Doorgaan naar inhoud

Vladimir Aloesjkin vóór zijn arrestatie

13 NOVEMBER 2019
RUSLAND

VN roept Rusland op om broeder Aloesjkin vrij te laten

VN roept Rusland op om broeder Aloesjkin vrij te laten

De VN-Werkgroep inzake Arbitraire Detentie (WGAD) heeft een 12 bladzijden tellende opinie gepubliceerd waarin de onrechtmatige arrestatie en detentie van broeder Vladimir Aloesjkin in Rusland wordt veroordeeld. Het rapport roept Rusland op om broeder Aloesjkin vrij te laten en hem een passende compensatie te betalen voor de schending van zijn rechten.

Broeder Aloesjkin werd op 15 juli 2018 gearresteerd nadat zo’n tien gemaskerde politieagenten met aanvalsgeweren zijn huis waren binnengedrongen. Ze doorzochten de flat bijna vier uur lang en namen mobiele telefoons, andere apparatuur, Bijbels en lectuur in beslag. Vervolgens namen ze broeder Aloesjkin voor ondervraging mee naar het kantoor van de recherche.

Vladimir Aloesjkin in de Pervomajski-rechtbank in Penza (januari 2019)

Broeder Aloesjkin werd twee dagen vastgehouden in een plaatselijk detentiecentrum. Daarna gaf de Pervomajski-rechtbank in Penza opdracht om hem twee maanden in een ander detentiecentrum in voorarrest te houden. Dat voorarrest werd tweemaal door de rechtbank verlengd. Na bijna zes maanden voorarrest werd hij onder huisarrest geplaatst, dat tot op de dag van vandaag voortduurt.

In de hoop te worden vrijgesproken en vrijgelaten heeft broeder Aloesjkin een verzoekschrift ingediend bij de WGAD. Dit panel van onafhankelijke mensenrechtenexperts met een mandaat van de VN-Mensenrechtenraad behandelt individuele klachten over onrechtmatige detentie door de politie en over huisarrest, voorarrest en gevangenisstraf die onrechtmatig door rechtbanken worden opgelegd.

De WGAD heeft Ruslands bewering dat broeder Aloesjkin had deelgenomen aan extremistische activiteiten grondig onderzocht en kwam tot de volgende conclusie: ‘Het enige waar de heer Aloesjkin aan deelnam, waren vreedzame godsdienstige besprekingen. Het is de Werkgroep duidelijk dat de heer Aloesjkin alleen maar het recht op godsdienstvrijheid heeft uitgeoefend dat geboden wordt door artikel 18 van het Verdrag [Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten, waarbij Rusland partij is].’ Daarom staat in de opinie dat ‘de Werkgroep wil benadrukken dat de heer Aloesjkin niet gearresteerd en in voorarrest geplaatst had mogen worden en dat hij niet berecht mag worden’. Verder roept de WGAD de Russische overheid op om ‘de situatie van de heer Aloesjkin zonder uitstel op te lossen’ en dringt erop aan ‘de juiste maatregel te nemen en de heer Aloesjkin onmiddellijk vrij te laten’.

De WGAD erkende ook dat het geval van broeder Aloesjkin niet op zichzelf staat. Hij is ‘slechts één van het toenemende aantal Jehovah’s Getuigen in de Russische Federatie die gearresteerd, gevangengezet en strafrechtelijk aangeklaagd zijn, alleen maar omdat ze hun godsdienstvrijheid uitoefenen’, een recht dat beschermd wordt door internationale wetgeving. Om een standpunt in te nemen tegen de bredere vervolging van onze geloofsgenoten in Rusland, vermeldt de WGAD expliciet dat deze opinie niet alleen van toepassing is op de zaak van broeder Aloesjkin, maar op alle Getuigen van Jehovah ‘in een vergelijkbare situatie’.

De Russische overheid heeft nog niets gedaan met de aanbevelingen van de WGAD. In plaats daarvan hebben de autoriteiten in Penza de zaak van broeder Aloesjkin in augustus 2019 voor de rechter gebracht. Er zijn hoorzittingen gepland op 15, 19 en 22 november 2019.

Hoewel we hopen dat de Russische rechtbank de opinie van de WGAD in aanmerking zal nemen bij de definitieve uitspraak in de zaak tegen broeder Aloesjkin, stellen we net als de psalmist ons volledige vertrouwen in Jehovah: ‘Ik zal niet bang zijn. (...) Jehovah staat aan mijn kant als mijn helper (...). Je kunt beter schuilen bij Jehovah’ (Psalm 118:6-9).