Doorgaan naar inhoud

Van links naar rechts: Ivan Poejda in een cel in de rechtszaal, zijn vader Grigori Poejda en zijn opa Pjotr Partsej

14 OKTOBER 2020
RUSLAND

Drie generaties van trouwe dienst ondanks vervolging door de staat

Drie generaties van trouwe dienst ondanks vervolging door de staat

Broeder Ivan Poejda houdt moedig stand ondanks strafrechtelijke vervolging. Hij put daarbij kracht uit het voorbeeld van zijn vader en opa

Ivan heeft mooie herinneringen aan de tijd dat zijn vader, Grigori, ’s avonds thuiskwam en hem en de zeven andere kinderen voorlas uit Mijn boek met bijbelverhalen. Hij kan zich ook nog goed herinneren dat hij samen met zijn vader predikte in Kvitok, het kleine dorp waar ze woonden. Hij kwam dan regelmatig bij leraren en klasgenoten aan de deur. Als tiener predikte Ivan met zijn opa van moederskant, Pjotr Partsej, in niet-toegewezen gebied. Hij zag dan zijn opa’s ijver en zelfopoffering van dichtbij.

Ivan zag zijn vader en opa vaak de Bijbel en Bijbelse lectuur lezen en hij nam zich voor om hun voorbeeld te volgen.

Maar nu, op z’n 41ste, treedt hij op een onverwachte manier in hun voetstappen: door te worden gearresteerd en gevangengezet voor het dienen van Jehovah. Op 30 mei 2018 werd Ivan door FSB-agenten gearresteerd. Hij heeft vier maanden in de gevangenis gezeten. Daarna heeft hij nog zes maanden onder huisarrest gestaan. Zijn opa, Pjotr Partsej, is vroeger meerdere keren gevangengezet, eerst door de nazi’s en daarna door de Sovjets. Ook zijn vader, Grigori Poejda, is gevangengezet door de Sovjets.

Ivan vertelt: ‘Paulus schreef in 2 Timotheüs 3:14: “Blijf bij wat je hebt geleerd en waarin je bent gaan geloven doordat je daarvan overtuigd werd. Want je weet van wie je het hebt geleerd.” Ik wist van wie ik de waarheid had geleerd, en dat gaf me kracht. Het politieke systeem en de gevangenis kon hen niet breken, en er komt altijd een eind aan vervolging. Nu loop ik in hun voetstappen. Zolang ik trouw blijf, weet ik wat het eindresultaat zal zijn.’ Ivan is momenteel in afwachting van de uitspraak van de rechter.

Ivan zegt dat als zijn vader en opa vroeger verhalen over de gevangenis vertelden, die niet over de omstandigheden gingen, maar over hoe ze daar konden prediken.

Grigori is nu 64 jaar. Hij werd in 1975 gedoopt. Hij zat toen al een jaar in een Sovjetwerkkamp voor het weigeren van militaire dienst. In 1977 kwam hij vrij. In 1986 moest hij nog eens een jaar naar de gevangenis voor het bezit van verboden Bijbelse lectuur. Grigori’s vader, die ook Ivan heet, had van 1944 tot 1950 in een werkkamp gezeten vanwege zijn christelijke neutraliteit.

Grigori vertelt: ‘Ik kon de vervolging doorstaan omdat ik een sterk geloof had ontwikkeld. Ik twijfelde er geen moment aan dat ik in de waarheid wandelde en dat Jehovah de ware God is.’

Nu maakt zijn zoon hetzelfde mee. Grigori zegt: ‘Ik zie nu hetzelfde gebeuren als wat we in de Sovjet-Unie meemaakten. Daarom bid ik dat Ivan trouw zal blijven en met zijn volharding Jehovah’s naam zal eren.’

In 1943 werd Ivans opa, Pjotr Partsej, die inmiddels gestorven is, door de nazi’s naar kamp Majdanek gestuurd en vervolgens naar Ravensbrück, omdat hij weigerde een document te ondertekenen waarin hij zijn geloof afzwoer. Hij werd in 1945 door de geallieerden bevrijd. In 1952 werd hij opnieuw gearresteerd. Hij werd ter dood veroordeeld, maar zijn straf werd omgezet in een lichtere straf en in 1956 kwam hij vrij. In 1958 werd broeder Partsej opnieuw wegens zijn geloof gearresteerd. Hij kwam vrij in 1964.

‘Mijn opa’s voorbeeld van trouw heeft ook mij gesterkt’, zegt Ivan. ‘Na zijn opstanding ga ik hem vertellen dat ik soortgelijke beproevingen heb meegemaakt en dat zijn voorbeeld me heeft gemotiveerd om moedig en trouw te blijven.’

‘Niemand kan me mijn geloof in mijn God Jehovah en mijn liefde voor hem afnemen’, zegt Ivan. ‘Ik zeg steeds weer tegen de ondervragers: “Het enige dat jullie kunnen doen is me arresteren en in de gevangenis zetten, maar voor de rest hebben jullie dreigementen geen kracht.”’

Wat hielp onze broeders tijdens hun beproevingen?

Ivan vertelt: ‘In Handelingen 14:22 staat: “We moeten door veel moeilijkheden heen om Gods Koninkrijk binnen te gaan.” Elke christen zal beproevingen meemaken. Dat hoeft niet per se een gevangenisstraf te zijn. Het kan ook een ziekte zijn of de dood van een dierbare. Alles hangt af van onze houding en onze geestelijke instelling. Jehovah staat altijd klaar om zijn aanbidders te steunen.’

Zijn vader, Grigori, vertelt: ‘Werk aan een sterke band met Jehovah. Word een echte vriend van hem. Het is belangrijk dat je jezelf er volledig van overtuigt dat de waarheid elk offer waard is. Je inspanningen zullen worden beloond.’

Het is aanmoedigend te lezen hoe Jehovah onze broeders en zusters steunt die vanwege hun geloof worden vervolgd. We blijven bidden dat onze broeders en zusters in Rusland moedig blijven en kracht putten uit Jehovah’s belofte: ‘Wees niet bang. (...) Je beloning zal heel groot zijn’ (Genesis 15:1).