Doorgaan naar inhoud

1 OKTOBER 2014
RUSLAND

Getuigen gaan bij het Russische Hooggerechtshof in beroep tegen ontbinding van hun rechtspersoon in Samara

Getuigen gaan bij het Russische Hooggerechtshof in beroep tegen ontbinding van hun rechtspersoon in Samara

Op 8 oktober 2014 zal het Hooggerechtshof van de Russische Federatie het beroep behandelen dat Jehovah’s Getuigen in Samara hebben aangetekend tegen de ontbinding van hun Plaatselijke Religieuze Organisatie (PRO). In een vonnis had een lagere rechter de PRO eerder al extremistisch verklaard. Als het Hooggerechtshof dit vonnis niet vernietigt, zou dit voor de ruim 1500 Getuigen van Jehovah in Samara weleens ernstige gevolgen kunnen hebben.

Het Openbaar Ministerie in Samara zet agressieve tactieken in

In april 2014 werden juridische stappen tegen de PRO ondernomen toen het Openbaar Ministerie in Samara een verzoekschrift bij de rechtbank indiende om de PRO te ontbinden wegens „extremistische activiteiten”. Nog voordat de zaak bij de rechtbank diende, werd de PRO door de aanklager op non-actief gesteld en werd er tijdelijk beslag gelegd op haar eigendommen. Na dit besluit, maar voordat de rechtszaak zelfs nog maar begonnen was, plaatste het Russische ministerie van Justitie de PRO in Samara op een lijst met religieuze organisaties die op non-actief zijn gesteld wegens extremistische activiteiten. Op 29 mei 2014 deed rechter Sjabayeva een uitspraak ten gunste van de aanklager en gaf ze opdracht de PRO te ontbinden en de eigendommen ervan te confisqueren.

Dit is niet de eerste keer dat het Openbaar Ministerie in Samara probeert de PRO in Samara te ontbinden. In 2009 diende het ook al eens een aanklacht in maar die werd later weer ingetrokken. In de huidige zaak gebruikten de autoriteiten in Samara andere tactieken om hun doel te bereiken.

PRO ontbonden op twijfelachtige gronden

De politie doorzocht in januari 2013 en in januari 2014 de ruimtes die de Getuigen voor hun bijeenkomsten gebruiken. Ze ’vonden’ daar religieuze publicaties die op de Federale Lijst van Extremistisch Materiaal staan. Naar aanleiding van de huiszoeking van 2013 gaf het Openbaar Ministerie in Samara de PRO een waarschuwing. Toen de politie in januari 2014 opnieuw religieuze publicaties aantrof, begon de aanklager een strafrechtelijke procedure. Op 7 maart 2014 achtte de rechtbank van het district Sovetskiy de PRO strafbaar en werd er een boete opgelegd van 50.000 roebel (zo’n 1000 euro). De Getuigen in Samara zijn ervan overtuigd dat de politie de publicaties bij beide huiszoekingen zelf heeft neergelegd. Ook zijn de Getuigen het niet eens met het feit dat hun publicaties door Russische rechtbanken als extremistisch bestempeld worden. Ze hebben de zaak dan ook aanhangig gemaakt bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens.

Nadat de Getuigen door de rechtbank van het district Sovetskiy veroordeeld waren, diende het Openbaar Ministerie in Samara in april 2014 een aanklacht in bij de rechtbank van Samara. De beschuldiging was extremisme, het doel de ontbinding van de PRO. De advocaten van de Getuigen voerden voor de rechter aan dat de ontbinding van de PRO ongegrond was en dat er niets extremistisch is aan de activiteiten of leerstellingen van Jehovah’s Getuigen of de PRO. Ze voerden ook aan dat de ’verboden’ publicaties tijdens de huiszoekingen door de politie zelf waren neergelegd. Toch bepaalde rechter Sjabayeva dat de PRO in Samara ontbonden moest worden.

Zullen de Russische autoriteiten de godsdienstvrijheid blijven schenden?

In de zaak in Samara organiseren de Russische autoriteiten hun acties tegen Jehovah’s Getuigen op dezelfde zorgvuldige manier als in Taganrog, waar ze voor het eerst de federale wet tegen extremistische activiteiten ten onrechte toepasten op de activiteiten van de Getuigen. De autoriteiten slaagden er in 2009 in de PRO in Taganrog te ontbinden waarna ze een strafzaak tegen afzonderlijke Getuigen aanspanden. Die strafzaak leidde er uiteindelijk toe dat zeven plaatselijke Getuigen veroordeeld werden, alleen maar omdat ze religieuze bijeenkomsten hadden bijgewoond. De Getuigen in Samara zijn bang dat hun zaak een soortgelijke afloop zal hebben.

Hoe ver zullen de Russische autoriteiten gaan in hun aanval op de godsdienst van Jehovah’s Getuigen? Sinds juni 2014 zijn de Getuigen in verschillende delen van Rusland valselijk beschuldigd van het verspreiden van zogenaamd religieus-extremistische publicaties. Jehovah’s Getuigen in Samara hopen dat het Russische Hooggerechtshof al het onrecht in hun zaak ongedaan zal maken.