De rechtbank van Birobidzjan (Joodse Autonome Oblast) heeft Alam Aliëv, Valeri Kriger, Sergej Sjoeljarenko en Dmitri Zagoelin schuldig bevonden. Broeder Aliëv is veroordeeld tot zesenhalf jaar gevangenisstraf en broeder Zagoelin tot drieënhalf jaar. Broeder Kriger en broeder Sjoeljarenko zijn beiden veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar. Alle vier zijn in de rechtszaal in hechtenis genomen.

Alam Aliëv

• Geboren: 1963 (Lyaki, Azerbeidzjan)

• Achtergrond: Diende in het leger van de Sovjet-Unie in Duitsland. Werkte later op een vissersboot. Verhuisde in 1989 naar Chabarovsk (Rusland). Werkt momenteel in een fabriek

  Begon kort na aankomst in Rusland de Bijbel te bestuderen. In 1991 gedoopt. In 2015 met Svetlana getrouwd. Ze houden van het buitenleven

Valeri Kriger

• Geboren: 1968 (Joodse Autonome Oblast)

• Achtergrond: Opgegroeid in een niet-religieus gezin. Hield als kind van acrobatiek. Opgeleid tot massagetherapeut en heeft momenteel zijn eigen praktijk. In 1994 gedoopt. In 2017 met Natalja getrouwd. Ze houden van volleyballen en het buitenleven

Sergej Sjoeljarenko

• Geboren: 1984 (Chabarovsk)

• Achtergrond: Woonde als kind in Turkmenistan omdat zijn vader daar in het leger diende. Uiteindelijk assistent-monteur geworden. Houdt van portrettekenen en nieuwe talen leren. Via zijn moeder over Jehovah geleerd. In 1997 op 13-jarige leeftijd gedoopt

Dmitri Zagoelin

• Geboren: 1973 (Chabarovsk)

• Achtergrond: Wilde als kind soldaat worden. Heeft aan vechtsporten gedaan en kreeg training in parachutespringen. Werkt momenteel voor een spoorwegmaatschappij. Begon in 1991 de Bijbel te bestuderen. In 1992 gedoopt. In 2012 met Tatjana getrouwd

Op 17 mei 2018 werd door 150 agenten een operatie met de codenaam ‘Oordeelsdag’ uitgevoerd in Birobidzjan. Alam Aliëv werd aangeklaagd en acht dagen in voorarrest geplaatst vanwege het ‘organiseren van de activiteiten van een extremistische organisatie’. Valeri Kriger, Sergej Sjoeljarenko en Dmitri Zagoelin werden ook aangeklaagd. De vier broeders mogen de regio niet verlaten. Bovendien zijn de vrouwen van Alam, Valeri en Dmitri in afzonderlijke zaken aangeklaagd.

Voordat Alam werd gearresteerd deed hij nazoekwerk over vervolging. Hij sprak ook met anderen in de gemeente over wat hij had geleerd. Hij zegt: ‘Ik moedigde broeders en zusters aan om het onder vervolging niet op te geven. Dat was precies op tijd, want exact één week later werden de huizen van 21 gezinnen in onze gemeente doorzocht.’

Door de reisbeperkingen konden Valeri en zijn vrouw, Natalja, het congres van Jehovah’s Getuigen in Seoul (Zuid-Korea) niet bijwonen. Ook mochten ze zijn ouders, die in Israël wonen, niet bezoeken. Helaas overleed zijn vader in februari 2019. Enkele maanden daarvoor was zijn moeder aan haar wervelkolom geopereerd en had ze fulltime zorg nodig. Valeri is ervan overtuigd dat Jehovah steun bood. Hoewel zijn ouders geen Getuigen van Jehovah zijn, waren het de Getuigen in Israël die hielpen met de zorg voor zijn moeder. Hij vertelt: ‘We baden tot Jehovah over de situatie met mijn moeder, en Jehovah verhoorde onze gebeden. Onze geloofsgenoten in Israël boden mijn moeder emotionele steun. Ze bezochten haar, praatten met haar en nodigden haar uit voor onze bijeenkomsten. Wij konden niet bij mijn moeder zijn, maar we zagen hoe Jehovah ons via de internationale broederschap hielp.’

Voor Dmitri bevestigt de vervolging iets wat hij al wist. Hij zegt: ‘Als alles goed gaat en je aanbidding van God niet wordt beperkt, heb je misschien de neiging je geestelijke schatten voor lief te nemen en ze te verwaarlozen. Maar als de autoriteiten je het recht om God in vrijheid te aanbidden afnemen, begrijp je hoe belangrijk het is om volledig gebruik te maken van je mogelijkheden en je op eventuele vervolging voor te bereiden. Het is dan ook verstandig om de vrijheid die je nu hebt te gebruiken om ‘schatten in de hemel te verzamelen’. Dat helpt je om tot het einde te volharden en je geloof sterk te houden’ (Mattheüs 6:20).

We zien duidelijk dat Jehovah onze lieve broeders en zusters in Rusland de ‘kracht die wat normaal is te boven gaat’ geeft om te kunnen volharden (2 Korinthiërs 4:7).