd zijn en ongestoord uitgeoefend worden, in het zuiden op vooroordeel stuiten en aan banden worden gelegd. *

Gearresteerd wegens niet-geregistreerde religieuze activiteiten

Op 30 juni 2014 gebruikte Zhyldyz Zhumalieva (46) een deel van haar vrije tijd om met andere mensen over haar geloof te praten in de stad Naryn (Zuidoost-Kirgizië). Daar werd ze door de plaatselijke autoriteiten gearresteerd en veroordeeld omdat ze als lid van een niet-geregistreerde plaatselijke religieuze organisatie haar geloof met anderen deelde. * Sinds de onafhankelijkheid van Kirgizië was dit de eerste keer dat een Getuige werd veroordeeld wegens het deelnemen aan religieuze activiteiten.

Toen Zhumalieva in beroep was gegaan, nam de rechtbank de zaak op 5 augustus 2014 in behandeling. De rechters stelden veel vragen om zich te informeren over Jehovah’s Getuigen en de boodschap die ze met anderen delen. Nadat het bewijsmateriaal was onderzocht, schortten de rechters de zaak op in afwachting van de publicatie van de bovengenoemde uitspraak van de Constitutionele Kamer.

Later werd de zaak van Zhumalieva door de rechtbank van Naryn hervat. De rechtbank ontdekte geen administratieve overtreding en merkte op dat alle burgers het grondwettelijke recht hebben om hun geloof te belijden. Voortbordurend op de uitspraak van de Constitutionele Kamer vermeldde de rechtbank dat Jehovah’s Getuigen in Kirgizië landelijk geregistreerd zijn. De rechtbank vernietigde de veroordeling van de strafrechter maar de aanklager ging in hoger beroep omdat de uitspraak van de Constitutionele Kamer volgens hem losstond van de strafzaak. Op 24 december 2014 verwierp het Hooggerechtshof zijn beroep zodat de vrijspraak van Zhumalieva door de rechtbank van Naryn van kracht bleef en haar recht om haar geloofsovertuiging met anderen te delen werd erkend.

Gerechtigheid in Osj ondanks verzonnen aanklachten

In 2013 kregen Oksana Koriakina en haar moeder, Nadezjda Sergienko, huisarrest omdat ze strafbare feiten zouden hebben gepleegd terwijl ze hun geloof met anderen deelden. De autoriteiten in Osj gebruikten deze verzonnen aanklachten om Jehovah’s Getuigen te beschuldigen van ‘illegale religieuze activiteiten’. Ze houden vol dat Jehovah’s Getuigen op geen enkele manier hun geloof in het openbaar mogen belijden als ze niet als plaatselijke religieuze organisatie geregistreerd zijn.

De strafrechter in Osj sprak beide vrouwen vrij. In zijn uitspraak op 7 oktober 2014 stelde de rechter vast dat er bij het strafrechtelijk onderzoek grove fouten waren gemaakt en dat Koriakina en Sergienko alleen maar waren vervolgd omdat ze Jehovah’s Getuigen zijn.

De aanklager in Osj ging in beroep om de uitspraak van de strafrechter nietig te laten verklaren. Hij diende een verzoek in tot een nieuw strafrechtelijk onderzoek om de fouten te ‘repareren’ zodat hij Koriakina en Sergienko opnieuw zou kunnen dagvaarden. Toen de rechtbank het verzoek van de aanklager afwees, ging hij in hoger beroep bij het Hooggerechtshof van Kirgizië, dat bepaalde dat de zitting op 3 maart 2015 plaats zou vinden. De Getuigen hopen dat het Hooggerechtshof een uitspraak zal doen waarmee het recht zal zegevieren.

Zal Kirgizië religieuze vrijheid bevorderen of beperken?

Een Getuige van Jehovah die aanwezig was bij de zitting van Zhyldyz Zhumalieva zei: ‘Sinds 1998 hebben plaatselijke autoriteiten het ons moeilijk gemaakt omdat we niet wettelijk geregistreerd zijn in Naryn. We hopen dat we door de uitspraken van het Hooggerechtshof eindelijk officieel geregistreerd kunnen worden.’

Jehovah’s Getuigen hopen dat ze in Naryn, Osj en elders in het zuiden van Kirgizië wettelijk geregistreerd zullen worden zodat ze hun vreedzame religieuze activiteiten kunnen voortzetten zonder te worden lastiggevallen. Als Kirgizië gehoor geeft aan het Hooggerechtshof zal het daarmee de religieuze vrijheid van zijn burgers bevorderen.

^ ¶2 Zie voor een verslag van de uitspraak van de Constitutionele Kamer van het Hooggerechtshof op 4 september 2014 het artikel ‘Hooggerechtshof van Kirgizië komt op voor godsdienstvrijheid Jehovah’s Getuigen’.

^ ¶3 De Getuigen hebben een landelijke registratie en in het noorden van het land een plaatselijke registratie. Maar plaatselijke registratie in het zuiden is tot nu toe steeds afgewezen.

^ ¶5 Artikel 395(2) van de Administratieve Code van Kirgizië verbiedt overtreding van de ‘voorschriften voor het organiseren en houden van religieuze bijeenkomsten, processies en andere religieuze ceremonies’.