Doorgaan naar inhoud

Maksat Jumadurdyyev

28 JANUARI 2021
TURKMENISTAN

Maksat Jumadurdyyev tweede keer gevangengezet wegens dienstweigering op grond van gewetensbezwaren

Maksat Jumadurdyyev tweede keer gevangengezet wegens dienstweigering op grond van gewetensbezwaren

Uitspraak

Op 18 januari 2021 heeft een Turkmeense rechtbank broeder Maksat Jumadurdyyev veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf wegens dienstweigering op grond van gewetensbezwaren.

Profiel

Maksat Jumadurdyyev

  • Geboren: 2000 (Seydi, provincie Lebap)

  • Achtergrond: Heeft twee zussen. Een voorbeeldige student. Houdt van sporten. Kan goed tekenen en schilderen. Staat in zijn omgeving bekend als bescheiden, eerlijk en hardwerkend

    Begon in 2018 de Bijbel te bestuderen. In 2019 gedoopt. Is als enige van zijn gezin een Getuige van Jehovah

Voorgeschiedenis

Broeder Maksat Jumadurdyyev heeft al een jaar in de gevangenis gezeten omdat hij weigerde in het leger te gaan. Op 17 juli 2019 werd hij vrijgelaten. In Turkmenistan kunnen gewetensbezwaarde dienstweigeraars twee keer worden vervolgd. Daarom werd hij in maart 2020 weer opgeroepen voor militaire dienst. Via een schriftelijke verklaring gaf hij aan dat hij weigerde in dienst te gaan, ook al wist hij dat hij daardoor waarschijnlijk weer naar de gevangenis zou moeten.

Na meerdere ondervragingen en medische onderzoeken kreeg Maksat op 30 december 2020 te horen dat er weer een strafzaak tegen hem was begonnen. Ook werd zijn paspoort in beslag genomen.

Zijn eerste rechtszaak en gevangenisstraf waren heel moeilijk. Maksat zegt: ‘Toen ik in 2018 naar de gevangenis moest, vond ik het het moeilijkst om niet bij mijn ouders te kunnen zijn. (...) Mijn ouders zijn geen Getuigen van Jehovah en ze zeiden dat als ik mijn besluit zou doorzetten, ze me niet zouden steunen.’

Hij zegt verder: ‘De woorden in Markus 10:29, 30 hebben me geholpen het vol te houden toen ik van mijn familie en vrienden gescheiden was. Jezus zei dat als we iets verliezen voor hem of voor het goede nieuws, we 100 keer meer zullen krijgen.’

In de gevangenis merkte Maksat steeds weer dat Jehovah zijn gebeden snel beantwoordde en hem bij moeilijkheden hielp. Hij dacht vaak aan de woorden in Jozua 1:9, waar staat: ‘Wees moedig en sterk. Laat je niet door angst verlammen, want Jehovah, je God, is met je, waar je ook gaat.’

Vóór deze tweede rechtszaak liet Maksat weten dat hij vastbesloten was zijn door de Bijbel gevormde geweten te volgen. Hij zei: ‘Ook als ik voor de tweede keer naar de gevangenis moet, vertrouw ik erop dat Jehovah me zal helpen. De raad in Filippenzen 4:6, 7 helpt me moedig te zijn en kalm te blijven.’

We blijven bidden voor onze broeder, Maksat, en voor andere moedige jonge broeders die Jehovah’s soevereiniteit ondersteunen. We vertrouwen erop dat Jehovah de getrouwheid van onze broeders en zusters in de gevangenis rijkelijk zal belonen (Openbaring 2:10).