Zoals eerder gemeld werd broeder Roestamjon Norov (nu 22) op 21 september 2021 vervroegd uit een gevangenis in Tadzjikistan vrijgelaten vanwege een amnestiewet die eerder die maand was ingegaan. Hij bracht in totaal drie maanden in voorarrest door. Op 10 mei 2021 werd hij overgebracht naar een gevangenis in Javan om zijn gevangenisstraf van drieënhalf jaar uit te zitten. Tijdens zijn voorarrest, rechtszaak en gevangenisstraf waren degenen die in contact kwamen met Roestamjon onder de indruk van zijn goede gedrag en zijn oprechtheid.

Tijdens de rechtszaak kwam een kolonel naar Roestamjon toe om hem een hand te geven. Hij zei dat hij veel respect had voor Roestamjons moed en vastberadenheid. Toen zei hij: ‘Elke gelovige zou als jij moeten zijn.’ Verder zei hij: ‘Denk je eens in. Over een tijdje, als er vervangende dienst bestaat in Tadzjikistan, zal jouw naam in het rijtje staan van personen die offers hebben gebracht voor dit burgerrecht.’

Ook toen Roestamjon in de gevangenis zat, gaf hij een goed getuigenis aan anderen. Vanwege zijn voorbeeldige gedrag mocht hij een speciale, door de Europese Unie gesponsorde cursus volgen die bedoeld is om gevangenen te helpen werk te vinden na hun vrijlating. Na de cursus kreeg Roestamjon van het gevangenisbestuur een certificaat en een brief waarin ze hun waardering voor zijn ijver uitspraken. Roestamjon vertelt dat de autoriteiten zijn voorbeeldige gedrag toeschreven aan zijn gehoorzaamheid aan de Bijbel.

Voordat Roestamjon werd vrijgelaten, wist hij niet zeker of de amnestiewet voor hem zou gelden. Andere gevangenen waren er echter van overtuigd dat hij zou worden vrijgelaten, omdat hij zo’n goede reputatie had in de gevangenis. Ook het gevangenispersoneel dacht er zo over.

Trouwe jonge Getuigen, zoals Roestamjon, die vanwege hun neutraliteit worden gevangengezet en die trouw blijven, laten hun ‘licht voor de mensen schijnen’. Bovendien eren ze Jehovah met hun ‘goede daden’ (Mattheüs 5:16).