Zacharia 4:1-14

  • Visioen 5: lampenstandaard en twee olijfbomen (1-14)

    • ‘Niet door kracht, maar door mijn geest’ (6)

    • Dag kleine begin niet verachten (10)

4  De engel die met me sprak kwam terug en wekte me zoals je iemand uit zijn slaap wekt.  Toen zei hij tegen me: ‘Wat zie je?’ Ik antwoordde: ‘Ik zie een lampenstandaard, helemaal van goud,+ met een schaal erboven. Er zitten zeven lampen aan,+ ja, zeven. De lampen, die bovenaan zitten, hebben zeven buisjes.  Daarnaast staan twee olijfbomen,+ één rechts en één links van de schaal.’  Toen vroeg ik aan de engel die met me sprak: ‘Wat betekenen die dingen, mijn heer?’  ‘Weet je niet wat die dingen betekenen?’, vroeg de engel die met me sprak. Ik antwoordde: ‘Nee, mijn heer.’  Toen zei hij tegen me: ‘Dit is het woord van Jehovah tot Zerubba̱bel: “‘Niet door een legermacht of door kracht,+ maar door mijn geest’,+ zegt Jehovah van de legermachten.  Wie ben jij, grote berg? Voor de ogen van Zerubba̱bel+ zul je in vlak land* veranderen.+ Hij zal de sluitsteen aandragen terwijl men juicht: ‘Prachtig! Prachtig!’”’  Het woord van Jehovah kwam opnieuw tot mij:  ‘De handen van Zerubba̱bel hebben het fundament van dit huis gelegd+ en zijn eigen handen zullen het voltooien.+ Jullie zullen moeten weten dat Jehovah van de legermachten me naar jullie heeft gestuurd. 10  Wie heeft de dag van het kleine begin* veracht?+ Want ze zullen juichen en het schietlood* in de hand van Zerubba̱bel zien. Die zeven zijn de ogen van Jehovah, die de hele aarde rondgaan.’+ 11  Toen vroeg ik hem: ‘Wat betekenen die twee olijfbomen rechts en links van de lampenstandaard?’+ 12  Daarna stelde ik hem een tweede vraag: ‘Wat betekenen de twijgen* van de twee olijfbomen waaruit door twee gouden buisjes de gouden vloeistof stroomt?’ 13  Hij vroeg me: ‘Weet je niet wat die dingen betekenen?’ Ik antwoordde: ‘Nee, mijn heer.’ 14  Hij zei: ‘Het zijn de twee gezalfden die naast de Heer van de hele aarde staan.’+

Voetnoten

Of ‘een vlakte’.
Of ‘de kleine dingen’.
Lett.: ‘de steen, het tin’.
D.w.z. twijgen vol vruchten.