Op 6 februari 2020 sloegen cipiers van Strafkolonie nr. 1 in Orenburg (Rusland) vijf van onze broeders met knuppels in elkaar. Het gaat om de broeders Aleksej Boedentsjoek, Gennadi German, Roman Gridasov, Feliks Machammadiëv en Aleksej Miretski. Broeder Machammadiëv werd daarna in het ziekenhuis opgenomen met een gebroken rib, een doorboorde long en een beschadigde nier. De broeders Boedentsjoek, German, Gridasov en Miretski werden in een strafcel geplaatst op grond van absurde, verzonnen beschuldigingen, waaronder het roken van sigaretten — iets dat onder Jehovah’s Getuigen verboden is.

Zoals eerder werd bericht, werden de vijf broeders, samen met een zesde broeder, Konstantin Bazjenov, op 19 september 2019 door rechter Dmitri Larin van de Leninski-rechtbank in Saratov veroordeeld. Ze kregen gevangenisstraffen variërend van twee tot drieënhalf jaar. Op 20 december 2019 werd hun beroep door de rechtbank van Saratov afgewezen. Enkele weken later werden de zes broeders overgeplaatst naar de gevangenis. Broeder Bazjenov werd naar Strafkolonie nr. 3 in de regio Oeljanovsk gestuurd en was er dus niet bij toen de martelingen in Strafkolonie nr. 1 plaatsvonden.

Zodra de vijf broeders op 6 februari 2020 in Strafkolonie nr. 1 aankwamen, werden ze geslagen. Pas de volgende dag werden ze door artsen onderzocht. Daarbij werd geconstateerd dat broeder Machammadiëv hoge koorts had, en er werd bloed in zijn urine ontdekt. Het gevangenisbestuur wilde pas een ambulance bellen nadat broeder Machammadiëv gedwongen was om een document te ondertekenen waarop stond dat hij gewoon ‘uitgegleden was in de badkamer’. Broeder Machammadiëv werd in het ziekenhuis opgenomen en onderging een operatie waarbij een drain in zijn long werd geplaatst voor het afvoeren van overtollig vocht. Uit onderzoeken bleek ook dat broeder Machammadiëv sterk ondervoed was. Het gevangenisbestuur had namelijk het speciale voedsel dat hij als coeliakiepatiënt nodig heeft, in beslag genomen.

We voelen mee met onze broeders in Rusland die zo onrechtvaardig en onmenselijk behandeld worden. We zijn ervan overtuigd dat Jehovah hen zal blijven steunen terwijl ze trouw volharden (Filippenzen 1:27, 28).